CARA LUFT - TOOGENBLIK HAREN - 6 JUNI 2008

Hallo Cara, bedankt om even dit gesprek met ons te willen voeren. Je werd geboren in Calgary, Canada. Groeide je op in een muzikale familie? Met welk soort muziek werd je in je jeugd geconfronteerd?
Mijn ouders waren allebei folkzangers en dan groei je natuurlijk vooral op met muziek uit dit genre. Ik hield vooral van rockmuziek. Maar mijn vader had een grote voorkeur voor Britse folkrockmuziek van bands als Steeleye Span en Pentangle. Later ontdekte ik ook echte rockgroepen als Led Zeppelin. We luisterden ook vaak naar de Beatles, enz. Meestal Britse muziek maar ook Amerikaanse muziek. Ikzelf was vooral een fan van Buddy Holly en van wat op dat ogenblik populair was. Het waren dikwijls de platen van mijn ouders die mijn muzikale keuze bepaalden. Ik heb ook altijd gehouden van muziek met goed gitaarspel zoals die van Bruce Cockburn, een bekende Canadese gitarist en singer-songwriter.

Met twee ouders in de muziekbusiness kon je wellicht moeilijk ontsnappen.
Maar dat wilde ik ook helemaal niet. We hadden lange tijd geen televisie, maar heel veel boeken, platen en instrumenten en veel mensen die bij ons thuis kwamen spelen. Mijn ouders deden regelmatig “house-concerts”. We hadden dan soms 100 mensen in de kelder van ons huis. Die concerten vond ik fantastisch en zullen me altijd bijblijven.

Welke instrumenten heb je zelf leren bespelen?
Ik was amper 4 jaar toen ik autoharp leerde spelen. Ik heb nooit lessen gevolgd, behalve voor viool waar ik ongeveer anderhalf jaar les in heb gevolgd toen ik 9 jaar was. Maar ik was meer geïnteresseerd in piano, een instrument dat ik vooral op mijn eentje heb leren spelen. Toen ik 11 jaar was begon ik met de gitaar en toen ik 23 jaar was ben ik daar nog extra lessen voor gaan volgen. Vooral om slechte technieken te corrigeren die ik op mezelf had aangeleerd. Mijn vader heeft me vroeger ook heel wat akkoorden leren spelen.

En je speelt al die instrumenten nog steeds?
Ja, hoor. (We refereren even naar ons interview met de Canadese violiste Kendel Carson en Cara zegt spontaan een fan te zijn van haar vioolspel en zangwerk, evenals van haar werk bij de groep “Outlaw Social”)

Je was één van de mede-oprichters van het folktrio The Wailin’ Jennys in 2002. Maar twee jaar later verliet je de groep om aan een solocarrière te gaan werken. Was je de groep beu of kon je het groepswerk niet meer combineren met de soloplannen?
Eigenlijk begonnen we al in 2001 en ik ben drie jaar bij de groep gebleven. Maar er was bitter weinig tijd voor een solocarrière. We deden samen twee albums. Voor mij was het belangrijk dat ik ondersteund werd in het uiten van mijn eigen creatieve ideeën. Als je in een groep speelt is het belangrijk dat elk groepslid het gevoel heeft dat hij iets kan bijdragen aan het geheel van de groep. 1+1+1 zou meer dan 3 moeten zijn. En in de groep zat ik qua muzikale stijl toch op een heel ander spoor dan de twee andere leden. We hadden heel andere interesses en ik vond het moeilijk om de richting te volgen die de groep leek uit te gaan. Ze gingen een bepaald soort sound nastreven en de nummers die ik zelf schreef leken niet echt bij die sound te passen. Het voelde dus aan als een clash tussen diverse muziekstijlen en ik schreef steeds meer songs die ik niet kwijt geraakte in mijn muziekgroep. De groep werd bekend omwille van zijn zeemzoete, mooie vocal harmony-sound waar ik zelf ook wel van hield, maar er was niet echt ruimte voor mijn eigen muzikale ontplooiing. Het was dan ook een moeilijke beslissing maar eens dat ik weg was begon ik terug liedjes te schrijven. En dat bevestigde voor mij dat ik de juiste beslissing had genomen door de groep te verlaten.

“The Light Fantastic” is je eerste soloplaat na The Wailin’ Jennys. Ik veronderstel dat je al hard bezig bent met een volgende plaat.
Niet echt, want ik heb nauwelijks tijd gehad om nieuwe nummers te schrijven. We hebben “The Light Fantastic” heel intensief gepromoot gedurende de voorbije twee jaar. Ik zal vandaag wel een nieuw nummer spelen. Ik zou heel graag een plaat maken met alleen maar traditionals. Ik weet nog niet of dat de volgende plaat zal worden of de daaropvolgende. Maar ik houd ontzettend veel van de traditionele folkmuziek en we doen vandaag zo’n traditional die ik pas heb leren kennen.

Hugh Mc Millan komt net binnengewandeld. Hij heeft ook sterk bijgedragen aan je debuutplaat en staat bekend als getalenteerd multi-instrumentalist. Vergezelt hij je altijd bij je optredens?
(Hugh zegt dat verschillende artiesten altijd aan hem zitten te trekken om met hen mee op tournee te gaan).
Hugh is een van de grootste instrumentalisten in Canada. Hij speelt al meer dan 25 jaar in de Keltische rockgroep “Spirit Of The West”. Hij speelt ook vaak mee met James Keelaghan en Oscar Lopez. We moeten dus constant onder elkaar uitvechten met wie Hugh op tournee gaat. James en ik toeren het meest. Hugh is ook zo’n goede muzikant. Geef hem eender welk instrument met snaren en hij zal er prachtig op spelen. Voor de opnamen van de cd schreef ik alle muziek maar hij is zo ervaren en zal je zijn interpretatie van die muziek spelen. Als je het niet zo goed zou vinden kan je dat zonder problemen tegen hem zeggen en hij zal dan een andere versie spelen. Wij noemen hem “the secret weapon”. Hij is zo een rustige en bescheiden persoon. Een mooie mens ook.

Toen ik je naam intikte op Wikipedia stond daar dat je muziek een mengeling is van Led Zeppelin, eighties popmuziek, kerkmuziek en folkmuziek. Hoe ga je zelf om met zo’n beschrijving?
Eighties popmuziek zou ik er zeker niet bij zetten. Maar ik ben wel altijd naar de kerk geweest in mijn jeugdjaren. En in vele liedjes refereer ik naar spirituele invloeden. Maar dit is toch wel een heel speciale omschrijving. Op Wikipedia kan iedereen wijzigingen aanbrengen. Misschien heeft iemand wel een grapje met me willen uithalen. Ik heb inderdaad een tweetal dagen geleden een e-mail van iemand gekregen die zei dat hij mijn Wikipedia-info zou veranderen. Die heeft dat dus toch wel niet echt gedaan, zeker.

Laat het ons dan even over ‘The Light Fantastic” hebben. Het kreeg excellente besprekingen in de vakpers. Hoe zou je die cd zelf omschrijven? Zit er een concept in de plaat?
Wel, de meeste nummers heb ik geschreven nadat ik The Wailin’ Jennys heb verlaten. Er zitten dus zeker een aantal nummers in over die moeilijke periode, over het doorheen al die veranderingen gaan, over afscheid nemen. Toen ik uit de groep ging begon ik terug contact op te nemen met oude vrienden, mensen die ik al lange tijd niet meer had ontmoet omdat er geen tijd voor was tijdens mijn leven met de groep. Zo heb ik mezelf herontdekt en kwamen er ook nieuwe ideeën bij me op waar ik dan weer songs kon over schrijven. De volgorde van de songs op de plaat is weloverwogen. Het begint met een liedje over weg gaan, andere liedjes gaan over pijn en gekwetste relaties, met een man of met vrienden. Dan gaat het langzaam over via spirituele referenties naar het einde van het album dat met een positieve noot eindigt met een nummer over het afsluiten van een periode en het terug thuis komen.

Het is dus niet echt een conceptplaat maar eerder een verhaal dat uit diverse bouwstenen bestaat waarmee je de fundamenten van deze plaat gebouwd hebt.
Dat klopt. Het gaat langzaam over van verdriet tot een gelukkige toekomst om te eindigen met een positieve boodschap van hoop.

Dat eerste nummer over afscheid nemen ging toch niet expliciet over je vertrek bij The Wailin’ Jennys.
Neen, maar wel over afscheid nemen van mensen waar je lange tijd mee doorgebracht hebt, of het nu in een samenwerkingsverband of in een vriendschap was maakte niet echt uit.

Op je plaat vinden we een heel volle sound terug omwille van de vele instrumenten die er gebruikt werden tijdens de opnamen. Vandaag speel je hier een haast akoestische set met jezelf op gitaar en Hugh op bas en mandoline. Vind je dat de songs anders zijn als je ze akoestisch of met een grote groep speelt?
Ja en ook nee. Ik heb heel wat mensen gehad die me na zo’n optreden kwamen vertellen dat ze verbaasd waren over hoe vol het geluid was in de songs die we met ons beiden brachten. Op deze tournee doet Hugh het niet maar hij heeft vaak een “loop”-pedaal bij waarop hij dan steeds weerkerende stukjes muziek zet en die verder laat lopen tijdens de gehele song. Dat vult zo’n nummer muzikaal enorm op. En mijn gitaarspel is ook nogal groot zodat het altijd lijkt alsof er meer is dan alleen maar een gitaar. Maar het is natuurlijk altijd anders dan op de plaat want ik heb hier geen drummer en ik beschik hier niet over al die gastzangers tijdens deze akoestische concerten.

Heb je een vaste groep?
Ik heb in Canada een groep waar ik altijd een beroep kan op doen als ik het me financieel kan veroorloven. Maar op zo’n tournee gaan met een uitgebreide groep is gewoon niet te betalen. De hotelkamers, de vliegreizen, het transport van de instrumenten kost handenvol geld dat ik niet kan terugverdienen met de optredens. Dus is dat geen haalbare kaart.
Je kunt die mensen dan ook niet betalen wat ze echt waard zijn en ze zijn meestal wel ergens anders mee bezig zodat je ze niet op hetzelfde ogenblik ter beschikking kan krijgen. Ik denk dat de volgende stap voor mij een driekoppige band zal zijn met Hugh, mezelf en een drummer die we kennen en die ook goed gitaar kan spelen en kan zingen. Dat zou een serieuze stap voorwaarts zijn.

Hugh doet geen backing vocals voor je?
Toch wel. Hij zingt niet veel en ik probeer hem er toe te brengen om wat vaker te zingen.

Op je plaat staat een mix van diverse genres: je hebt folk, country, spirituals, rock en traditionals. Dat betekent dat er waarschijnlijk ook fans van één bepaald genre zijn die afhaken voor het album omwille van de andere genres. Zou je je niet beter beperken tot één of twee stijlen om zo een loyaler publiek te behouden?
Dat is eigenlijk het mooie van de folkmuziek. Het kan nogal breed ingevuld worden. Je kunt folkmuziek brengen met een rockinvloed, je kan het ook brengen met een rhythm & bluesinvloed. Ik heb eigenlijk nooit ondervonden dat mensen afhaken omwille van de diversiteit van de songs. Maar anderzijds wil ik toch zoals ik net zei me voor een volgende plaat focussen op één bepaald genre zoals traditionals of Americana-muziek.

Luister je privé ook naar andere singer-songwriters of popmuziek?
Soms wel maar niet zo veel naar singer-songwriters of naar hedendaagse rockmuziek. Voor mij is de song altijd heel belangrijk. Zowel de melodie als de tekst zijn van groot belang voor mij. Beiden zijn even belangrijk. Zo is er een liedje van een Canadese groep waarbij ik eigenlijk nog altijd niet weet waarover hij het heeft. Ik hoor de woorden wel maar ik snap het verhaal niet. Maar de melodie en de muziek zijn zo mooi. Ikzelf sta de hele tijd met één voet in het singer-songwriterkamp en met de andere voet weer helemaal daarbuiten. Voor mij is het gehele pakket belangrijk zonder een bepaalde voorkeur voor de melodie of voor de tekst.

Bij heel wat van de huidige popsongs denk ik dat de luisteraar niet weet of wil weten waarover er in de teksten gezongen wordt maar voor jou is dat blijkbaar niet zo.
Als ik liedjes schrijf begin ik meestal met de muziek en de melodie. Achteraf volgt dan een tekst die op die muziek past.

En wat is voor jou het makkelijkst?
De muziek vind ik altijd gemakkelijker dan de teksten. Daar steek ik toch veel meer tijd en moeite in.
Je schrijft geen gedichten als songtekst maar eerder een verhaal met een storyline of een boodschap.
Sommige artiesten hebben de gave om een gedicht te schrijven en kunnen daar dan passende muziek bij schrijven. Ik ben daar tot op heden nog niet in geslaagd.

Heb je ooit samen met een co-writer een nummer geschreven?
Maar één keer en het was voor een song op deze cd. Ik had het nummer zo goed als af maar ik kon er geen goed refrein bij geschreven krijgen. Het refrein is altijd heel belangrijk voor een liedje. Dan heb ik een beroep gedaan op een lokale popgroep die normaal gezien heel catchy popdeuntjes schrijven. Dat was wel een heel speciale ervaring want hun methode van schrijven verschilt heel sterk van de mijne, net als hetgeen zij belangrijk vinden in een song verschilt van mijn idee. Ik begin te denken dat ik in de toekomst misschien wat meer in samenwerkingsverband moet schrijven. De producer van mijn cd is iemand die bekend is als lid van een Canadese rockgroep en hij heeft vele hits geschreven.

Hoe ben je er toe gekomen om hem je cd te laten producen?
Ik ontmoette zijn schoonzuster. We hadden beiden enkele vrienden gemeen. En ze zei me dat zij vond dat Neil mijn cd moest producen. Ik vond dat een waanzinnig idee en dacht dat hij dat nooit zou doen. Ik heb haar dan een tape gegeven van mijn songs die ze aan Neil gaf en hij was onmiddellijk enthousiast en wilde maar al te graag die rol op zich nemen. Hij zei dat hij niet alleen maar in rock geïnteresseerd was en dat hij mijn rootsmuziek helemaal zag zitten. En na de twee Wailin’ Jennys-platen vond ik dat er een heel andere productiestijl voor mijn soloplaat moest gehanteerd worden. Hij bracht ook volledig nieuwe perspectieven aan voor de opnamen van deze plaat. We hebben allebei heel veel van elkaar geleerd, maar ik waarschijnlijk toch iets meer van hem dan hij van mij.

Laatste vraag: ben je nog steeds graag “on the road”? Vinden jullie het nog altijd fantastisch om vanuit Canada naar de andere kant van de wereld te komen voor optredens?
Ik zou niet zonder kunnen. Canadezen vooral zullen heel graag buiten Canada gaan optreden want het land is nogal klein. Niet geografisch maar wel qua muziekscène. Voor je het weet heb je alle zalen van het land al gezien en sta je terug in dezelfde zaal als een jaar voordien.

Ontmoet je ook al die andere fantastische Canadese groepen zoals Great Lake Swimmers, enz. als je onderweg bent?
Dat gebeurt wel eens. Meestal als er ergens een festival plaatsvindt. Ook deze tournee is voor mij pas de tweede keer dat ik samen met iemand anders op tournee gaan. Je leert elkaar kennen en appreciëren. Ik kende Caroline Herring voordien niet. We werden aan elkaar gekoppeld door de mensen van de platenmaatschappij Rounder Europe voor deze tournee.

Dan komt Caroline Herring binnen om te zeggen dat Cara mag beginnen aan haar optreden en daarmee maakt ze een einde aan ons gesprek net op het moment dat ik mijn laatste vraag gesteld had. Blijkbaar zijn ze tijdens deze tournee al heel goed op elkaar ingespeeld geraakt. Het concert dat volgt toont aan dat hun muziekstijlen elkaar wondermooi aanvullen. Voor meer details over de optredens verwijzen we graag naar de concert reviews pagina van Rootstime.

Foto's: Viviane & Marc De Proft
Valsam