Naar
aanleiding van de release van de eerste cd van Little Kim & The Alley
Apple 3 "Riding The Rails" hadden we een gesprek met deze groep
uit het Meetjesland voor ze het podium betraden in de Vooruit te Gent
waar ze de dansnamiddag "Café Dansant" van muziek voorzagen
zodat de gegadigden naar lieve lust het beter benenwerk konden tentoonspreiden
op de dansvloer in het café van de Vooruit.
*
Kunnen jullie zich eens voorstellen aan het Belgische en Nederlandse publiek
Kimberly Claeys:
Sinds 3 jaar ben ik actief bij The Alley Apple 3 maar reeds vanaf mijn
16de ben ik bezig met zingen. Ik heb in allerlei bandjes gespeeld en de
laatste groep, voor ik bij deze band aan de slag ging, was de bluesgroep
The Howlin' Roaddogs.
Tom De Poorter: Vanaf mijn 15de heb ook ik in verschillende
groepjes gitaar gespeeld en op die manier ben ik in contact gekomen met
onze bassist. Daar is in feite The Alley Apple 3 uit voortgevloeid en
dit is meteen ook de eerste groep die een relatief succes heeft en waar
ik me nu volledig op toeleg.
Selim Meiresonne: Ik ben Selim en single en speel in
teveel groepen om hier allemaal op te noemen.
Patrick Cattoir: Ik speel al sinds mensenheugenis in
Those Boys With There Metal Toys, waarvan binnenkort eveneens een nieuwe
cd verschijnt, en daar speel ik steelgitaar. Daarnaast speel ik ook nog
Franse musettes en hot club. Een drietal jaar geleden heb ik Selim en
Tom ontmoet en zijn we aan de praat geraakt. Op die manier kwam onze gezamenlijke
liefde voor western swing aan het licht en dan meer bepaald de western
swing in een minimalistische bezetting en zo hebben we besloten om het
samen eens te proberen. Dit lukte met veel vallen en opstaan maar het
is pas echt vaart beginnen krijgen nadat onze deus ex-machina, Kimberly,
op het toneel verscheen die het boegbeeld is geworden van de groep.
* Hoe ben jij dan bij de groep terecht gekomen, Kimberly?
KC: Op een
bepaald moment geraakte ik muzikaal gefrustreerd. Ik wou iets beginnen
dat het midden hield tussen jazz, blues en country en dit als frontzangeres
van een volwassen band. Mijn vriend Dries, die m'n gezaag meer dan beu
was, heeft een advertentie op internet waarin hij mijn wensen kenbaar
maakte. Na een week kreeg ik een telefoontje van Tom en vanaf het eerste
contact klikte het. Vervolgens hebben we afgesproken om een auditie te
doen die bij Patrick plaatsvond. Na afloop had ik een héél goed gevoel
en ik hoopte dat ze me zouden terugbellen wat ze ook gedaan hebben. Sindsdien
ben ik Little Kim bij The Alley Apple 3.
PC: Kimberly was niet de eerste die een auditie kwam
doen. Er zijn veel zangeressen de revue gepasseerd en dat was een vrij
grote desillusie. Weinig mensen hadden affiniteit met de muziek die wij
voor ogen hadden maar bij Kimberly sloeg deze vonk direct over en we hebben
dan ook geen moment geaarzeld om haar in te lijven.
* Hoe zijn jullie bij dit, toch niet vanzelfsprekend, muziekgenre terecht
gekomen?
TDP: We waren in eerste instantie van plan om eerder
iets in de Honky Tonk stijl te doen maar door de komst van Kimberly zijn
we meer de weg van de western swing ingeslagen omdat dit beter bij het
timbre van Kimberly's stem past en met de Western Swing konden we ook
verschillende paden bewandelen omdat dit toch sowieso een mengeling is
van jazz, country en blues en zodoende zijn we uitgekomen bij dit genre.
PC: Ook ons instrumentarium van gitaar, bas en steelgitaar
leent zich perfect voor dit genre.
* Is het spelen
van dit genre een grote uitdaging voor jullie?
PC: Zeker
en vast. Vaak wordt traditionele western swing gespeeld door halve big
bands met accordeons, violen en wat nog allemaal. Wij hebben slechts 3
instrumenten ter onzer beschikking en daar moeten we het mee doen. Het
is een fantastisch uitdaging maar niet altijd evident. Het moet gezegd
dat de songs die Tom schrijft héél inspirerend zijn en tot op heden zijn
we er steeds in geslaagd om het tot een goed einde te brengen en het boeiend
te houden.
TDP: Het spelen van western swing heeft misschien het
voordeel dat we een van de weinigen zijn die dit genre in onze regio spelen.
Langs de andere kant moeten we wel steeds de aandacht van het publiek
proberen te trekken want ofwel is het je ding ofwel is het dit niet. Wij
trachten toch steeds te voorkomen dat mensen de zaal verlaten.
* Hoe zijn in het
algemeen de reacties van het publiek?
TDP: Deze
zijn héél verrassend, meestal positief. Vorig jaar was onze concertkalender
goed gevuld en hadden we een drukke zomer. De ene dag stonden we op een
festival te spelen waar ook pop en metal was geprogrammeerd en zie je
punkers uit de bol gaan op je muziek. De week erna speel je dan in een
jazzclub waar een luisterpubliek, gezeten op een stoel, héél braaf en
beleefd applaudisseert. Op de een of andere manier slaat onze muziek bij
heel veel mensen aan, van jong tot oud. Dit verbaast ons nog steeds.
PC: Ik denk dat dit ook komt door de onbevangenheid waarop
we onze muziek brengen. We zijn niet pretentieus. Wij spelen gewoon de
muziek die we graag spelen. Ons enthousiasme en plezier die wij aan onze
muziek beleven slaat blijkbaar ook over op het publiek. Op het podium
zit ik misschien zelden zichtbaar te lachen maar inwendig beleef ik steeds
veel plezier aan die opwekkende muziek.
* Merken jullie
een verschil wanneer jullie in België spelen of in het buitenland?
TDP: Wat de
reacties van het publiek betreft zijn er niet zoveel verschillen maar
we merken wel dat men bijvoorbeeld in Nederland meer openstaat voor de
dingen die wij brengen. Zeker wat betreft de organisatoren. De Belgische
organisatoren zijn terughoudender om ons te programmeren maar we klagen
voorlopig niet.
PC: Het Duits publiek reageert toch wel anders hoor.
Tijdens het optreden geven die geen krimp, héél koele kikkers. Maar 's
anderendaags kreeg je dan mails van mensen uit datzelfde publiek met de
melding hoe prachtig ze het vonden. We mogen natuurlijk niet veralgemenen
...
KC: Het Franse publiek is dan terug enthousiast en open.
Van zodra we beginnen spelen staan ze voor het podium en willen ze alles
van nabij meemaken. In België moeten we tijdens de eerste nummers vaak
moeite doen om het volk wat naderbij te krijgen.
* Hoe is trouwens
de belangstelling vanuit het buitenland? Krijgen jullie daar al meer optredens
aangeboden?
TDP: De belangstelling
is er inderdaad en we krijgen nu en dan de vraag om op te treden in één
van de buurlanden maar het is nu ook weer niet zo overweldigend dat we
dit jaar reeds kunnen uitpakken met een tournee door Duitsland.
PC: Inderdaad, we mogen niet klagen wat betreft het aantal
optredens. Vergeet niet dat er nu een soort malaise heerst in het circuit
van organisatoren. Als je hoort dat de Ancienne Belgique onlangs 80 concerten
van jonge, beginnende groepen geannuleerd heeft... Enkel groepen waarvan
men weet dat ze een grote opkomst zullen optekenen worden nog geprogrammeerd.
Dat is natuurlijk nefast voor beginnende groepen die de stap willen zetten
van café "De Postduif" naast de kerk in het dorp Huppeldepup
naar een iets groter publiek. Die ervaring kunnen ze voorlopig niet meer
opdoen omdat nu de wet van de boekhouding heerst. Dat is héél jammer want
ervaring doe je op wanneer je op een podium staat en voor een nieuw publiek
speelt.
* Hopen jullie
ooit van jullie muziek te kunnen leven?
TDP: Voor
mij blijft het een hobby, daar ben ik realist in.
PC: Je moet ook rekenen dat ons muziekgenre vrij marginaal
is en dat we een beperkte doelgroep aanspreken dus dan is de rekening
vrij vlug gemaakt.
KC: Er zijn natuurlijk van die maanden waarin we relatief
veel optredens en dan is het lastig als je overdag werkt, 's avonds op
een podium staat en 's anderdaags terug fris moet zijn om je job aan te
vatten. Op die momenten denk er eens aan hoe leuk het moet zijn om enkel
maar muziek te hoeven maken. Maar als je ook nog eens een gezin wil opbouwen
zie ik het toch niet zo vlug gebeuren dat ik mijn job als verpleegster
vaarwel zeg.
PC: Bij mij helpt het mijn hobby in stand houden. Ik
ben verzot op oude instrumenten en die vind je tegenwoordig niet meer
op rommelmarkten. Deze kosten een pak geld en via de inkomsten van o.a.
Little Kim & The Alley Apple 3 kan ik deze voorlopig nog altijd zonder
veel problemen aanschaffen. Je krijgt met die optredens natuurlijk ook
nog zoveel meer terug zoals de appreciatie van het publiek en dergelijke
maar het grote geld jammer genoeg niet.
* Kan de eerste
cd "Riding the Rails" die jullie op 1 maart uitbrengen daar
geen verandering in brengen?
KC: Als die
platina haalt, stop ik direct met werken!
SM: Nu je het zegt, we zoeken nog altijd een sponsor.
Rootstime !!??
TDP: De cd zal zich hopelijk vertalen in meer optredens.
Laat ons hopen dat het toch iets teweeg brengt.
PC: Deze cd is ook belangrijk voor ons als groep. We
hebben nummers opgenomen die we reeds lang speelden maar ook een aantal
nieuwe nummers en daar is serieus over nagedacht en gebrainstormd. We
waren toe aan een vernieuwing van ons repertoire en die cd heeft dat proces
een serieuze boost gegeven.
* Ik heb de cd
al mogen beluister en wat me opvalt is dat de nummers die jij geschreven
hebt Tom, en dat zijn er 10 van de 15 nummers die erop staan, naadloos
aansluiten bij de covers uit het western swing genre. Hoe slaag jij daar
in?
TDP: Heel
gewoon, ik sta elke morgen om zes uur op, leg een blad papier voor me
en begin te schrijven. Neen, ik weet het niet.
PC: Vakmanschap Tom.
TDP: Door onze bezetting ben ik ook een beetje verplicht
om in een bepaalde stijl te schrijven en de nummers naar onze hand te
zetten. De covers die we brengen, spelen we ook niet klakkeloos na. Er
moet nog altijd iets van onszelf inzitten en tot op heden slagen we daar
altijd goed in.
KC: Ik sta er ook elke keer van versteld hoe hij er in
slaagt om nummers in eenzelfde stijl te schrijven en met welk gemak dit
lijkt te gaan. Het is een gave.
PC: Zo gemakkelijk gaat dat ook weer niet hoor Kimberly.
Je moet maar eens bij ons komen zitten als we aan een nummer bezig zijn.
Er wordt gevloekt dat het geen naam heeft.
* De covers die
jullie spelen, zijn die gekozen voor een speciale reden?
TDP: Niet
echt. We moeten ze leuk vinden, het moet goed klinken, er moet drive in
zitten en we moeten ze kunnen spelen met onze bezetting. Ze moeten ook
bij de stem van Kimberly passen.
KC: Ja, daar kunnen ze niet van onderuit. Ik heb het
laatste woord.
* Die covers kunnen
wel meestal gekoppeld worden aan de naam Bob Wills and His Texas Playboys.
TDP: Bob Wills
is natuurlijk een fantastische songwriter en één van de grondleggers van
de western swing. Het is dus héél goed mogelijk dat hij kan geassocieerd
worden met een of meerdere van die covers. "Thingamajig", dat
ook op de cd staat en oorspronkelijk van Cindy Walker, is bijvoorbeeld
bekend geworden door zijn broer Johnnie Lee Wills. U ziet, die familie
Wills is wel belangrijk geweest voor de western swing.
* De klank van
jullie cd is ook volledig in de lijn van de western swing uit de jaren
veertig. Hij heeft een warme, oude klank. Hoe hebben jullie dit tot stand
gebracht?
TDP: We hebben
geluk dat we goede vrienden hebben die veel oud opnamemateriaal hebben
zoals authentieke microfoons en analoge mengtafels en die ons dit ook
ter beschikking wilden stellen. Dat heeft er voor gezorgd dat we een "oude"
klank kregen die men tegenwoordig niet meer gewoon is. Onze instrumenten
dragen daar natuurlijk ook toe bij. We spelen met oude Gibson versterkers
en die zorgen voor een klank die je niet met een nieuwe versterker kan
verkrijgen.
PC: Het klinkt niet digitaal. Het klinkt zelfs een beetje
vuil maar het was dat wat we zochten. We gaan ook bewust op zoek naar
oude gitaren en dito versterkers om die klank te krijgen. Zonder die klank
zou het maar de helft zo leuk zijn.
* Jullie hebben
ook een aantal gastmuzikanten uitgenodigd zoals Philippe de Chaffoy die
viool speelt op "As I Slip Into Your Arms" en Marie-Anne Standaer,
bekend van de The Rhythm Junks, die trompet speelt op "Whoa Babe"
en "When The Night Owl Sings" .
TDP: We wilden
toch een paar andere accenten leggen.
PC: Een cd is iets anders dan een optreden. Bij een optreden kijk je en
luister je. Een cd heeft toch een andere dimensie. Bij een cd mis je het
visuele luik en dat probeer je dan in te vullen met instrumenten die je
bij ons gewoonlijk niet hoort.
* Gaan die mensen ooit samen met jullie op een podium staan?
PC: Indien het budget er zou zijn, zeer zeker. Die extra
instrumenten zouden ons ook op muzikaal vlak meer mogelijkheden geven.
KC: Wie weet, als onze cd onverwacht een hit wordt, zit
het er misschien toch nog in.
* Op de cd staat één nummer, "When The Night Owl Sings", waar
je even moet op wachten voor je het te horen krijgt. Hadden jullie daar
een speciale bedoeling mee?
TDP: Het is een bonus track geworden omdat het iets teveel
afwijkt qua genre van de andere nummers op de cd. Maar het is een persoonlijk
nummer die we zeker op de cd wilden hebben en vandaar dat we voor die
oplossing gekozen hebben. Het nummer is oorspronkelijk door mij geschreven
naar aanleiding van het overlijden van de opa van Kimberly twee jaar terug.
Toen mijn oma vorig jaar overleed, was het meteen ook een nummer die voor
mij heel belangrijk werd. Meer hoeft er niet achter gezocht te worden.
* Is het een stijl,
die meer naar de jazz neigt, waarin jullie in de toekomst zouden kunnen
naar evolueren?
TDP: Voorlopig
is dit nog niet aan de orde. Wij houden ons ook niet echt aan een stijl.
We zijn steeds op zoek om andere elementen in onze muziek te verwerken
en dat is er één van.
PC: De Hot Club muziek van Django Reinhardt zou zeker
een element zijn dat ons kan verrijken. Ook om het voor onszelf en het
publiek boeiend te houden.
* Waar zien jullie zich binnen een jaar staan? Of liever gezegd waar zouden
jullie zich graag zien staan?
TDP: We hebben niet de illusie dat we zullen doorbreken
want daarvoor hebben we waarschijnlijk het verkeerde genre gekozen maar
we hopen minstens evenveel optredens te hebben als in het verleden en
als het enigszins mogelijk is nog een pak meer.
PC: Inderdaad, dat is een realistisch doelstelling. Normaal
zouden we ook perfect passen in het circuit van de culturele centra maar
dat is jammer genoeg een redelijk gesloten circuit die vaak dezelfde namen
programmeert. Inteelt lijkt nooit veraf. Maar we klagen niet. Als we bezig
blijven zoals we nu doen, is dit al dik in orde.
KC: Ik zou natuurlijk liever elke dag optreden maar of
we nu vijf concerten per maand hebben of slechts twee, zolang de mensen
maar met een glimlach naar ons staan te luisteren en nadien tevreden naar
huis gaan, mag dit voor mij nog jaren doorgaan.
The Lumixus Man
|