SEAN CARNEY - SPRING BLUES ECAUSSINNES - 17 MEI 2008
Smaak is persoonlijk, maar het concert dat Sean Carney ons bracht op Spring Blues behoorde voor mij tot een van de beste van 2008 tot nu toe, zoniet hèt beste. Het ene kippenvelmoment volgde het andere op, en het optreden overtrof al mijn verwachtingen. Die verwachtingen waren nochtans hoog gespannen na het bespreken van zijn twee cd’s, twee kleinoden die thuis zoals men zegt “in de bovenste la” liggen. Een half uurtje na dat optreden had Rootstime dit interview met hem
Welkom
terug in België, Sean.
Dank U Ronny!
*Eerst
en vooral even praten over je background. Kom je van een muzikale familie?
Jazeker, mijn vader was een bassist, ik ben dus ook begonnen met bas spelen,
dat was op mijn veertiende. Dan is er noch mijn oom Garey Carney, hij was een
professor jazzgeschiedenis aan de universiteit van Ohio, en bovendien een verdienstelijke
jazz trombonespeler. Hij woont in Phoenix Arizona en speelt met Freddie Cole.
Mijn andere oom Dave, Dave West is zijn naam, is een bluesdrummer en zijn broer
Dan, een zanger, samen hebben ze een band, en ik ben op gitaar overgestapt om
in hun groep te spelen, en op mijn 17de speelde ik al met hen in nachtclubs
en openluchtconcerten in de zomer, terwijl mijn vriendjes met hun computerspelletjes
speelden. Ik ben bevoorrecht een muzikale familie te hebben, die me aanmoedigen.
Het is ook altijd fijn als je terug thuis komt en je ze kan vertellen van je
optredens in het buitenland en de mensen die je ontmoet hebt.
*Naar
welke muziek luisterde je als teenager was dat al dadelijk blues?
Neen schrik niet, ik was een hardrocker in’t begin, Black Sabbath, Deep
Purple, vooral Ronnie James Dio. Op mijn zestiende ben ik dan overgeschakeld
op blues, vooral via Robert Lockwood, die woonde tamelijk dicht bij en nadat
ik hem leerde kennen, heb ik gedurende 20 jaar contact met hem gehouden. Langzaam
aan ben ik beginnen met hem te spelen bij hem thuis, we wisselden van gitaar
en zo leerde hij me allerlei dingen
*Was
hij geen rechtstreekse leerling van Robert Johnson?
Ja, hij heeft het “vak” van hem geleerd en regelmatig met hem gespeeld,
en ik ben dus fier het dan rechtstreeks van Robert Lockwood te hebben mogen
leren, zo heb ik dus een directe link met Robert Johnson.
*
Ik meen in je muziek duidelijk de invloed te horen van Little Milton, T-Bone
Walker en Ronnie Earl, dat schreef ik al bijna twee jaar geleden in mijn bespreking
van je debuutcd, maar nu tijdens je concert is het nog duidelijker en merk ik
nog sterker de invloed van Duke Robillard.
Zeer zeker, ik ken Ronnie Earl ook al vanaf dat ik 16, 17 jaar oud was, en daardoor
natuurlijk Darell Nulish, Sugar Ray, ik doe ook veel Little Milton songs, T-Bone
Walker, Duke Robillard, allemaal mensen die enorm veel invloed op mij hadden,
daar heb je gelijk in.
*Je
doet veel aan liefdadigheidsoptredens, zoals je “A Cure For Cancer”
optredens, bovendien breng je in Duitsland de blues naar de scholen, dingen
die Otis Grand ook doet, vind je dat meer artiesten dit moesten doen?
Ja, zeker, Ik denk dat als je dit doet, dan doe je iets positief voor de maatschappij
maar tegelijkertijd komt er ook meer aandacht voor de bluesmuziek. In Columbus
waar ik "Blues For A Cure" gedaan heb, gaan we al nummer twee doen,
in december zal dat zijn, samen met R.J. Spangler, die hier vandaag ook is met
Harmonica Shah.
*Ja,
we hebben net even met R.J. gepraat, fijne kerel!
Ja, inderdaad, en Alberta Adams, die al 92 geworden is, zal er ook zijn, plus
Trampled Underfoot, de winnaars van de Blues Challenge dit jaar, Dave Spector
uit Chicago, Henry Gray op piano, Omar Coleman uit Chicago en nu hebben we ook
contact met Highstate University en hoe langer we daarmee bezig zijn, hoe meer
belangstelling er komt voor de blues. Dan heb je inderdaad ook nog dat schoolproject
in Duitsland, dat is de eerste keer dat zoiets daar gebeurt . De promoter, Helge
Nickel, hij is van de Blues Baltica Society, ze werken met veel Scandinavische
artiesten, bijvoorbeeld Ken Landing, en zo brengen we de blues naar de jonge
mensen, want dat is de enige manier waarop de blues kan overleven. En het was
leuk want dinsdag en donderdag speelden we in scholen en dan deed je donderdagavond
een gewoon concert en dan kwamen die jonge kereltjes 's avonds al binnen, "Hey
man, ik ken je, je was eergisteren bij ons in de klas, en je ziet dat ze in
feite voor het eerst in contact kwamen met blues en dat ze er al van houden,
je ziet ze genieten, en ik ben er trots op dat ik de eerste was om dat te doen,
en ook Gene Walker heeft mooi werk geleverd.
*Hij
is ook muziekleraar geloof ik, is het niet?
Inderdaad, hij geeft les aan een muziekschool.
*Hij
kon er niet bijzijn wegens ziekte, hopelijk niets ernstigs?
Neen, niet echt, hij had eergisteren een ooginfectie en een longinfectie, en
we wilden geen risico nemen, hij is tenslotte 70 en hij heeft suikerziekte.
Dus hebben we op veilig gespeeld en hem onmiddellijk naar de dokter gebracht
en nu is hij voor een tijdje in een Duits ziekenhuis. We hebben alle organisators
gebeld en de response was geweldig. Ze toonden allemaal begrip en vonden het
belangrijker dat hij verzorging kreeg en dus nu doen we het verder even zonder
hem, maar hij komt er wel doorheen.
*Vorig
jaar won je de International Blues Challenge in Memphis en The Albert King Award
voor beste gitarist, helpen die prijzen bij de uitbouw van je carrière?
Heel zeker! Vooral in Amerika, we hadden al goede reacties gehad in Europa,
met die eerste tour, en we weten dat jullie nogal een fijne neus hebben wat
goed gaat worden, jullie weten het in Europa wel als eerste. Toen we hier van
jullie twee jaar geleden als eerste al zulke goede reacties kregen, en het publiek
reageerde ook goed, toen wisten we dat we er moesten voor gaan. In Amerika is
het allemaal wat moeilijker, we leven er en de mensen vinden het allemaal normaal.
Maar toen we de award kregen was het in Amerika ineens van Wham! Veel magazines,
radio, dagbladen, t.v . Dus nu volgen de festivals ook in Amerika, de dingen
beginnen ook daar goed te lopen.
*Je
gaat binnenkort spelen met Nappy Brown en je speelde onder andere al met Christine
Kitrell, Jimmy T-99 Nelson, en Gene Walker.Waarom hou je er van om met die oude
generatie blueszangers te werken?
Omdat ze weten wat ze met blues moeten aanvangen. Je leert ontzettend veel van
hun. Christine heeft me zowat alles van het vak geleerd. Ik ontmoette haar wanneer
ik 18 was. Ze was bedlegerig en had nergens zin in. En ik ging steeds maar naar
haar huis, wat praten met haar en ik vroeg dan telkens opnieuw: ” Waarom
kom je niet eens mee naar ons optreden en zing je niet eens mee?” en telkens
zei ze; “Neen, ik heb er geen zin meer in, ik kan niet echt meer zingen.”
Maar ik gaf niet op en bleef aandringen en op een dag zei ze: “Okee!,
zeurpiet, voor één keer dan!”. En ze kreeg onmiddellijk
terug de smaak te pakken. Er kwamen meer optredens en festivals en ze was echt
de persoon die ik het liefst begeleidde. Ze leerde me heel veel over frazering,
ze leerde me om op het podium steeds een net pak te dragen, met als gevolg dat
ik dit jaar “Best dressed musician” werd, dat dank ik aan haar.
Sean ziet er inderdaad “sharp” uit, we vertellen hem dit en hij
neemt onze complimenten met veel genoegen in ontvangst, maar vertelt ons dat
het toch wel warm was voor maatpak en das. Via Christine kwam dan Charles Brown,
Jimmy Whitherspoonen al die anderen. Maar Christine zette de deur open voor
mij om al die legendes te ontmoeten. Ik wou dat ze er vandaag kon bij zijn om
te zien hoe ver we al zijn, maar ik weet dat ze van daarboven wel meekijkt en
luistert..
*Komt er een cd van je samenwerking van jou met Nappy?
Tot nu toe is er niets gepland en we hebben nog niet eerder samengewerkt, dus,
ik kan er weinig van zeggen. Het zal gaan gebeuren in juni, het is in een club
in Kansas City.”Knuckleheads”, en er komt zeker een DVD van, want
er zal een filmcrew aanwezig zijn.
*Er
komt ook een live cd binnenkort, waar, wanneer en hoe?
Het is opgenomen in Edminton, Alberta in Canada in een hotel, en wel in februari
2007, net na het winnen van de Challenge. Eerst moesten we in het zuidwesten
van Florida spelen en toen reden we doorheen de Verenigde staten, naar West-Canada,
Alberta, in een zware sneeuwstorm, daar hadden we ook twee muzikanten die speciaal
voor die Canadese optredens steeds paraat zijn. De bassist van Roxanne Potvin,
Chris Prezwicki en de toetsenman van Sue Foley, Graham Katz, en wijzelf hebben
een ganse week opgenomen. We speelden een ganse week en de eerste dagen, maandag
en dinsdag, was het rustig en toen speelden we meer ‘Supper-club' toestanden.
Er staat een prachtige versie op van “Cherry Red”, heel mellow,
maar ook wat nieuw materiaal. ”Live Blues on Whyte” zal ze heten.
Maar er staat ook nog een nieuwe cd op stapel met archief opnames, nieuwe studionummers
met Christine Kitrell en T-99 Nelson en ze zal heten ”Serious Classic
Blues, vol1”, je weet dus wat dat betekent, vol 2 en zo verder ligt nog
in de kluis (lacht uitbundig). Sommige van die opnames zijn 15 jaar oud, maar
het zijn juweeltjes. Ik wou dit nog aan niemand vertellen, jullie hebben dus
een primeur. Beide cd’s zijn nog voor dit jaar. En dat is nog niet alles,
we zijn ook al bezig aan een nieuwe cd met allemaal nieuwe nummers met deze
bezetting.
Druk
persoontje!
Daar zeg je het, een druk mannetje, altijd geweest (lacht weer hartelijk).
*Er
zijn twee nieuwe leden je band komen vervoegen, Bill Stuve, die bij Rod Piazza
en Candye Kane speelde en Gene Walker, de bekende saxofonist van Aretha Franklin
en King Curtis. Denk je dat de band nu anders zal klinken?
Zeker! Weet je dat Gene er in Amerika nooit bij is, dat is iemand die we voor
de Europese tours reserveren. Weet je dat hij ook met de Beatles speelde? Hij
is wat wij noemen een “Treasure”. Dus voor ond is het heel speciaal
en spannend om Gene er in Europa bij te hebben, maar voor hem ook, hij is zeer
graag in Europa.
*Hoe
ontmoette je Teeny Tucker, met wie je twee cd’s opnam?
Wel, dat is een heel speciaal verhaal hoe ik haar ontmoette, want er zijn weer
Europeanen de aanzet voor geweest. Het kwam via een schrijver, zijn naam is
Norbert Hesse, een Duitser. Hij is een historicus van Berlijn, maar ook concertpromoter
en hij had gewerkt met Tommy Tucker, in de jaren 70 en 80. Hesse bracht Tommy
al die jaren naar Duitsland. In de jaren 90 wou hij naar Columbus komen voor
interviews met Tommy en er een verhaal over te schrijven en hij wou ook Christine
Kitrell ontmoeten, en toen hij Christine interviewde vertelde hij over Teeny
Tucker, en toem moesten wij toegeven dat hoewel ze vlakbij woonde, wij haar
niet kenden. Dit was echter begrijpelijk want ze had hier bijna niet opgetreden,
wel tamelijk veel in Duitsland, later wat in Frankrijk, maar niet bij ons. Toen
Teeny en ik elkaar voor het eerst ontmoetten, klikte het niet echt, en Teeny
zei “Ik weet niet of ik met hem wil spelen”. Maar na een jaar belde
ze mij en zei: ”Ik heb wat nieuw live materiaal, in Duitsland opgenomen
en ik zou willen dat je dat eens beluisteren komt”. En ik luisterde en
zei:” Waauw, meisje, dat is prachtig!” en ik vroeg of ze niet eens
met ons wou meezingen en dat deed ze en na een tijdje kwam dan de echte samenwerking
en we namen een eerste cd op, “Tommy’s Girl”, een cd met covers
van Etta James, Christine Kitrell, Helen Humes, al haar levelingssongs. Wat
later kwam dan “First Class Woman” een cd geproduced door “Kaz”
Kazanov in Austin, met Nick Curran op gitaar, en het werd een groot succes.
Door Teeny ben ik dan in het Europese circuit terecht gekomen, en mijn baas
wou me geen verlof geven om met Teeny een korte Europese tour te doen, en ik
heb mijn ontslag gegeven. De Duitse gitarist die we toen hadden: Freddy van
the Jivin’ Jewels, stelde me toen voor om veertien dagen bij hem thuis
te blijven logeren en vanaf toen was ik gewonnen voor Europa. Ik kom ook regelmatig
als toerist naar Nederland en Belgie
*Ik
zag in je agenda dat je binnenkort ook live gaat samenwerken met Phil Berkowitch,
ik besprak onlangs zijn Louis Jordan Tribute, gaan jullie die nummers daar ook
spelen?
Heb jij die besproken? Ze is goed hé, ik wist niet dat hij hier ook al
bekend was. We gaan tijdens die reeks optredens ook meespelen op zijn nieuwe
cd, die opnames gaan daar plaatsvinden. Het is toevallig dat Danny Carron ook
hier is als gitarist van Harmonica Shah, ik zie hem dus terug binnen veertien
dagen voor de opnames en optredens met Phil. We spelen dan ook het Eureka Spring
blues Festival met onder meer Fabulous Thunderbirds en Indigenous.
*Europa
ontdekt nu uw muziek, en men begint je hier te kennen in het bluescircuit, is
het toeren iets wat je graag doet of wat je erbij neemt omdat het moet, in feite
een overbodige vraag, want uit je vorige antwoorden is het antwoord wel duidelijk.
Neen, natuurlijk niet tegen mijn zin, ik geniet er van, ik ben heel dikwijls
als tourist in Europa zoals ik al zei, onlangs nog in Frankrijk en daar kwam
ik een pianiste tegen van mijn geboortestad en ze vroeg me of ik niet wou meespelen,
ze begeleidde Hal Singer en ze hadden geen gitarist, ik zei natuurlijk ja, en
daar stond ik plots op het podium, ik de tourist in Parijs. Het gekke was dat
ik daardoor 3 andere optredens in de volgende week aangeboden kreeg. Dan ga
je eens op vakantie! Zo ontmoette ik dan ook Georges Lemaire en Ray Bodenstein
van Bluebridge International, de eerste is een Belg en de andere een Duitser
en ik vertelde hun dat ik graag zou terugkomen en eerst stonden ze wat weigerachtig
tegenover het voorstel, ze hadden geen plaats voor me, maar je kent me, ik bleef
zeuren en op ’t laatst zegden ze “Okee, Okee, we zullen je proberen
te helpen“. Het begon dan met een groot concert in Carpentras vorige zomer
en daar willen ze me terug voor volgende zomer. En dan doen we terug Belgie
aan in november of december en nu heeft een festivalorganisator me hier net
gevraagd voor september, maar ik zei “Ik ben niet hier dan, ik heb geen
tour! Hij antwoorde: ”Geen probleem, dan vliegen we je speciaal over voor
dat optreden”. Ik ben de naam van het festival vergeten, spijtig genoeg.
Maar ik kom zo graag naar Europa, het frustrerende is alleen: ik kom hier in
die mooie steden, en moet de volgende dag terug weg, verdorie!
*Als
je kon kiezen om met iemand te mogen samenwerken, artiest of producer, om het
even wie, wie zou dat zijn?
Sean denkt na, op dat moment komt Bill Stuve binnen, hij heeft het laatste stuk
van de vraag opgevangen en roept dadelijk (lachend); “George Martin!”.
Sean zegt dan: “Tom Waits, ik zou graag met Tom Waits samenwerken, maar
dat is natuurlijk maar een droom.”
Laatste
vraag dan, welke goede raad kan je geven aan een jonge, opkomende bluesartiest?
Oefenen, oefenen en nog eens oefenen, zegt Sean. Bill Stuve springt ter hulp
en herhaalt de woorden van Kirk “Eli” Fletcher die we toevallig
dezelfde vraag stelden een paar weken geleden: “Dig Deeper” …
je moet teruggaan, luisteren naar de originele versies, veel muzikanten kennen
alleen de coverversies van songs en weten niet dat het door iemand anders geschreven
is. Maar ook leren wat de commerciële kant is, dat is veel moeilijker,
de muziek is gemakkelijk, de commerciële kant is hard en moeilijk. Zorgen
dat je ook de ”instrumenten” hebt om ook die kant goed te doen,
dat is wat ik geleerd heb.
.
We bedanken Sean en Bill en drukken de hoop uit van hen in september terug te
kunnen ontmoeten, en nog eens van zo’n super show te mogen genieten.
Meer foto's op:
Lady Blue
RON