THE SHINER TWINS - CROSSROADS ANTWERPEN - 23 MAART 2008
Ter gelegenheid van hun optreden samen met Harry Bodine hadden wij een gesprek met Richard van Bergen en Jack Hustinx van de Nederlandse rootsband “Shiner Twins” in het Crossroads Cafe te Antwerpen.
* Welkom in
Antwerpen Jack en Richard en vrolijk Pasen namens het Rootstime team. Jullie
worden omschreven als roots junkies, hoe moeten we dat verstaan, wat zijn jullie
invloeden?
Richard: Mijn invloeden komen in de eerste plaats uit de blues en ook uit de
singer-songwritermuziek omdat ik met J.W. Roy speelde, maar ook New Orleans
muziek, funk, R&B, soul, maar mijn roots, voor zover ik dat als Nederlander
mag zeggen liggen toch hoofdzakelijk in de blues, meer bepaald de Delta blues.
* Richard,
je zat in de begeleidingsband van Jan Willem Roy, “the One Night Band”,
samen met Roel Spanjers onder andere. Waren dat je eerste belangrijke stappen
in de muziekwereld of had je voordien ook al in bands van betekenis gespeeld
of plaatopnames gedaan?
Neen, ik zat voorheen al in de muziek, ik speelde al jaren in allerhande bluesbandjes,
onder andere mijn eigen band, Millstreet Bluesband, voorheen de Crown Jewels,
en nog enkele andere.
* Ook in “Sunset
Travelers”?
Ja, maar dat was al tijdens mijn periode met Jan Willem, dat was een soort zijproject,
ik speelde regelmatig sessies in een café, Het Pothuis, een keldertje,
en daar zagen Roel Spanjers en Jan Willem me en zo is de boel aan het rollen
gegaan.
* Komen jullie
uit een muzikale familie? Jack, je zoon is drummer, hadden je ouders ook muzikale
interesses?
Jack: neen niet echt, er zitten wel twee generaties Hustinx in de Shiner Twins,
mijn zoon Nicky speelt drums, maar mijn ouders, neen, geen muzikanten.
Richard: Mijn ouders niet echt, maar mijn grootvader, wie trouwens een Belg
was, speelde orgel in de kerk, en mijn vader speelt wel wat piano, maar gewoon
thuis wat.
Jack: Als we dan terug gaan tot de grootouders dan moet ik zeggen dat mijn grootmoeder
concertpianiste was, maar de ouders, neen, het heeft een generatie overgeslagen
blijkbaar.
* Maar het zit
wel in de genen?
Ja, ja, inderdaad.
* Jack, jij
leefde een tijd in Austin, heeft je dat geholpen bij je ontwikkeling tot rootsmuzikant
en welke ontmoetingen leverde dat op in het Mekka van de Amerikaanse muziek?
Jack: Ik heb het geluk gehad toen ik naar Austin ging voor de eerste keer, dat
ik Malford al verschillende keren telefonisch gesproken had. Dus dan kom je
daar aan in Austin en dan zit je daar dadelijk met Chris en Tommy (n.v.d.r:
Double Trouble, begeleidingsband van Stevie Ray Vaughan) aan de bar en met Stephen
Bruton, Toni Price, Patricia Vonne en zovele anderen. Wat heel belangrijk is;
ik weet niet hoe het in Belgie is, maar in Nederland zijn er behoorlijk wat
muzikanten die, zoals jullie dat noemen, een “dikke nek” hebben
en dat volledig onterecht en daar heb ik me altijd wezenloos aan gestoord. Als
je hier bij ons bijvoorbeeld een Barry Hay van Golden Earring een handje wil
geven, dat kan dus helemaal niet. Zoiets is daar dus totaal ondenkbaar, ook
de bekende grote namen zijn dus daar hele gewone jongens. Wat ik daardoor geleerd
heb is: blijf jezelf en doe wat je wilt doen, en als je dat goed doet, gebeurt
er wel wat.
* Toen Jack
vroeg of je samen met hem in Malford Milligan's Europese band wou spelen was
dat feitelijk het begin van The Shiner Twins, jullie namen met hem "Sweet
Cherry Soul" op, en gingen na de tournees verder onder de naam Shiner Twins.
Kan je ons iets over die periode met Malford vertellen?
Wel, het waren drie toertjes in Belgie en Nederland, en ééntje
in Austin, we hebben anderhalf jaar samen gespeeld en het was heel heftig, het
was heel leuk om met hem samen te werken, hij is een fantastische zanger en
het was vooral voor ons heel jammer, de manier waarop het geëindigd is,
maar dat ging achter ons om, dat was meer op het niveau van ’t management.
Als je het zo bekijkt was dat inderdaad het begin van de Shiner Twins. Toen
Malford vroeg om een band voor hem samen te stellen, dacht ik : Ja, maar ik
wil wel mijnheer van Bergen als gitarist, zonder hem begin ik er niet aan. Ik
vind Richard namelijk de beste gitarist in Nederland die ik ken, voor de rest
is hij natuurlijk een lul, (Lacht plagerig), maar hij speelt wel geweldig!
- Dit soort plagerijtjes en vriendschappelijke grappen over elkaar zijn ook op’t podium een rode draad die duidelijk laat merken dat deze band met plezier en als echte vrienden op het podium staat en speelt. -
* Door welke
gitaristen zijn jullie elk vooral beïnvloed?
Richard: Je merkt het wel niet aan mijn gitaarspel, maar mijn helden waren Jimi
Hendrix en Django Reinhardt, B.B. King en T. Bone Walker en ook de oude country
blues gitaristen. Maar die twee zijn de uitvinders van heel wat dingen, die
mijn stijl bepalen
Jack: Bonnie Raitt, Lowell George, David Lindley, Ry Cooder dat zijn de gitaristen
waar ik heel diep voor buig, en Richard kom daar heel erg dicht in de buurt
met zijn manier van slide spelen, daarom vroeg ik hem in de band. Ook gitaristen
die niet zo op de voorgrond treden maar de zaak erg goed weten in te kleuren
met beperkte bijdragen. De gitarist van Tom Petty, Mike Campbell is daar een
goed voorbeeld van, en Brinsley Schwartz, die bij Graham Parker speelde ook.
Dat waren de gitaristen die mij beinvloeden, maar Richard is de gitarist en
ik ben maar een ouderwets slaggitaristje. En oh ja, ik zou hem nog vergeten,
Dave Edmunds…Ooh yes (Kijkt veelbetekenend naar Richard, die lacht en
zegt, “ik wou al niets zeggen”. Er is hier duidelijk een verschil
in mening over de kwaliteiten van Edmunds als gitarist). Jack krijgt echter
hulp uit onverwachte hoek als mijn collega Yvo (fotograaf van dienst vandaag)
zich laat ontvallen hoe goed hij ook Dave als gitarist wel vindt. Vooral de
vermelding “zeer onderschatte gitarist” doet Jack glunderen, eindelijk
iemand die hem steunt.
- Tijdens het optreden maakt Jack nog zinspelingen op die uitspraak van Yvo naar Richard toe, hij geniet duidelijk van het eerherstel dat Dave Edmunds kreeg, en de pubrock song die hij dan speelde droeg duidelijk de stempel van Dave. Het is één van de songs die waarschijnlijk op het nieuwe album zullen komen, de titel ben ik spijtig genoeg vergeten. Ik ben duidelijk oud aan ’t worden, volgende keer af en toe wat noteren.
* Jullie werken
nu samen met Harry, zijn er nog muzikanten waar jullie graag zouden mee werken,
en waarmee dat ook reëel mogelijk zou zijn?
Richard: Of het reëel uitvoerbaar is weet ik niet, maar ik heb met de Sunset
Travellers met Roscoe Chenier uit Louisiana gewerkt en dat is zo’n aangename
en relaxte kerel, daar zou ik graag nog wel iets mee doen ja. Of zoiets als
dit hier: de “Crossroads” band, zeg maar allerlei artiesten die
in zo’n vaste club komen optreden en die met een vaste band begeleiden
Jack: Daar zou ik nog willen aan toevoegen, een dik jaar geleden hebben wij
op de Hootenanny van Hubert Van Hoof gespeeld met Stephen Bruton en dat klikte
heel goed, maar dat is ook weer niet reëel, want spijtig genoeg is Stephen
heel erg ziek, hij heeft waarschijnlijk nog maar enkele weken te leven, dus
dat zal helaas ook niet meer mogelijk zijn.
- Deze opmerking zet wat een domper op de sfeer, want er is meer dan één fan van Stephen in het Rootstime gezelschap.
* Is er veel
verschil in jullie manier van componeren, want jullie schrijven beide knappe
songs?
Richard:Ik denk dat Jack meer voor de mooie melodieën zorgt, ikzelf ga
meer terug naar gospel, beetje groovy achtige dingen, maar Jack is het die de
echte mooie liedjes schrijft, heel mooi.
* Bij het verschijnen
van "All in store" hebben jullie van alle media enorm goede kritieken
gehad, en terecht, want het is een uitstekende cd. Heeft dit jullie ook in het
buitenland wat opgeleverd, aan optredens of platenfirmas die jullie cd oppikten
of zo?
Het heeft ons wel wat optredens opgeleverd ja, maar sommige kritieken waren
zo lovend dat je er verlegen van werd. En als je ziet hoe klein dat rootswereldje
is dan zijn me meer dan tevreden met de resultaten, we mogen niet klagen en
zitten twee gelukkige mensen tegenover je.
Jack: plus, ik ben een beroepstwijfelaar, ik denk steeds, is het wel goed, zou
ik.. en als je dan zo dikwijls bevestigd krijgt dat ’t goed is, dat helpt
wel ja. Als dan iemand als Jan Donkers bijvoorbeeld ook zegt dat het sterk is,
en zo iemand die kan dat goed onderbouwen, dat geeft vertrouwen. Onlangs waren
we nog op een poëziefestival en we deden daar "Murder Balad"
een oude New Orleans song en daar komen lange gesproken passages in en dan deed
hij dat, hij had grote vellen met tekst en las die dan. Wij hebben zoveel steun
en zelfvertrouwen gekregen omdat mensen waar je naar opkeek, zoals Hubert van
Hoof, Jan Donkers en een aantal journalisten van de schrijvende pers, die wisten
waarover ze praatten, ons goed vonden. Mensen die alleen maar schreeuwen in
een paar zinnen wat een fantastische plaat het is, dat doet me niks, maar als
ze het onderbouwen zoals zij, dat doet je wel plezier, ja.
* Bestaat er ook een kans dat deze optredens samen ook op platengebied gevolgen
kunnen hebben, dat jullie op Harry’s platen gaan meespelen of andersom?
Misschien met live opnames van deze samenwerking?
Neen, dat denk ik niet, daar heb ik niet echt over nagedacht, het is ook maar
twee weken, en wij staan op het punt om zodra deze toer voorbij is te beginnen
met de opvolger, eind april ongeveer en hij moet eind van het jaar uitkomen.
Dus of er nog tijd is om überhaupt nog wat anders te doen, ik betwijfel
het.
* Dat was onze
volgende en laatste vraag, maar die is al gedeeltelijk beantwoord hiermee. Iedereen
wacht op de opvolger, zijn er al definitieve plannen?
We zijn klaar met de selectie van de nummers. Nu zijn we bezig met pre-productie:
arrangementen bekijken, fijnstemmen, eventueel de basis opnemen en in de zomer
de rest. Waarschijnlijk ook weer met Roel Spanjers en nog wat gasten.
.
Net op tijd zijn we klaar met ons interview, want er word gevraagd of Jack en Richard naar het podium kunnen gaan voor de sound check. We bedanken hun hartelijk voor ’het interview en zien een tijdje later een uitstekend optreden, met voor de pauze The Shiner Twins en daarna Harry Bodine op de voorgrond met zijn songs en de uitstekende backing van de Twins. Of hoe Pasen meer kan zijn dan wat chocolade verrassingen. Wij kregen alleszins een erg aparte muzikale verrassing daar in Antwerpen, onze mooiste paascadeau ever!
(RON) met dank aan Marcie