LITTLE KIM & THE ALLEY APPLE 3 - VOORUIT GENT - 14/02/10


 
Artiest info
 
Myspace  

VOORUIT GENT - 14/02/10

 

Foto © Antoine Bouchier

 

Naar aanleiding van de release van de eerste cd van Little Kim & The Alley Apple 3 "Riding The Rails" hadden we een gesprek met deze groep uit het Meetjesland voor ze het podium betraden in de Vooruit te Gent waar ze de dansnamiddag "Café Dansant" van muziek voorzagen zodat de gegadigden naar lieve lust het beter benenwerk konden tentoonspreiden op de dansvloer in het café van de Vooruit.


* Kunnen jullie zich eens voorstellen aan het Belgische en Nederlandse publiek

Kimberly Claeys: Sinds 3 jaar ben ik actief bij The Alley Apple 3 maar reeds vanaf mijn 16de ben ik bezig met zingen. Ik heb in allerlei bandjes gespeeld en de laatste groep, voor ik bij deze band aan de slag ging, was de bluesgroep The Howlin' Roaddogs.
Tom De Poorter: Vanaf mijn 15de heb ook ik in verschillende groepjes gitaar gespeeld en op die manier ben ik in contact gekomen met onze bassist. Daar is in feite The Alley Apple 3 uit voortgevloeid en dit is meteen ook de eerste groep die een relatief succes heeft en waar ik me nu volledig op toeleg.
Selim Meiresonne: Ik ben Selim en single en speel in teveel groepen om hier allemaal op te noemen.
Patrick Cattoir: Ik speel al sinds mensenheugenis in Those Boys With There Metal Toys, waarvan binnenkort eveneens een nieuwe cd verschijnt, en daar speel ik steelgitaar. Daarnaast speel ik ook nog Franse musettes en hot club. Een drietal jaar geleden heb ik Selim en Tom ontmoet en zijn we aan de praat geraakt. Op die manier kwam onze gezamenlijke liefde voor western swing aan het licht en dan meer bepaald de western swing in een minimalistische bezetting en zo hebben we besloten om het samen eens te proberen. Dit lukte met veel vallen en opstaan maar het is pas echt vaart beginnen krijgen nadat onze deus ex-machina, Kimberly, op het toneel verscheen die het boegbeeld is geworden van de groep.

* Hoe ben jij dan bij de groep terecht gekomen, Kimberly?

KC: Op een bepaald moment geraakte ik muzikaal gefrustreerd. Ik wou iets beginnen dat het midden hield tussen jazz, blues en country en dit als frontzangeres van een volwassen band. Mijn vriend Dries, die m'n gezaag meer dan beu was, heeft een advertentie op internet waarin hij mijn wensen kenbaar maakte. Na een week kreeg ik een telefoontje van Tom en vanaf het eerste contact klikte het. Vervolgens hebben we afgesproken om een auditie te doen die bij Patrick plaatsvond. Na afloop had ik een héél goed gevoel en ik hoopte dat ze me zouden terugbellen wat ze ook gedaan hebben. Sindsdien ben ik Little Kim bij The Alley Apple 3.
PC: Kimberly was niet de eerste die een auditie kwam doen. Er zijn veel zangeressen de revue gepasseerd en dat was een vrij grote desillusie. Weinig mensen hadden affiniteit met de muziek die wij voor ogen hadden maar bij Kimberly sloeg deze vonk direct over en we hebben dan ook geen moment geaarzeld om haar in te lijven.
* Hoe zijn jullie bij dit, toch niet vanzelfsprekend, muziekgenre terecht gekomen?
TDP: We waren in eerste instantie van plan om eerder iets in de Honky Tonk stijl te doen maar door de komst van Kimberly zijn we meer de weg van de western swing ingeslagen omdat dit beter bij het timbre van Kimberly's stem past en met de Western Swing konden we ook verschillende paden bewandelen omdat dit toch sowieso een mengeling is van jazz, country en blues en zodoende zijn we uitgekomen bij dit genre.
PC: Ook ons instrumentarium van gitaar, bas en steelgitaar leent zich perfect voor dit genre.

* Is het spelen van dit genre een grote uitdaging voor jullie?

PC: Zeker en vast. Vaak wordt traditionele western swing gespeeld door halve big bands met accordeons, violen en wat nog allemaal. Wij hebben slechts 3 instrumenten ter onzer beschikking en daar moeten we het mee doen. Het is een fantastisch uitdaging maar niet altijd evident. Het moet gezegd dat de songs die Tom schrijft héél inspirerend zijn en tot op heden zijn we er steeds in geslaagd om het tot een goed einde te brengen en het boeiend te houden.
TDP: Het spelen van western swing heeft misschien het voordeel dat we een van de weinigen zijn die dit genre in onze regio spelen. Langs de andere kant moeten we wel steeds de aandacht van het publiek proberen te trekken want ofwel is het je ding ofwel is het dit niet. Wij trachten toch steeds te voorkomen dat mensen de zaal verlaten.

* Hoe zijn in het algemeen de reacties van het publiek?

TDP: Deze zijn héél verrassend, meestal positief. Vorig jaar was onze concertkalender goed gevuld en hadden we een drukke zomer. De ene dag stonden we op een festival te spelen waar ook pop en metal was geprogrammeerd en zie je punkers uit de bol gaan op je muziek. De week erna speel je dan in een jazzclub waar een luisterpubliek, gezeten op een stoel, héél braaf en beleefd applaudisseert. Op de een of andere manier slaat onze muziek bij heel veel mensen aan, van jong tot oud. Dit verbaast ons nog steeds.
PC: Ik denk dat dit ook komt door de onbevangenheid waarop we onze muziek brengen. We zijn niet pretentieus. Wij spelen gewoon de muziek die we graag spelen. Ons enthousiasme en plezier die wij aan onze muziek beleven slaat blijkbaar ook over op het publiek. Op het podium zit ik misschien zelden zichtbaar te lachen maar inwendig beleef ik steeds veel plezier aan die opwekkende muziek.

* Merken jullie een verschil wanneer jullie in België spelen of in het buitenland?

TDP: Wat de reacties van het publiek betreft zijn er niet zoveel verschillen maar we merken wel dat men bijvoorbeeld in Nederland meer openstaat voor de dingen die wij brengen. Zeker wat betreft de organisatoren. De Belgische organisatoren zijn terughoudender om ons te programmeren maar we klagen voorlopig niet.
PC: Het Duits publiek reageert toch wel anders hoor. Tijdens het optreden geven die geen krimp, héél koele kikkers. Maar 's anderendaags kreeg je dan mails van mensen uit datzelfde publiek met de melding hoe prachtig ze het vonden. We mogen natuurlijk niet veralgemenen ...
KC: Het Franse publiek is dan terug enthousiast en open. Van zodra we beginnen spelen staan ze voor het podium en willen ze alles van nabij meemaken. In België moeten we tijdens de eerste nummers vaak moeite doen om het volk wat naderbij te krijgen.

* Hoe is trouwens de belangstelling vanuit het buitenland? Krijgen jullie daar al meer optredens aangeboden?

TDP: De belangstelling is er inderdaad en we krijgen nu en dan de vraag om op te treden in één van de buurlanden maar het is nu ook weer niet zo overweldigend dat we dit jaar reeds kunnen uitpakken met een tournee door Duitsland.
PC: Inderdaad, we mogen niet klagen wat betreft het aantal optredens. Vergeet niet dat er nu een soort malaise heerst in het circuit van organisatoren. Als je hoort dat de Ancienne Belgique onlangs 80 concerten van jonge, beginnende groepen geannuleerd heeft... Enkel groepen waarvan men weet dat ze een grote opkomst zullen optekenen worden nog geprogrammeerd. Dat is natuurlijk nefast voor beginnende groepen die de stap willen zetten van café "De Postduif" naast de kerk in het dorp Huppeldepup naar een iets groter publiek. Die ervaring kunnen ze voorlopig niet meer opdoen omdat nu de wet van de boekhouding heerst. Dat is héél jammer want ervaring doe je op wanneer je op een podium staat en voor een nieuw publiek speelt.

* Hopen jullie ooit van jullie muziek te kunnen leven?

TDP: Voor mij blijft het een hobby, daar ben ik realist in.
PC: Je moet ook rekenen dat ons muziekgenre vrij marginaal is en dat we een beperkte doelgroep aanspreken dus dan is de rekening vrij vlug gemaakt.
KC: Er zijn natuurlijk van die maanden waarin we relatief veel optredens en dan is het lastig als je overdag werkt, 's avonds op een podium staat en 's anderdaags terug fris moet zijn om je job aan te vatten. Op die momenten denk er eens aan hoe leuk het moet zijn om enkel maar muziek te hoeven maken. Maar als je ook nog eens een gezin wil opbouwen zie ik het toch niet zo vlug gebeuren dat ik mijn job als verpleegster vaarwel zeg.
PC: Bij mij helpt het mijn hobby in stand houden. Ik ben verzot op oude instrumenten en die vind je tegenwoordig niet meer op rommelmarkten. Deze kosten een pak geld en via de inkomsten van o.a. Little Kim & The Alley Apple 3 kan ik deze voorlopig nog altijd zonder veel problemen aanschaffen. Je krijgt met die optredens natuurlijk ook nog zoveel meer terug zoals de appreciatie van het publiek en dergelijke maar het grote geld jammer genoeg niet.

* Kan de eerste cd "Riding the Rails" die jullie op 1 maart uitbrengen daar geen verandering in brengen?

KC: Als die platina haalt, stop ik direct met werken!
SM: Nu je het zegt, we zoeken nog altijd een sponsor. Rootstime !!??
TDP: De cd zal zich hopelijk vertalen in meer optredens. Laat ons hopen dat het toch iets teweeg brengt.
PC: Deze cd is ook belangrijk voor ons als groep. We hebben nummers opgenomen die we reeds lang speelden maar ook een aantal nieuwe nummers en daar is serieus over nagedacht en gebrainstormd. We waren toe aan een vernieuwing van ons repertoire en die cd heeft dat proces een serieuze boost gegeven.

* Ik heb de cd al mogen beluister en wat me opvalt is dat de nummers die jij geschreven hebt Tom, en dat zijn er 10 van de 15 nummers die erop staan, naadloos aansluiten bij de covers uit het western swing genre. Hoe slaag jij daar in?

TDP: Heel gewoon, ik sta elke morgen om zes uur op, leg een blad papier voor me en begin te schrijven. Neen, ik weet het niet.
PC: Vakmanschap Tom.
TDP: Door onze bezetting ben ik ook een beetje verplicht om in een bepaalde stijl te schrijven en de nummers naar onze hand te zetten. De covers die we brengen, spelen we ook niet klakkeloos na. Er moet nog altijd iets van onszelf inzitten en tot op heden slagen we daar altijd goed in.
KC: Ik sta er ook elke keer van versteld hoe hij er in slaagt om nummers in eenzelfde stijl te schrijven en met welk gemak dit lijkt te gaan. Het is een gave.
PC: Zo gemakkelijk gaat dat ook weer niet hoor Kimberly. Je moet maar eens bij ons komen zitten als we aan een nummer bezig zijn. Er wordt gevloekt dat het geen naam heeft.

* De covers die jullie spelen, zijn die gekozen voor een speciale reden?

TDP: Niet echt. We moeten ze leuk vinden, het moet goed klinken, er moet drive in zitten en we moeten ze kunnen spelen met onze bezetting. Ze moeten ook bij de stem van Kimberly passen.
KC: Ja, daar kunnen ze niet van onderuit. Ik heb het laatste woord.

* Die covers kunnen wel meestal gekoppeld worden aan de naam Bob Wills and His Texas Playboys.

TDP: Bob Wills is natuurlijk een fantastische songwriter en één van de grondleggers van de western swing. Het is dus héél goed mogelijk dat hij kan geassocieerd worden met een of meerdere van die covers. "Thingamajig", dat ook op de cd staat en oorspronkelijk van Cindy Walker, is bijvoorbeeld bekend geworden door zijn broer Johnnie Lee Wills. U ziet, die familie Wills is wel belangrijk geweest voor de western swing.

* De klank van jullie cd is ook volledig in de lijn van de western swing uit de jaren veertig. Hij heeft een warme, oude klank. Hoe hebben jullie dit tot stand gebracht?

TDP: We hebben geluk dat we goede vrienden hebben die veel oud opnamemateriaal hebben zoals authentieke microfoons en analoge mengtafels en die ons dit ook ter beschikking wilden stellen. Dat heeft er voor gezorgd dat we een "oude" klank kregen die men tegenwoordig niet meer gewoon is. Onze instrumenten dragen daar natuurlijk ook toe bij. We spelen met oude Gibson versterkers en die zorgen voor een klank die je niet met een nieuwe versterker kan verkrijgen.
PC: Het klinkt niet digitaal. Het klinkt zelfs een beetje vuil maar het was dat wat we zochten. We gaan ook bewust op zoek naar oude gitaren en dito versterkers om die klank te krijgen. Zonder die klank zou het maar de helft zo leuk zijn.

* Jullie hebben ook een aantal gastmuzikanten uitgenodigd zoals Philippe de Chaffoy die viool speelt op "As I Slip Into Your Arms" en Marie-Anne Standaer, bekend van de The Rhythm Junks, die trompet speelt op "Whoa Babe" en "When The Night Owl Sings" .

TDP: We wilden toch een paar andere accenten leggen.
PC: Een cd is iets anders dan een optreden. Bij een optreden kijk je en luister je. Een cd heeft toch een andere dimensie. Bij een cd mis je het visuele luik en dat probeer je dan in te vullen met instrumenten die je bij ons gewoonlijk niet hoort.
* Gaan die mensen ooit samen met jullie op een podium staan?
PC: Indien het budget er zou zijn, zeer zeker. Die extra instrumenten zouden ons ook op muzikaal vlak meer mogelijkheden geven.
KC: Wie weet, als onze cd onverwacht een hit wordt, zit het er misschien toch nog in.
* Op de cd staat één nummer, "When The Night Owl Sings", waar je even moet op wachten voor je het te horen krijgt. Hadden jullie daar een speciale bedoeling mee?
TDP: Het is een bonus track geworden omdat het iets teveel afwijkt qua genre van de andere nummers op de cd. Maar het is een persoonlijk nummer die we zeker op de cd wilden hebben en vandaar dat we voor die oplossing gekozen hebben. Het nummer is oorspronkelijk door mij geschreven naar aanleiding van het overlijden van de opa van Kimberly twee jaar terug. Toen mijn oma vorig jaar overleed, was het meteen ook een nummer die voor mij heel belangrijk werd. Meer hoeft er niet achter gezocht te worden.

* Is het een stijl, die meer naar de jazz neigt, waarin jullie in de toekomst zouden kunnen naar evolueren?

TDP: Voorlopig is dit nog niet aan de orde. Wij houden ons ook niet echt aan een stijl. We zijn steeds op zoek om andere elementen in onze muziek te verwerken en dat is er één van.
PC: De Hot Club muziek van Django Reinhardt zou zeker een element zijn dat ons kan verrijken. Ook om het voor onszelf en het publiek boeiend te houden.
* Waar zien jullie zich binnen een jaar staan? Of liever gezegd waar zouden jullie zich graag zien staan?
TDP: We hebben niet de illusie dat we zullen doorbreken want daarvoor hebben we waarschijnlijk het verkeerde genre gekozen maar we hopen minstens evenveel optredens te hebben als in het verleden en als het enigszins mogelijk is nog een pak meer.
PC: Inderdaad, dat is een realistisch doelstelling. Normaal zouden we ook perfect passen in het circuit van de culturele centra maar dat is jammer genoeg een redelijk gesloten circuit die vaak dezelfde namen programmeert. Inteelt lijkt nooit veraf. Maar we klagen niet. Als we bezig blijven zoals we nu doen, is dit al dik in orde.
KC: Ik zou natuurlijk liever elke dag optreden maar of we nu vijf concerten per maand hebben of slechts twee, zolang de mensen maar met een glimlach naar ons staan te luisteren en nadien tevreden naar huis gaan, mag dit voor mij nog jaren doorgaan.


The Lumixus Man