JANUARI 2005 - FEBRUARI 2005 - MAART 2005 - APRIL 2005


KEVIN MONTGOMERY SPECIAL - IMPERIAL CROWNS - THE RE-MAINS - CREOSOTE - ADRIAN JAMES CROCE - STICKPONY - THE STONE COYOTES - LOUIS KING - LIZ MEYER - WILLIAM SOUFFREAU - BLINKit - ANDERS PARKER - GLENN HONEYCUTT & THE POOR BOYS - LAST TRAIN HOME - JEN GLOECKNER - RICHARD TAYLOR - BOPPIN' B - MICHAEL MCDERMOTT - BRIAN MC DADE - CROOKED MILE - DAN MONTGOMERY - JAMIE KINDLEYSIDE - SON LEWIS - THE LATE BLOOMERS - JEFF O' KELLEY - WES CHARLTON - RICH DEANS - A BOY NAMED SUE - JILL NEWMAN - JOHNNY MAX BAND - HEAVY TRASH - TIM GRIMM - ROBBIE FULKS - PETER STONE BROWN - DANNY DJANGO - STATELINER - DAVE NEVLING - FELIX CABRERA - HARMONICA MIKE& THE DELTA HEAT - DAVE HANNON & BAND - IAN BRIGGS & THE SUPERVAMPERS - THE RAGTIME WRANGLERS - STEVE WYNN - THE SEATSNIFFERS - DUSTY REAVIS - KAREN MULCAHEY - PETER QUENTIN - LITTLE CHARLIE AND THE NIGHTCATS - VIRGIL CANE - GUITAR RAY & THE RHYTHM DUKES - ANA POPOVIC - HIGHWAY DAVE and THE VARMINTS - MARCIA BALL - MIKE CHAPPELEAR - AUDREY AULD MEZERA - SAM FRAZIER - JAY RUFFIN - THE ROUES BROTHERS - TRACY BONHAM - DR. OXIDE - MALCOLM HOLCOMBE - JOHN LEE HOOKER JR. - THE HOODOOGANG - ROBERT BOBBY - SLICK FITTY - DUKE CITY SWAMPCOOLERS - LIGHTNING RED & Thunder Blues - CHEATIN' HEARTS - ROY LONEYAND THE LONGSHOTS - MARY (CRYSTAL) WOOD - CINDY BULLENS - BRIAN KEANE - EMILE MILLAR - BRIAN HOUSER - THOMAS DYBDAHL - DON WHITNEY - OVE STOYLEN - JUDE JOHNSTONE - THE GEEZINSLAWS


 

KEVIN MONTGOMERY & THE ROADTRIPPERS

LIVE ! FROM GLASCOW
Website : www.kevinmontgomery.com
Email : kevinmontgomery@yahoo.com
Label : Syren Records
www.syrenrecords.com

Het was even wachten maar na vier jaren is er opnieuw een live cd! “Live! From Glascow”. De titel verraad het al dat dit een live cd is geworden dat in de zomer van 2003 gemaakt werd in 'King Tut’s Wah Wah tut' te Glascow. Kevin brengt enkele vaste waarden als “Another Long Story” en “I wish I was blind” maar ook enkele nieuwe songs die voor het eerst een plaats krijgen op een cd. Wat deze opname uniek maakt zijn The Roadtrippers! Deze groep werd door Kevin opgericht en bestaat uit Paul Deakin en Robert Reynolds van de Mavericks, Mike McAdam en Al Perkins. Deze talentvolle jongens zijn ongeloofelijk goed op elkaar afgestemd en hun liefde voor de muziek en de vriendschap voor elkaar voel je doorstromen in de muziek. Kevin zet in met twee rustige nummers die meteen een shot in de roos zijn om het publiek op zijn hand te krijgen. Dan wordt de beat ingezet en zijn ze vertrokken voor een boeiende rit! Bij “Tennessee Girl” voel je het plezier dat ze hebben bij het zingen ervan. Een speciaal moment is “Angel Tonight”, met de road in Kevin’s zijn stem, voel je het verdriet van het lied tot diep in je ziel reiken, Mike McAdam begeleid het tot in de puntjes. Dit wordt verder gezet in “Broken” waar we de stem van Carter Wood nog een keer met de glimlach kunnen beluisteren. Twee gevoelige songs om u tegen te zeggen. Een van de “nieuwe” songs die voor het eerst op plaat wordt gezet is “Flower of my heart” van de hand van Kevin’s vader Bob Montgomery en diens voormalige partner Buddy Holly. De intro van dit lied laat nogmaals de vriendschap en de warmte van de Roadtrippers doorschijnen en geeft de charme van een live opname weer. Met “Flower of my heart” zijn we terug in zonnige oorden en dit blijft in stijgende lijn tot het einde. De Roadtrippers hebben een enorme klasse die ze live perfect overbrengen bij hun publiek. Je hoeft je ogen maar te sluiten en je waant je voor het podium. Al Perkins geeft het beste van zichzelf tijdens “Crossroads” dat overgenomen wordt door Mike McAdam in “Ooh Las Vagas”, nog een nieuw nummer. Het is een lange improvisatie die de pannen van het dak swingt. Als je het vergelijkt met hun recente versie van hun huidige tournee is deze opname nog braafjes dus dat beloofd voor komende tijden.Kevin sluit de cd af met “Fear Nothing”, het gevoel van zelfzekerheid dat deze singer songwriter terecht uitstraalt en vol overgave aan zijn publiek meegeeft. Want na al dit moois beluisterd te hebben heb je spijt dat je nog thuis in je zetel zit en niet op een optreden! Het is tijdloos en brengt je naar de eigen wereld van een talentrijke singer Songwriter. Een charmante live cd dat ons doet uitkijken naar een live optreden!
De cd is verkrijgbaar via de website van Kevin : www.kevinmontgomery.com
(Vicky De Jonghe)

 

KEVIN MONTGOMERY
"2:30 AM"
www.kevinmontgomery.com
Label : Syren Records
www.syrenrecords.com
Mail@syrenrecords.com

Kevin Montgomery is zoon van de legendarische Bob Montgomery, in de jaren vijftig muzikale duopartner van Buddy Holly en ook nog een tijdje achtergrondzanger bij Elvis Presley. De legendarische snarenvirtuoos Al Perkins is ook prominent aanwezig op de nieuwste plaat van Kevin Montgomery "2:30 AM", opvolger van het veel besproken "Another Long Story"- album verschenen in augustus van 2003. Behalve Al Perkins zijn er verdere hoofdrollen weggelegd voor Trisha Yearwood ("Tenessee Girl"), Lee Ann Womack ("I Can’t Drive You From My Mind") en Robert Reynolds en Paul Deakin, respectievelijk bassist en drummer van The Mavericks. De laatste twee deden, samen met Kevin Montgomery, het grootste deel van het productiewerk. Drie nummers ("I Want You", "Red-Blooded American Boy" en "Fear Nothing") verschenen reeds op een van de vijf voorgaande cd’s en ook de meeste andere nummers stammen uit het verleden. Toch is de plaat zeker geen 'Rest Off' geworden. In tegendeel; de muziek ligt in het verlengde van coryfeeën als Rodney Crowell en Jackson Browne en de enige cover op de plaat, het Bruce Springsteen nummer "No Surrender" sluit daar naadloos bij aan. De meeste nummers zijn midtempo en luisteren heerlijk weg op een lange herfst / winteravond. Vader Bob kan trots zijn op zoon Kevin Montgomery: "2:30 AM" is opnieuw een aanrader in de grote stroom roots releases van de laatste tijd.

 


 

IMPERIAL CROWNS
PREACHIN' THE BLUES LIVE!
Website: www.imperialcrowns.com
Label : Ruf Records
Website : www.rufrecords.de
distr.:Munich Records
www.munichrecords.com

Om bij het begin te beginnen: op 12-jarige leeftijd zag Wood een optreden van Lightnin‘ Hopkins. ‘Dat wil ik ook‘, dacht hij. En zo geschiedde. Enkele jaren later stond hij naast zijn held op het podium. Velen helden, onder wie Johnny ‘Guitar‘ Watson en Howlin‘ Wolf, zouden weldra volgen. En nog later: Bruce Springsteen, Gladys Knight, The Blues Brothers, maar ook minder mondharmonica-behoevenden zoals Cheap Trick, P.I.L. (Johnny Rotten‘s bandje na The Sex Pistols) en Megadeth. Verder werd Woods eigen bandje The Immortals de begeleidingsband van kortstondige Rolling Stone Mick Taylor. In die jaren verdiende hij zijn bijnaam ‘Cadillac of Harmonica Players‘. En jawel: wie goed luistert, hoort zijn harmonica inderdaad schakelen; en soms zelfs keihard uit de bocht vliegen. Helaas gold dat laatste ook voor Wood zelf, die - o, hoe cliché, maar wat een goede voedingsbodem - zijn geld opmaakte aan gokken en vooral: drugs. De Cadillac was een junk geworden, evenals zijn goede vriend en bluesbondgenoot Lester Butler, de frontman van Red Devils. De laatste overleed in 1998 aan een overdosis. Vlak daarvoor had Wood zijn verslaving opgegeven, die hem nog net niet bij, maar wel in de Heer had doen belanden. Voortaan ging hij clean door het leven. Maar hij mocht dan wel met Jan en alleman hebben meegespeeld of zelfs een lesboeken en video‘s mondharmonica spelen op zijn naam hebben staan; hij was nog steeds niet de blueszanger van wie hij als schooljongetje had gedroomd. Dat veranderde toen in de garagestudio van drummer Billy ‘Champagne‘ Sullivan terechtkwam om een soundtrack voor een film op te nemen. De soundtrack mislukte, maar samen met Sullivan en J.J. Holiday, oud-gitarist van Bob Dylan en The Blind Boys of Alabama, maakte hij wel een plaat vol bluesnummers. Aangevuld met bassist John Avila (voorheen samen met drummer Champagne ritmesectie van Steve Vai), verspreiden ze nu een volstrekt eigen sound, een mix van funk, rock, gospel, pop en voodoo, verpakt in een verpletterende show, zoals alléén Amerikanen dat beheersen. In het voorjaar van 2004 hebben ze een grote tour gedaan waarbij ze o.a. op het Crossroads Festival hebben gestaan (bekend van Rockpalast (WDR TV). De show is opgenomen op 23 maart 2004 in Bonn en laat horen en zien! (ook op DVD) wat een fantastische ‘Live’ band de Imperial Crowns zijn. De vier heren uit Los Angeles zijn niet in een stijl samen te vatten zo gaat het van “Garage Beats” via “Soul” naar “Funk” en “R&B”. De Imperial Crowns worden als vernieuwers gezien in de bluesmuziek-wereld. Ze maken een soort powerblues waar vooral de inzet en de emotievolle voordracht opvallen. En het zijn ook nog eens rasmuzikanten die het hele jaar door de hele wereld rondreizen om hun boodschap te verkondigen. Van bescheidenheid moeten deze vier doorgewinterde muziekbeesten uit California het niet hebben, sinds ze in dure studiotijd klussen klaarden voor o.a. Dylan, Springsteen, Etta James en de Blues Brothers Band. "Preaching The Blues", noemde voorman Jimmie Wood het op hun eerste album uit 1997 en is ook meteen de opener van deze concertregistratie. Maar behalve de blues zij ook de Heer geprezen. Op "Praise His Name" gilt de zanger het uit: ‘Once I was a hustler. But when I gambled with the dark rooms, He carried me down. I fell down upon my knees and felt His hand upon me. Since I‘ve found Him, I‘ll never be the same.‘Hallelujah! Als het niet deze uitzinnigheid is die de duivel moet uitdrijven, dan gebeurt dat wel door de gierende bottleneck waarmee gitarist J.J. Holiday zijn slide guitar bewerkt. De Imperial Crowns maken kokende, bluesy funkrock, die vooral goed bevalt als ie lekker losjes en greasy rockt als in "Lil’ Death", "Altar Of Love" en "Blues Au Go Go". De enige cover is de versie van William Bells serieuze soulslijper "You Don't Miss Your Water", die er ook mag wezen. De bluesrockertjes op deze cd ontkomen echter niet aan een zekere routine, al houdt gitarist JJ Holiday ons wel bij de les. Regelmatig wisselend en al dan niet ‘slidend’ zorgt hij met een onopvallende presentatie voor het stevige geluid van de groep. Een smakelijk mix van blues, soul en gospel. En dat lekker rauw opgediend. Jimmie Wood zingt, schreeuwt, kreunt en zorgt ervoor dat de nummers net dat beetje extra krijgen dat wel eens gemist wordt op de studioalbums. Kortweg :"Preaching The Blues": is een dampende plaat !


 

THE RE-MAINS

BURNIN ' DAYLIGHT
THANK YOU FOR SUPPORTING COUNTRY ROCK ' N ' ROLL
website : www.re-mains.com
mick@re-mains.com
label : Croxton Records
Distr.: Glitterhouse Records
info : www.croxtonrecords.com
mickdaley@ozzienet.net
www.coalface.freeprohost.com

Mick Daley (AKA Jah Mien) – Frontman and chief bard, Maton acoustic guitars. He sings, he shouts and he cajoles the message of CR&R in his own words and more than a few chords.Leigh Ivin (AKA Swoop Owly Owl) – Formidable maestro of many stringed instruments, Leigh makes the steel guitar dance the two-step while his black Mastersound electric guitar spits, crackles and howls in protest. Shaun Butcher (Uncle Burnin’ Luv) – He used to be a grunge guitar player. Now he’s a grunge banjo player. Mick Ward (AKA Wardstock, a small collection of vintage drums resonate with the power of rocked out country backbeat at his command. Sam Martin (AKA Junior, en (ex?) lid van the Toe Sucking Cowgirls) is a master of all things bass. He can play mandolin and he can sing. Samen vormen zij The Re-Mains en komen uit Australie. Blijkbaar een vruchtbare bodem voor Rootstime want eerder maakten wij kennis met Rockbottom James & the Detonators (BRBF Peer 2005), Red Rivers, Red Hot Poker Dots en de Chrome Daddies. Met hun country rock album "Keepin' it Steel ", dat ondertussen een collectors item is geworden, lieten the Re-Mains voor het eerst van zich van horen. Slechts zeven songs op dit debuutalbum, de opvolger "Thank You for Supporting Country Rock ' N ' Roll "(03) was dan een volwaardig full album (14 tracks) dat in hun thuisland op erg gunstige kritieken werd onthaald. Een jaartje later verscheen het mini album "Burnin' Daylight" met ondermeer twee live opgenomen songs, de instrumentale titelsong, een schitterende cover van de Parsons / Hillman klassieker "Sin City", het nummertje "The Letterbomb" is dagelijkse luisterkost geworden ten huize Remmery ,... euh ik bedoel huize rootsrocker. Invloeden van groepen als the Band, John Spencer Blues Explosion, Bob Dylan, Nick Cave, Gram Parsons zijn duidelijk te horen in het materiaal van de Re-Mains. Country - rock / roots rock met een een ferme scheut banjo / steelguitar / harmonica wordt er op "Thank You..." geserveerd, met zelfs een gastoptreden van de "Honky Tonk Woman" Wanita, een erg sterk album dat als producer Flash Sheedy meekreeg (Johnny Greens Blues Cowboys). Met een tweetal wijzigingen in het personeelsbestand sinds het album "Thank you.." zijn The Re-Mains hun koffers aan het pakken voor een toernee door Australie om hun nog te verschijnen album "Field Conditions" (6 Juni) te gaan promoten. Vijftien nieuwe songs, "You will weep, but you sure as hell will dance" waar wij uiteraard benieuwd naar uitkijken.


 

CREOSOTE
BLACKSMOKE
www.creosotemusic.com
label : Eigen Beheer
info : jason@creosotemusic.com
www.nowpublishingnow.com
(Dan Burke)
www.cdbaby.com/cd/creosote


"Hands down, Jason Steed is one of Tucson's best songwriters. If you are into grittier Americana acts such as Slobberbone, Drive-By Truckers, and earlier Uncle Tupelo, you'll like Jason's music!"

 

Een album dat al in 2001 verscheen maar door toedoen van Dan Burke geremixed werd en opnieuw op de markt werd gebracht. Jason Steed (singer/guitarist/primary songwriter, a veteran of numerous and wildly varied other local bands including Celtic punks The Host, the Zsa Zsas and Dog and Pony Show), is de bezieler van dit uit Tucson, Arizona afkomstige bandje dat in hetzelfde vijvertje vist als Slobberbone, Drive by Truckers, Uncle Tupelo. Rock - driven honky - tonk folk met ondermeer Joe Burns (Galexico, Giant Sand) : stand - up bass en Tim Gallagher ( aka. Hank Topless ) op pedal steel en dobro in een hoofdrol. Invloeden van Neil Young, Elvis Costello, Jayhawks, Remplacements zijn als vanzelfsprekend van de partij in het singer / songwriterswerk van Jason Steed, die in 1998 met een Ep (vier songs) voor het eerst van zich liet horen. In 2004 verscheen het album " How Bad Could It Kill Me" dat Chris Burroughs als producer meekreeg en waarop Teddy Morgan (!) zich ook van zijn beste zijde liet zien. Jason Steed maakte deel uit van de band die Teddy Morgan begeleidde op zijn toernee door Italie (01). "Blacksmoke" is een aardig Americana, boozy, bitter and sweet album dat zweeft op steel guitar, gekruid met fiddle, banjo, dobro, harmonica en met de hese doorleefde stem van Jason Steed (lijkt wat op die van Jay Farrar) een collectie is geworden van inebriated conversations between a broken man and whoever might be listening.Twaalf eigen songs of in co - writing met Larry Vance die blijkbaar Dan Burke gelijk geven. Dit album moest inderdaad opnieuw in de belangsteling komen, een terechte keuze !

PLAYERS
Jason Steed (Vocals, Guitars, Harmonica), Larry Vance (Guitars), Duane Hollis (Bass),Timo Frost (Drums), Mike Ahern (Guitar, Banjo), Tim Gallagher (Pedal Steel, Dobro), Phil Stevens (Fiddle), Joe Burns (Stand-Up Bass), Craig Schumacher (Harmonica), Jim Cox (Bass, Banjo), Nick Luca (B-Vocals).


 

ADRIAN JAMES CROCE
Website: www.ajcroce.com
Info : roggie@rajiworld.com
Label : Seedling Records/
Eleven Thirty records
www.eleventhirtyrecords.com
Distr: Sonic Rendezvous
info : www.sonic.nl


Om een lang verhaal kort te maken: A.J. is de zoon van wijlen Jim Croce, die aan het begin van de jaren ’70 uit leek te groeien tot een wereldster maar vervolgens verongelukte. Geen slap aftreksel maar een waardige opvolger van zijn vader. Wat het meeste opvalt, is zijn doorleefde rauwe stemgeluid. Erg bijzonder voor een dertiger. Qua stem gelijkend op die van Joe Cocker maar dan in het kwadraat. In de Verenigde Staten werd A.J. tien jaar geleden warm onthaald, maar in Europa worden zijn cd’s vooral genegeerd. Dat heeft alles te maken met het wisselende niveau van zijn cd’s en het ontbreken van stijlvastheid. Ron Goldstein en Peter Bauman (Private Music) tekenden A.J. eerste contract, goed voor twee albums. Het eerste "A.J. Croce”, geproduceerd door T-bone Burnette en John Simon en vervolgens “That’s Me In The Bar”, geproduceerd door Jim Keltner met bijdrages van Ry Cooder, David Hidalgo en natuurlijk Keltner zelf. Croce’s derde release “Fit To Serve” was opgenomen in Memphis en de productie was in handen van Jim Gaines (Van Morrison, Santana, The Steve Miller Band). Met zijn vierde album "Transit” kwam hij op een keerpunt waarover hijzelf zegt :” I had been playing blues based music for a long time and I was ready to try something new”. Het nu verschenen "Adrian James Croce" is een flinke stap in de goede richting. Na aalgladde radiopop kiest Croce dit keer voor klassieke singer-songwriter pop die veelvuldig doet denken aan het vroege solowerk van Paul McCartney, maar ook raakt aan James Taylor en Randy Newman. Een knappe en zeer aangename cd die de sfeer van de jaren 70 ademt, maar nergens klinkt als overbodige retro. Zijn vijfde album verscheen op zijn eigen label Seedling Records, hij produceerde het album samen met Michael Vail Blum (Madonna, Pink Floyd) en is zijn beste plaat waarop Croce zondermeer laat horen tot de betere singer-songwriters van het ogenblik te mogen worden gerekend. Het spreekt echter boekdelen over zijn talent als liedjesschrijver dat in een select gezelschap met o.a.Brian MacCleod (drum- en percussiewerk), Davy Faragher (bas), Greg Leisz (mandoline, lap steel) en Nick Kirgo en Michael Bizar (gitaren), de waardering zal krijgen die hij al jaren verdiende. Ook de nieuwe AJ Croce bevat weer muziek die volstrekt tijdloos klinkt en wederom doet denken aan de bovengenoemde grootheden.Toch is AJ Croce geen moment een kloon van zijn voorbeelden; zijn muziek mag misschien putten uit een ver verleden, je hebt geen moment het idee dat je naar een plaat uit het verleden zit te luisteren. Nog niet overtuigd? Luister dan eens naar het buitengewoon indrukwekkende "Don't Let me down", één van de hoogtepunten van deze cd, een nummer dat ons meteen laat denken aan Elvis Costello. Maar ook "Lying on the Ground", "Baby Tonight" en "Too Soon" behoren tot de meest imponerende songs van deze Americana-cd van het jaar. Enfin, je hebt het ondertussen natuurlijk al lang begrepen: wij vinden deze vijfde van AJ Croce een aanrader van jewelste!


 

STICKPONY


UNDERNEATH THE BEER LIGHT
website: www.stickpony.info
label : Misery Creek Music
miserycreekmusic@hotmail.com
stickpony@grandecom.net
info:stickpony@stickpony.info
www.cdbaby.com/cd/stickpony



Born and bred on a barstool .
Barstool country rock & roll from Austin Texas.



Blijkbaar heeft Austin TX trots Stickpony een goede engelbewaarder, want je zou voor minder de gitaren aan de wilgen hangen. The catastrophic illness and near dead of songwriter Brit Jones, alcoholism, drug dependency, rehab, probation, mental illness and the departure of every founding member (with the exception of the aforementioned Jones) due to one or combination of the above. Ondertussen zijn al die sex, drugs, rock & roll problemen een beetje onder controle, zijn de zieleknijpers, geneesheren, maatschappelijk accidenten bijna zonder werk in hun thuishaven en kunnen de jongens van Stickpony met een nieuwe bezetting en propere lei beginnen. Want met het verschijnen van hun debuutalbum "Smilin' into Nowhere" in 2000, dat bovendien gunstig werd onthaald in Europa, Japan, en toernees opleverden door the United States Midwest zag de toekomst er veel belovend uit. Het sprookje leek verder te gaan met een live mini album (acht songs) maar toen kwam de klad erin. Bon, tussen het opnemen, verschijnen van "Underneath ..." en het publiceren van deze recensie onderging de groep enkele personeelswijzigingen. Momenteel zouden Stickpony bestaan uit singer / songwriter Brit Jones (vocals, guitars), Randy Spence (leadguitar), Nathan Fontenot (drums), Brian Zoric (bass & vocals). Onder het motto van "Tonight The Bottle Let Me Down" krijgen wij songs die hier en daar wel een alcohol geurtje herbergen ("Bootless Promises", "Things You Do", "Friends Like This", "Drunk Waiting To Happen", "Little Ol ' Winedrinker, Me" (Lefty Frizell), "Painkillers") maar muzikaal vooral in de richting van Bottle Rockets, Hangdogs, Drive By Truckers, Uncle Tupelo, Wilco, Slobberbone evolueren. Alt.country, Americana, van uitstekende kwaliteit en met songs als "TX Tabloid (Hickoid Wannabe)" (a tribute song to the Hickoids, Austin cowpunks), "Grown Weeds, Wasted Years" geven de jongens van Stickpony er een ferme lap op. Gelukkig nemen zij met "Only One, Alcoholic Mother " wat gas en drank terug en kan er zelfs een kwinkslag van af in de song "Paycheck " (All you need ; Nickel jukebox, pretty girls, $1.50 cans of Pearl, Mama sign your paycheck over to me). Hopelijk kunnen de jongens boven vermelde problemen wat in de hand houden en dan staan er hun nog heuglijke dagen te wachten. Wij genieten mee !


 

THE STONE COYOTES
FIRE IT UP
Website : www.stonecoyotes.com
Email : contact@stonecoyotes.com
Label : Red Cat Records
www.cdbaby.com/cd/stonecoyotes7


A family trio that plays bare-bones, literate American rock.


Fris. Hard. En schurend langs de tere ziel. Twangy rock 'n' roll zoals die nog elke dag in de VS wordt uitgevonden. Het is alweer een generatie geleden dat Uncle Tupelo met deze stuff tevoorschijn kwam en sindsdien is de wereld een beetje anders. Zo niet voor songschrijfster-gitariste Barbara Keith en haar man Doug Tibbets en haar zoon die de drums en de bas mishandelen. The Stone Coyotes, prima bandnaam, fijne sound en twaalf knagende liedjes bieden dit trio met "Fire It Up", het inmiddels zesde album ! Ja, er is iets vreemds aan de hand met de Stone Coyotes: ze bulken van het talent, beschikken over een geweldige zingende songschrijverster die haar gitaar gemeen laat janken en een lekker vette ritmesectie, maar het grote succes wil maar niet komen. Maakt niet uit, het vuur onder de band is nog gloeiend heet, dus we raden je aan erbij te komen staan. Flikker je Stones-kaartjes in de vlammen (Fire It Up), want betere Keith-licks dan die van de Coyotes zul je dit jaar niet meer horen. Het melancholieke van Tweedy & Farrar zit er helemaal in en hoewel het even hard rockt als Drive-by Truckers, ontbreekt de stoere attitude. Desolaat en hard, simpel en hoogstnoodzakelijk klinkt deze buitengewoon welkome plaat. Een band die alleen nog maar kan groeien.


 

LOUIS KING
SHARP ...LIKE A BOWLIN ' BALL!
www.users.tpg.com.au/blueking
label : True blues Music
info : blueking@tpg.com.au
Swapping Music. (Dominique Cranshoff)
www.cdbaby.com/cd/louisking3


The King of the Rockin' Blues


Australie ...wie droomt er niet van ? Een mens zou voor minder ons apenland, dat de laatste tijd blijkbaar niet groter meer is dan Brussel - Halle - Vilvoorde de (brede) rug toekeren. Maar ook muzikaal moet "Down Under" veel te bieden hebben. Getuige de recensies die wij mogen maken van artiesten uit het zonnige kangoeroe landje. Met Louis King en zijn niet meer zo recent album "Sharp ...Like a Bowlin' Ball" (03) krijgen wij een artiest over de vloer die in ons landje bekendheid kreeg met zijn aanwezigheid in het Red Rivers gezelschap dat in 2001 ondermeer optrad in de Borderline (Diest), d'Elf Uren Mis (Aarschot ) en het Beersel Blues festival (Brussel). Maar de man was al een geruime tijd bezig met blues / country / rockabilly. In 1995 verscheen zijn Louis King & the Liars Klub " album (tracks :Lovers Question, Werewolf Baby, Oh Janine, I'mDown, Juniors In Love, Dude Walk, Girl Trouble, Don't Call Me Daddyo, Lonesome For Long,Trouble on 2 Legs) gevolgd door "Hoodoo Man" in '97. (tracks :Fire Down Below, Hoodoo Man, Late Late Show, One More Night ,Venus With a Ponytail,Good man Down, 2nd Hand Love, Chilli pepper, Man That Kissed the world Goodbye, Heroin,Heartbroken again, Sweet lottie may, Cherry pie, Hit Git Go). In 2003 verscheen dit album en met zijn trouwe Stratocaster in aanslag opent hij met "Cryin' Shame" en "Real Thing" alsof King de frontman van the Fabulous Thunderbirds is geworden. Blues die met het titelnummer "Sharp Like..", "She's High Wide & Handsome" (Ian Collard on harp), "Dirty Dog" (Bruce Haynes on organ , Paul Williams ; horns), "300 Miles" doen verlangen naar de op til zijnde blues / roots festivals. Red Rivers zou wel iets zien in "the Lonesome Dreamer " en rockertje "Creaky Old Bed (All I want)" zou wel eens op de playlist van ,die andere Aussie, Rockbottom James kunnen terechtkomen. Inderdaad Louis King ..."You Knock Me Out "! Prima album. "It's really quite simple. Straight ahead good time rock'n'roll, rooted in the blues and the rock-a-billy style".


 

LIZ MEYER
THE STORM
Website : www.lizmeyer.com
Email :liz@lizmeyer.com
Label : Strictly Country Records
www.strictlycountryrecords
distr. : Munich Records
www.munichrecords.com

Americana is een hokje dat zo groot is dat het geen hokje meer is. D'r past bijna alles in: ouderwetse country, oude pop & rock, oude soul, doo-wop, singer-songwriter, folk, bluegrass, old-time, roots, ja zelfs oude jazz. En niet alles hoeft uit Amerika te komen. Als er maar puur op staat en men nog het oude handwerk in ere houdt. Het is vooral ook een reaktie op de vercommercialisering van de platenindustrie, waardoor mensen die niet in kleine hokjes pasten geen kans meer kregen. Het heeft een poosje geduurd vooraleer we een exemplaar van het nieuw album van Liz Meyer konden bemachtigen, maar het wachten blijkt wel meer dan de moeite waard geweest te zijn. Liz Meyer woont sinds enkele jaren in Nederland. Na in Amerika samengewerkt te hebben met o.a. Emmylou Harris en Bela Fleck, is ze regelmatig op de Nederlandse podia te bewonderen. Alsook op het jaarlijks terugkerend, EWOB, the European World of Bluegrass, waar Europese bluegrass-liefhebbers elkaar ontmoeten, de organisatie is hier in handen van de European Bluegrass Music Association. 0p "The Storm" gunt de Liz Meyer ons immers een blik op pareltjes uit haar eigen geschreven songs. En daar mogen wij best wel blij om zijn. "The Storm" blijkt immers gezien de fantastische bezetting, met o.a. Bela Fleck, Emmylou Harris, Sam Bush, Jerry Douglas, Glen Duncan, Byron House, Ron Block, Stuart Duncan, Rob Ickes, Mark Johnson, Shad Cobb, Mark Cosgrove, Kenny Malone en Chris Brown, een bijzonder coherent album te zijn geworden, boordevol met heerlijk singer-songwritermateriaal. Bij vlagen doet ze daarop een beetje denken aan het recentere werk van Emmylou Harris. We doelen dan bijvoorbeeld op iets als de zweverige roots pop / Americana van "The Road To Jubilee". Maar het merendeel van de liedjes zijn gewoon ingetogen schoonheden, waarin Liz Meyer kan illustreren niet enkel over een bijzonder vaardige pen te beschikken, maar ook een buitengewoon begenadigde zangeres te zijn. De opener "Blue Lonesome Wind", met de zeer bedreven Sam Bush op mandolin en fiddle, het met haar vriendin, Emmylou Harris gebrachte "The only Wind that Blows" en de met dobro voorziene titeltrack door Jerry Douglas, zijn nog maar de drie openers van dit prachtig album, die samen met de negen andere nummers van eenzelfde kaliber, een intiem meesterwerkje tot stand brengen, gespeeld vol passie en plezier. Liefhebbers van singer-songwriters en liefhebbers van de bovengenoemde grootheden mogen dit prachtplaatje echt niet missen. Dat dergelijke mooie luisterliedjes, zo na 'de storm' nog het daglicht te zien krijgen .... een groter compliment kunnen we Liz Meyer toch niet maken. Luister een paar keer naar dit album en je hoort muziek van een bijna ongekende schoonheid. Muziek die de sfeer van een ver verleden ademt, maar ook wel degelijk stevig in het heden staat.


 

William Souffreau is bijna zolang bezig als dat Rock'n'roll bestaat. Hij begon zijn muzikale loopbaan met nummers te brengen van Elvis, Buddy, Eddy & Cliff , in het begin van de jaren 60 met zijn eerste groep "The Blue Jets". In de jaren 70 is Belgenrock een nog amper geboren kind. Maar William Souffreau is al een graag geziene gast op de toen soms nog erg wankele podia. Met zijn hitgroep “Irish Coffee”, daarna met één van de allereerste covergroepen “Oh Boy”, en dan met zijn solo-hit “We All Must Get Together”. Collega-muzikanten prijzen zijn vakmanschap, en velen beschouwen hem als ‘een levende juke box’. Noem een song en William kent hem, noem een hit en William speelt hem. In 1990 ging hij solo en starte ook in 1998 "Blinkit"op! Souffreau deed het voorprogramma :The Kinks, Richard Thompson en speelde op festivals zoals Dranouter, Marktrock enz... en kreeg lovende kritiek voor zijn solo-cd's! Nu, in 2004 verschijnt van hem "Shake It" een nieuwe CD met Blinkit, "Time" een nieuwe Solo CD en omdat hij het niet laten kan, een splitternieuwe CD met "Irish Coffee"!

WILLIAM SOUFFREAU
TIME
williamsouffreau@hotmail.com
Label : Blue Gems
www.pmp.be
pmp.patrick@skynet.be

Op zijn 59ste verjaardag schrijft deze songwriter nog steeds de mooiste ballades en het soort muziek dat je niet in een vakje kan plaatsen. William Souffreau moet het nog altijd doen met een cult-aanhang en dat terwijl hij zijn eerste stappen in de Rock 'n Roll zette door Elvis te coveren, inmiddels 40 jaar aan de weg timmert en alleen maar uitstekende cd's op zijn naam heeft staan. En dan hebben we het over cd's die stuk voor stuk behoren tot het beste dat het genre te bieden heeft. Ook "Time", zijn vijfde solo cd alweer, voldoet weer volledig aan het hoge kwaliteitsniveau dat William Souffreau zichzelf oplegt. Dat blijkt al uit de imposante gastenlijst waarop onder andere grote Belgische namen als Geert Maesschalck (bas) en Gert Meert (drums&percusie). Maar ook het mandolin en slide gitaarspel van Tony Boast in het rockende "Mean Woman" en Hans Quaghebuer aan de hurdy gurdy in "Let Me Tell You Something" zijn het vermelden meer dan waard. Met de muzikale begeleiding zit het dus wel goed, maar ook met de bijzondere songs van Souffreau is weer helemaal niets mis. Luister maar naar "There ain't no Road Too long" en "Made up my Mind" waarin zijn singer songwriter capaciteiten zeer duidelijk naar voren komen. Maar ook de in de jaren '70 badende opener "'Think Again" en de kampvuursong "Guitarman", zijn beslist de sfeermakers op deze afwisselende cd, waarop de torenhoge kwaliteit van de songs van Souffreau de enige constante factor is. William Souffreau consolideert met "Time", zijn positie als een van de allerbeste Belgische singer-songwriters van het moment en ook "Time" is daarom verplichte kost voor de liefhebbers van dit soort muziek.

BLINKit
SHAKE IT
website: http://users.skynet.be/blinkit
williamsouffreau@hotmail.com
Label : Blue Gems
www.pmp.be
pmp.patrick@skynet.be

Pas bij de oprichting van BLINKit in 1998 bleek dat deze band de ideale muzikale uitingsvorm was voor Souffreau. De inspiratie voor hun nieuw geesteskind haalde het viertal uit de Amerikaanse rootsmuziek van de fifties. "Shake It" is na zijn "Rock Billy Boogie" (In 2000 opgenomen met the Mighty Blue Cloud Horn Section) andermaal een proefdruk van hoe rockabilly moet zijn. Een slapping bas (Filip De Braekeleer), stevige drums (Hugo Verhoye) en William's gul met echo overgoten stem roepen zo de geesten op van Gene Vincent, Eddie Cochran en de jonge Elvis. Ook nu weer bewijst de tandem Souffreau (accordeon, gitaar, zang) en Luc De Clus dat ze de Rockabilly-songschrijven met verve beheersen. Vanaf de opener "Cadillac Rock" zit de sfeer meteen goed. In totaal veertien nummers om van te smullen, maar mijn grootste aandacht gaat naar het sterk gezongen en snikkende "My Rockabilly Baby", het rockende "Going Out Tonight", gesteund door de trompet van Patrick Mortier. Het Zuid-Amerikaans getinte "Mexicano Sun" met Rony Verbiest op accordeon en de ode aan... natuurlijk Elvis, gebracht op "Looking Like Elvis" blijft vooral de grootste inspiratiebron van BLINKit. Grijp je leren jacket, trek die puntschoenen aan, fabriceer die torenhoge vetkluif en ... Shake It!


 

ANDERS PARKER

TELL IT TO THE DUST
THE WOUNDED ASTRONAUT
Website: www.andersparker.com
Label : Baryon Records
www.baryonrecords.com

john@baryonrecords.com

Toen we hier vorig jaar geleden "Tell It To The Dust" bespraken, van de tegenwoordig in North Carolina woonachtige singer-songwriter Anders Parker, staken we onze bewondering voor de man al niet echt onder stoelen of banken. En met "The Wounded Astronaut" EP, bewijst hij opnieuw alle aandacht meer dan waard te zijn. Parker maakte vroegerdeel uit van bands als Space Needle en Varnaline, maar tegenwoordig is hij solo en heeft op zijn eigen platenstal Baryon Recordings twee prima platen uitgebracht. Hij zat immers ook als co- producer achter de knoppen bij Centro-Matic’s "Love You Just The Same" en verzorgde voor deze schijf ook het nodige snarenwerk. Liefhebbers van singer-songwritermateriaal waarop niet zo alledaagse paden worden bewandeld zullen hun plezier met deze albums niet op kunnen. Met de langgerekte titeltrack van "Tell It To The Dust" is meteen zijn visitekaartje gegeven, en zo tot het lange afsluitende (hats off to Buster Keaton) "Doornail", gunt deze artiest ons allemaal prijsnummers van rootsrocksongs waarin de invloeden van Uncle Tupelo en The Beatles nooit ver weg zijn. Herkenbaar gebleven is de mooie stem, het totaalgeluid is echter vele malen rijker dan wat Varnaline ooit op cd zette. Parker gaat op dit album in de weer met akoestische en elektrische gitaren, bas, percussie, piano, hammond orgel, harmonica en arrangementen en venijnige slides in open gitaarstemmingen. Parker zoekt op dit album meer dan ooit zijn roots, om die vervolgens geheel naar eigen hand te zetten. Hij wordt daarbij uitmuntend begeleid door zijn oude drummer Judd Ehrbar, Jay Farrar (Uncle Tupelo, Son Volt), broer John Parker (ook Vernaline) en Joan Wasser (Dambuilders). Met het briljante "Tell It To The Dust" maakte Parker aldus de juiste beslissing solo te gaan. De vorige platen die hij met Varnaline ....en co maakte vertoonden vooral in commercieel opzicht een neerwaartse spiraal en er bleef slechts een kleine doch harde kern fans over. Vriend en vijand werden verrast met "Tell It To The Dust" want zelden klonk Parker zo geïnspireerd en doeltreffend. Het gebruik van open gitaarstemmingen en rijke arrangementen bleken wonderschoon bij zijn aangename stem te passen en gaven hem een enorme vrijheid in het schrijven van nieuwe songs. De experimenten (al veel minder dan bij zijn vorige bands) die hij hier op toepaste komen nu ook van pas op het nieuwe EP "The Wounded Astronaut". Dit album bevat zes tracks met een speelduur van nauwelijks 25 minuten, nog altijd horen we geweldige muzikanten, en is de zang bijna onwaarschijnlijk mooi. "Tell It To The Dust" en "The Wounded Astronaut" zijn cd's die hoorbaar met ongelooflijk veel liefde en wederzijds respect zijn gemaakt en zo ongeveer het hele terrein van de Americana bestrijkt. En wat die commerciele doorbraak betreft: Anders Parker heeft eindelijk zijn creatieve vrijheid gevonden want de albums worden uitgebracht op zijn eigen Baryon Recordings. En dat is voor hem nu veel belangrijker dan wereldwijde roem. Een groot publiek zal hij er wederom niet mee bereiken, daarvoor is Parker's stijl haast te ondoorgrondelijk, maar creatief staat hij ontegenzeggelijk op een hoogtepunt. Warm aanbevolen derhalve!


 

GLENN HONEYCUTT & THE POOR BOYS

MR. ALL NIGHT ROCK
website : www.rhythmbomb.com
label : Rhythm Bomb Records
info : info@rhythmbomb.com


'Glenn Honeycutt, Cousin of Elvis Presley. Born Belzoni, Mississippi, May 2, 1933. Moved to Memphis 1940 and attended Humes High School. Entered Army in 1952 after holding several jobs in Memphis and playing guitar part time. Left army 1955, formed Glenn Honeycutt and Rhythmaires, which included Jack Clement who introduced Honeycutt to Sun. Later recorded for Topp-ett, Black Gold and Fernwood. Started working for U.S. Postal Service in 1958. We're gonna gonna gotta rock bop, bop, bop, bop, baby rock. We're gonna rock it up right, we're gonna rock all night .We're gonna rock it up right all night til the broad daylight'. ROCK ALL NIGHT ("All Night Rock") by Glenn Honeycutt. Uit het gezegende jaar 1956 komt dit fragment van een Sun single en juist geteld 49 jaren later komt Glenn Honeycutt terug boven water. Op het schitterende Rhythm Bomb Record label brengt de inmiddels 72 jarige ex postbode een album uit dat nogmaals bewijst dat 'you're never too old to rock & roll'. Onder leiding van het prima bandje Randy Rich & the Poorboys (Randy Richter: Leadgitarre, Gesang, Piano / Michael Kielas: Kontrabass, Gesang, Schlagwerk / Martin Viahn: Schlagwerk, Akustik-Rhythmusgitarre, Leadgitarre / Ike Stoye: rhythm guitar, saxophone, piano. (http://www.randyrich.de) slaagt dit familielid van Elvis Presley, na succesvolle optredens om : Hembsby 23 (Eng.), Duitsland, Zweden, erin een vijftiental songs op te nemen in een tijdspanne van vier dagen. Twaalf ervan kan je terugvinden op dit album en verbazing alom, elf originals. Prettige rockabilly en bop van iemand die in de jaren vijftig enkele opnames maakte voor het bekende Sun label, Fernwood Records en nadien in het niets verdween. "Gonna love you all over, Baby mine", "Tennessee Rockin' Girl", "Sailing the Seven Seas", "Saturday Night ", "Promise Me Love", "New Orleans is the Place to Be", rocken nog steeds als de pest, de ballads en tearjerkers "A Love Song", "There's No Unloving You", "Don't Leave Me Tonight", "Backdoor Billy", "My Heart" zijn de perfecte sfeerplaatjes die bij de jaren vijftig horen. En Rhythm Bomb Records gaat nog meer van dat moois op ons loslaten. Zo zijn er ondermeer plannen om met Rayburn Anthony en Charlie Gracie de studio in te duikelen. "They are all over 60 and have left high school 40 years ago .....and still rockin'.


 

LAST TRAIN HOME
BOUND AWAY
Website : www.lasttrainhome.com
Email: mail@lasttrainhome.com
Label : Blue Buffalo Records
www.blue-buffalo.com
Distr.: Bertus
www.bertus.nl

 


Last Train Home stond al langer op mijn lijstje. En "Bound Away", de vijfde cd inmiddels, is inderdaad de moeite waard. Het is niet Alt Country, maar beslist ook niet de gladde Nashville-sound. Het zit er ergens tussenin: bijzonder sterk in de samenzang, koppelt country rock aan bluegrass, pure country en rock 'n' roll en voegen daar zuidelijk temperament aan toe, evenals een kleine portie blues en soul. Het moge duidelijk zijn; dat levert een super gevarieerde cd op die, hoewel strak-glad geproduceerd door Jared Bartlett, muzikaal boeit van begin tot eind. Misschien hebben we de laatste jaren wat teveel, zeg maar - alt-country - gehoord, maar bij veel nieuwe cd's hadden we de laatste tijd het gevoel dat we het allemaal al wel eens gehoord hadden. Last Train Home weet ons gelukkig wel te verrassen, hetgeen we twee jaar geleden ook waren bij het verschijnen van “Time And Water", een album dat kon rekenen op vele positieve recensies. De uit Washington D.C., maar tegenwoordig vanuit Nashville opererende band heeft al een handjevol cd's op haar naam staan, maar "Bound Away", uitgebracht op het Duitse Blue Buffalo label, klinkt behoorlijk hecht van een band die maar liefst acht cowboyhoeden telt, en heeft daarom een lekker vol geluid. "Bound Away" staat vol oerdegelijke, maar bijzonder geinspireerd klinkende rootsrock. Een geluid waarin gitaren worden bijgestaan door onder andere banjo, mandoline en pedal steel. Het heeft af en toe wel wat van de muziek van de fameuze Nitty Gritty Dirt Band, maar Last Train Home staat ook wel degelijk met beide benen in 2005. Soms gaat het richting country-rock, maar ook van blues, folk en onvervalste rock 'n roll zijn de elf heren van Last Train Home niet vies. Twaalf uitstekende songs staan op het zéér afwisselende "Bound Away", stuk voor stuk toegankelijk en helder klinkend, zodat de instrumenten goed te horen zijn. Eric Brace (zang/gitaar) is de genius achter dit bandje, en schreef de meeste nummers, op enkele covers na van o.a. Bob Dylan (“Tonight I’ll Be Staying Here With You”), Kevin Johnson (“Marlene”), Paul Kelly (“To Her Door”), Karl Straub (“They Dance Real Close There”). Maar het absoluut hoogtepunt is wel het door Eric brace geschreven ,"Hendersonville", het mooiste eerbetoon aan Johnny Cash en June Carter, dat tot dusver is verschenen. Uit alles op hun vijfde cd blijkt wel dat de heren van Last Train Home verdomd op elkaar zijn ingespeeld. Zo goed zitten de liedjes in elkaar en zo goed worden ze gespeeld. Kortweg : "Bound Away is muzikaal vakmanschap.


 

JEN GLOECKNER
MILES AWAY
Website :www.jengloeckner.com
info@jengloeckner.com
john@jengloeckner.com
Label: Spinning Head Records
www.cdbaby.com/cd/gloeckner


With atmospheric song writing combined with meticulous compositions and arrangements, along with the far-reaching influences. The album falls loosely into the roots category, although Gloeckner melds ample world, pop and jazz into the alt/folk melange.


Traditionele liedjes mogen weer. Artiesten die wars zijn van trends ook. Of is dat ook weer een trend? Anyway, Jen Gloeckner is een getalenteerde Amerikaanse singer-songwrite uit Dubuque, Idaho en haar album "Miles Away" kwam in eigen beheer uit, een plaat die een alt.country-feel paart aan onaantastbare meisjesachtige dromerigheid, een combinatie van professionele songs waarin we invloeden vinden van Nick Cave, Björk, Bob Dylan en nog een stel anderen, songs waarvan iedere song los staat van de andere. "Miles Away" is niet gemakkelijk in een hokje te passen; singer-songwriter of pop zijn even goede en even inadequate omschrijvingen voor het – ik zeg het maar gewoon – briljante debuut van Jen Gloeckner. Zo, dat is eruit. Haar debuutalbum verschijnt op Spinning Head Records en klinkt opmerkelijk volwassen en haar prachtige stem doet soms denken aan Stevie Nicks, zoals in "Hazy Sky", een prachtig liedje met een schurende cello tegen een swingende beat. Niet alleen beschikt Jen Gloeckner over een prachtige stem, ook haar repertoirekeuze is onberispelijk en haar eigen vijftien nummers zijn zonder uitzondering indrukwekkend. Invloeden uit folk, jazz, country, wereldmuziek en Americana-roots en een gevarieerd instrumentarium leiden tot pakkende songs, zoals de zweverige muziek in "Nothing Personal" en "Only", het vocaal sterke "Only 1", het met een mooie saxsolo voorziene "Glimpse" of het Oosters aandoende "Clear The Sand". Op een aantal van de vijftien tracks speelt zij alle instrumenten (keyboards, gitaar) zelf. Op andere wordt ze bijgestaan door een ritmesectie op dit album waar Gloeckner twee jaar aan heeft gewerkt. Het is echter vooral de hemelse stem van Jen Gloeckner die diepe indruk maakt. Deze schone poseert op de hoes tussen zand en rotsen, maar heeft mijn hart alvast gestolen. Ik ga graag met haar mee, u ook…? Kortweg : "Miles Away" is zeker een geslaagd debuut van een bijzondere warme zangeres en songschrijfster.


 

RICHARD TAYLOR
SILHOUETTE
website: www.richardtaylor.tv
www.richardtaylor.us
label : Eigen Beheer /
Crossroads Sound Studio
www.cdbaby.com/cd/richardtaylor
webmaster@richardtaylor.tv
richard.ttt@verizon.net


Guitar driven Roots Rock and alt Country/Blues twang from the East coast of the USA. // Nutss - and - bolts rock & roll .

 

Two guitars, bass, and drums, meer moet dat niet zijn. Prachtig rough - and - ready roots / rock album van nieuwkomer Richard Taylor die met zijn debuut "Silhouette" waarschijnlijk een van de betere albums van 2005 op de markt brengt. Opener "Alibi", the" King Of Road " Redux cover van Roger Miller, extra track en instrumentaaltje "Taxi" (Sly's Theme) zetten er de beuk erin, de vergelijking met Jason Ringenberg (Jason & the Scorchers) begint dan ook stilletjes vaste vorm aan te nemen. Maar er zijn meer raakpunten op dit schijfje, zo krijgt "Beggin' For a Kiss" een Dire Straits / 12 string gitaar soundje mee van Bob Kannenberg, frontman van the Barn Burners.(zie review Sept. 04), met "If That's Love" lijkt het wel of Dave Alvin en Dwight Yoakam een jamsessie in de Bakersfield bar organiseren. Ik zie het zo al voor mij : de dancefloor rocks and the beer bottles fly. Maar ook Bob Dylan komt eventjes om het hoekje gluren, eerst met Richard Taylor's versie van Bob's "Desolation Row" en dan met het eigen gepen van "Audition Stage". Met de live opgenomen tracks "Swagger", "Like A Water's Wet Live" krijg je de smaak te pakken om Richard Taylor met zijn band eens live aan het werk te zien. "Bar - tested guitars hooks and cleverly twisted lyrics" ( The Washington Post), "Richard Taylor is a sharp guitar player whose chunky rhythm style is as gritty as vintage Keith Richards" (Boston Rock Magazine) zijn recensies die er niet om liegen. Samen met Joe Goltz (electric & stand - up bass), Tim Pruitt (lead & rhythm guitars), en verschillende drummers in de studio (o.m . Bonanza D. Jones, Barn Burners), is Richard Taylor (vocals, rhythm, lead & slide guitars) er in geslaagd om een album af te leveren dat veel duidelijk maakt. "... listening to this album - with its 'rootsy' feel - will make you understand where the "real" rock'n'roll comes from and where the "real" country comes from - and will establish itself as the missing link between the two. Klasse !


 

BOPPIN' B

BOP AROUND THE POP
website : www.boppinb.de
label : Polydor /U M D
info : office@boppinb.de
didi@boppinb.com



Eine der besten Live-Bands aus Deutschen Landen
Die schönste Band von hier bis Texas kommt aus Aschaffenburg !

 

"Die deutschen Superhelden des Rock`n` Roll kommen! In klassischer Besetzung - Gesang & Acoustic guitar: Michael Treska, Saxophon: Frank Seefeldt, Gitarre: Golo Sturm, Kontrabass: Didi Beck und Standschlagzeug: Thomas Weiser - schreibt das hemmungslose Quintett die Rock`n`Roll Geschichte weiter. Rock'n'Roll mit Entertainment. Musik zum Zappeln und Tanzen. Sie singen in deutsch und englisch und mischen Swing-Jazz, Rhythm & Blues, Rockabilly, Ska und Punk mit ein".
En wij lusten er pap van ! Prima bandje dat sinds hun oprichting in 1985 met meer dan 200 optredens per jaar hun sporen ruimschoots verdienen in het Rock & Roll wereldje. "Musically we play a mix between some old covers (not only the well-known-ones), own songs (in english and german language) and our special thing is to make covers from modern songs (Modern Talkings "You're My Heart, You're My Soul" "The Look" (Roxett) oder "Sex Bomb" (Tom Jones), "If you Believe " (Sasha). This maybe a reason, why some people in the R'n'R and Rockabilly-Scene don't like us too much. But we don't care about that, because the amin thing should be, that we are having fun to play our music." (Didi Beck, slap-bass-player from the german R'n'R-Band BOPPIN'B). Niet getreurd Didi want de beste stuurlui staan aan wal en met acht cd's en meer dan 3000 optredens in de loop der jaren zijn Boppin'B met hun rock steady beats pure klasse !Sasha Schmitz (Dick Brave & the Backbeats) en songwriter van dienst (veertien stuks) kan tevreden terug kijken op zijn medewerking met een van Duitslands beste exportprodukten ... Prima album, klasse band ... voor Hookrock Diepenbeek 2006 en kroegentochten / festivals allerhande.

Tracks: Drive my car, If you believe, We can leave the world, I feel lonely, Turn it into something special, Here she comes again, Rooftop, This is my time, Everybode loves you, Owner of my heart, Do it to me, Chemical Reaction, I'm still waitin', Raindrops


 

MICHAEL MCDERMOTT

ASHES
BENEATH THE ASHES
www.michael-mcdermott.com
michael@michael-mcdermott.com
Label : Blue Rose Records
www.bluerose-records.de
Distr: Sonic Rendezvous
info : www.sonic.nl


Voordat singer-songwriter Michael McDermott in het begin van de jaren negentig wordt binnengehaald als de toekomst van de rock 'n roll, maakt hij cd's die slechts een klein publiek weten te bereiken, maar die wel zeer de moeite waard zijn. Op zijn debuut “620 W. Surf” (1991) maakt McDermott vooral door Bob Dylan of Springsteen geïnspireerde folkmuziek. Folkmuziek die McDermott overigens wel voorziet van een stevige rock 'n roll injectie. Dit leverde hem een hit bij MTV, "A Wall I Must Climb". Dan volgde de albums "Gethsemane” (1993) en “Michael McDermott” (1995), het zijn waarschijnlijk de twee minst bekende cd's van hem, maar zijn veel te goed om over het hoofd te zien. Na de climax volgde de dip tot hij in eigen beheer in 1999 het album "Bourbon Blue” uitbracht, gevolgd in 2000 door “Last Chance Lounge”, maar nu kon hij wel rekenen op een platenstal, nl. Koch Records. Met deze laatste albums breekt McDermott definitief door naar een groot publiek. “Ashes”, zijn debuut voor Blue Rose Records is nummer twaalf. “Ashes”, is weer een typische McDermott cd. Een cd met volop invloeden uit de folk, country en rock en natuurlijk het uit duizenden herkenbare stemgeluid van de uit Chicago geboren en getogen singer-songwriter. McDermott die zo uitgeblust klonk de laatste jaren, heeft het oude vuur gelukkig weer helemaal terug gevonden. “Ashes”, valt op door sterke songs en doorleefde zang, maar vooral door de gedrevenheid waarmee McDermott anno 2005 aan het werk is. "Ashes” laat een muzikant in hart en nieren horen. Een muzikant die misschien niet laat zien dat hij er nog verschrikkelijk veel plezier in heeft, maar dat wel degelijk laat horen. "Ashes” is de beste van Michael McDermott sinds zijn debuut “620 W. Surf” uit 1991. Op zijn website kan u het gelimiteerde “Beneath The Ashes” bestellen met hierop een collectie outtakes en rariteiten. Voor beide albums tekenden respectievelijk Joe Hardy (The Replacements, Steve Earle), Dan Petty (Shawn Colvin, Stone Roses) en McDermott zelf voor de productie. En gastbijdragen zijn er van ondermeer Mike Malinin (Goo Goo Dolls), Jennifer Condos (Whiskeytown, Don Henley), Jay Belrose (Beck, Paula Cole), Scott Seiver (Jason Mraz) en Joe Karnes (Imperial Drag). “Ashes” en "Beneath The Ashes” zijn cd's die je gewoon moet horen. Grote kans dat deze cd's je vervolgens voorlopig niet meer los laten. Kortweg :Pittige rock wordt afgewisseld met ballads en melodieuze countryrockliedjes van hoog niveau.


 

BRIAN MC DADE


LOVE BAYOU
ONE TRUE NOTE
Website : www.brianmcdade.co.uk
Email : music@brianmcdade.co.uk
brianmcdadeotn@yahoo.co.uk
www.cdbaby.com/cd/mcdade


Ze melden zich ieder jaar, singer-songwriters die roots in blues stoppen en tegelijk stoer als gevoelig klinken en die daarmee passen in het straatje van lieden als Dave Mason, om er maar ééntje te noemen. Brian McDade heet het nieuwe familielid, een uit Schotland afkomstige zanger-bassist die met "Love Bayou" zijn vierde afleverd. McDade kiest voor het vertrouwde geluid van countryblues en gevoelige ballads en plakt daar eveneens vertrouwde onderwerpen aan vast: het leven on the road, gevaren van een soldaat in oorlogstijd en natuurlijk de liefde. Dat biedt voldoende stof voor vijftien liedjes waarbij we het gevoel krijgen dat alles live werd opgenomen, zoals ook zijn vorige album "One True Note". Deze keer is het album opgenomen in de Nashville's Fireside Studio, en de productie was in handen van Jeff “Stick” Davis die we kennen om zijn productiewerk met o.a. B.B. King, Little Richard, Al Green en John Mayall. Voor de variatie zorgen frisse rootsmomenten als de opener "House Lights", die zeer dynamisch opent met veel ironie en een stapeltje doordenkers. De meer ingetogen momenten waarop McDade liefdevol teruggrijpt is wel "Byrd", een prachtig nummer gevolgd door "Santa Anna Winds", een song waarmee Mc Dade mooie dingen doet. Het geluid roept regelmatig associaties op met Boz Scaggs. Het frappante van Mc Dade is dat hij tot op heden niet aan kracht en pracht heeft ingeboet, getuige het in 2002 verschenen album "One True Note". "Love Bayou" is zijn nieuwste wapenfeit, waarop hij de steun krijgt van Barry Burton (gitaar), Michael Webb (toetsen) en Brian Owings (drums). Niet alleen die stem - waarin je je zo lekker kunt onderdompelen - maar ook de instrumentatie boeit. U zal het ondertussen alvast begrepen hebben op "Love Bayou", bewandelt Mc Dade geen zuivere bluesy wegen, maar ook folk, country, en, algemeen gesproken, verwerkt hij allerlei Rhythm & Blues. McDade laat geen nieuw geluid horen, maar wel een overtuigend. Van zulke platen verschijnen er ieder jaar een paar, ik mag ze graag tot me nemen. Kortweg : Brian McDade brengt zijn mengeling van gesofisticeerde ballads, blues, country en soul met verve en klasse!

 


 

CROOKED MILE
LIVIN ' IT UP (2003)
WORK IN PROGRESS (2004)
(Live tracks)
website: www.crookedmilemusic.us
label : Eigen Beheer
info : crookedmilemusic@aol.com
www.cdbaby.com/cd/crookedmile
www.sonicbids.com


If you're looking for a little country, a little rock - n - roll and a whole lot of orginality .......slechts een adres Crooked Mile from Cleveland, Ohio. Een erg leuk groepje dat ondermeer met Slaid Cleaves, Tift Merritt, BR 549 en de Cigar Store Indians (zie review Nov. 04) op het podium stond. Originals afgewisseld met covers van George Jones, Hank Williams, Merle Haggard, J. Cash op hun playlist en Crooked Mile staat borg voor een heerlijk avondje heart pumpin', foot stompin', rockin' good time. Klasse muzikanten die al decennia lang bezig zijn met muziek maken : Al Moss (pedal steelgitaar) en bekend van zijn eigen band "Hillbilly Idol" (Slewfoot Records) en Dan Rose (guitar, flat - picker, banjo) die ondermeer de studio onveilig maakte met Don Dixon, Rosavelt, Tim Easton), Bob Lanphier (vocals, guitar, songwriter), Johnny Dorado (bas) en Rob Luoma (drums). Zonder in het Nashville mainstream gedoe verzeild te geraken lijkt Crooked Mile mij de de aangewezen band om een beschaafd openlucht feestje op te vrolijken met hun roots en country muziek. Voor jong en oud ...

Bob Lanphier - vocals, guitar, songwriter
Johnny Dorado - electric bass and upright bass
Rob Luoma - drums
Al Moss- pedal steel guitar, vocals
Dan Rose - electric guitar

Album : LIVIN ' IT UP
Tracks : 1. Midnight Flyer / 2. Empty Glass / 3. Live Wire / 4. Fast Movin' Train / 5. Waiting (Any Other Way) / 6. Somebody Else's Baby / 7. Say Good-Bye / 8. Trains / 9. Sugar Shake / 10. When It Falls Apart / 11. My Kind of Trouble / 12. Moonlight and Rain.

Album : WORK IN PROGRESS.
Tracks : Mystic Sorrow // The One You Want // Jesse // Summer Rain // Fast Movin ' Train // Love In Vain.


 

 

 

 

DAN MONTGOMERY
MAN FROM OUT OF STATE
Website:
hometown.aol.com/fantasticyes
Email : fantasticyes@aol.com
Label : fantastic yes records

"Man From Out Of State" is dus niet een geheel nieuw product wat we hier onder ogen krijgen, maar een goede staalkaart van het kunnen van Dan Montgomery. En over man's kwaliteiten hoeven we niet te klagen: Montgomery, een begenadigd verhalenverteller, bezit een aangenaam stemgeluid, schrijft bovendien bovenmodale liedjes en heeft ook nog de kwaliteit om zeer kundige muzikanten om zich heen te verzamelen. Want een begeleiding met beroemde namen als Ben Vaughn aan de toetsen en gitaar en Amy Farris (viool, mandoline en zang) kan iedereen niet voorleggen. Kan niet kapot, alles klinkt mooi, clean en vooral braaf. De scherpe randjes zijn vakkundig weggelaten en bijna alles is zo geproduceerd dat het vooral toegankelijk moet zijn voor singer-songwriter-radioformaat. Jammer, want juist waar Montgomery's composities buiten dit geeffende pad treden wordt het interessant. Na opener "Long Time Ago" is het de titeltrack die aanspreekt. Vervolgens glijdt het ene na het andere nummer op een prettige wijze voorbij, met "Need Me", "The Seventies" en het slotnummer "Always" als de meest in het oor springende nummers. Jammer is wel dat "Man From Out Of State" met maar ruim 36 minuten door het leven moet gaan, anders had ik de CD zeker hoger gewaardeerd.
"Man From Out Of State" is verkrijgbaar via Miles of Music


 

 

JAMIE KINDLEYSIDE
KIND - LE - SID
website : www.kindleyside.com
label : Eigen Beheer
jamiekindleyside@hotmail.com
www.cdbaby.com/cd/kindleyside2
www.towerrecords.com
prknspwr@aol.com


Blijkbaar staat Jamie Kindleyside erg gunstig aangeschreven bij zijn collega's singer / songwriters en mensen in het muziekwereldje. Bij het verschijnen van zijn tweede album "Live on the Studio with Dave Carter" (01) kreeg hij zeer gunstige kritieken van ondermeer Malcolm Holcombe (zie review cd :I 've Never Heard You Knockin') : "Jamie Kindleyside has a heart of gold, a mind of steel and a tongue to be reconed with...., Amy Kurland, owner of The Bluebird Cafe', Nashville,TN :"A very talented singer/songwriter. He has played everywhere from dives, to the street, to festivals and often at The Bluebird Cafe', No matter the venue, the crouds relate to him... He is a poet, a blues man, a folkie and a nice guy", Jeff Eason (Wautaga MT.) :Kindleyside's voice is gently gravelly, just on the smooth side of Steve Earle. He also has a fantastic picking style which combines the Delta blues picking of folks like Mississippi John Hurt and the more modern styles of Jorma Kaukonen or Leo Kotke. Voor de opvolger "Kind-Le-Sid" viel ons oog op de bemoedigende woorden van Kevin Welch : "You Have To Hear this" en dus hebben wij die raad niet in de wind geslagen. Tien songs op dit album waarvan eentje niet van de hand van Jamie is en die allen rondjes van + / - drie minuten draaien. Erg korte boodschappen die hij ons meegeeft en op het eerste zicht dacht ik met een gospel album te maken hebben. De titels "A Prayer For Montana", "Jesus In My Heart", "Cinnamon & Sage", "Look Over your Shoulder" doen in die richting denken. Maar het is een erg sterk verhalend album geworden dat uiteenlopende thema's aanhaalt als de vervuiling van een chemische fabriek, een ode aan ijshockey legende Bobby Orr, liefdesverdriet met " I Ain't Had Nothing", het aan Dr. john rakend "Manhattan", "Sally" ( Johnny Neel van de Allman Brothers op piano en vocals), de schitterende liefdesverklaring van " If you want to find true love,Look Over your Shoulder" met Jelly Roll Johnson op harmonica !!!. De verwijzing naar Mississippi John Hurt krijgt met "Rather Have You" weer gestalte , "A Prayer for Montana" en "Jesus In My Heart" ( met Loretta Branch op viool) zijn op het lijf geschreven van Steve Earle. Prijsbeest " Whish I Could Be With You " met een schitterende sax ( Bryan Cumming) en piano / orgel van Johnny Neel is een song die s' avonds laat uitnodigt tot een liefdevol rendez - vous. Erg sterk album en ik ben blij dat ik naar Kevin Welch geluisterd heb. Klasse !


 

SON LEWIS
THE COUNTRY BLUES
website : www.sonlewis.com
www.silkcitycd.com
label : Silk city Records
info :silkcity@silkcitycd.com
www.cdbaby.com/cd/sonlewis2


Blues Guitarist and Vocalist (w/Band or Acoustic Solo), featuring Jerry Fierro on Harmonica.


Voor de muziekliefhebbers die een beetje op de hoogte zijn van blues / country blues zal Son Lewis geen nobele onbekende zijn. De man is met zijn Son Lewis Blues Band reeds sinds de jaren '60 aktief in het blueswereldje en heeft ondertussen zijn eigen manier van gitaarspelen ontwikkeld. Gaat het met de band meestal in de richting van electrische blues met rockin' juke joints dan krijg je met dit album ... inderdaad countryblues. Opnames van een akoestisch optreden in het Wilsom Auditorium van de Farleigh Dickenson University (NY) en at the scenic Warwick Valley Winery for Doc's Blues and Barbecue Festival werden op cd gebrand en Son Lewis kreeg er uitstekende begeleiding van Jerry Fierro op harmonica. Son Lewis steekt zijn bewondering voor corryfeeën uit het blueswereldje niet onder stoelen en banken. Met ondermeer covers van Reed's "Baby what you want me to do", "Found true love", "Crowling Kingsnake" (John Lee Hooker), "Stones in my Passway" ( R.Johnson), "I be troubled" (Muddy Waters), "Drop Down Mamma" (Sleepy John Estes), de delta bluesballad van "Mamma, Taint Long" (Blind Willie Mc Tell) worden de good old days in herinnering gebracht. Natuurlijk kon de klassieker "I Got my Mojo Working " gekoppeld aan de "Whoopin'" harmonica song van begeleider Jerry Fierro niet ontbreken. Son Lewis (vocals, acoustic guitar, dobro) stond ondertussen met mensen als Johnny Copeland, the Nighthawks, Clarence "Gatemouth" Brown, Jimmy Thackery, op het podium, was ooit te gast in Belgie en op verschillende grote festivals / tv shows/live radio broadcasts. Prima stem, uitmuntend gitarist, een muzikant naar ons hart : "He is a musician who respects the past, and will offer must in the future. (best music / Greece) en (SWA)

TRACKS : Baby, What You Want Me To Do, Bring It With You When You Come, Mamma, Tain't Long, I Be Troubled, Crawling Kingsnake, Drop Down Mamma, Pony Blues, Stones In My Passway, Tell Me Mamma, Give Me Some Of Your Pie, Found True Love, Whoopin/I Got My Mojo Working


 

THE LATE BLOOMERS
ABOUT FREAKIN ' TIME
label : Eigen Beheer
info:www.cdbaby.com/cd/latebloomers


Great hooks and guitars, guitar, guitars. These songs will not leave your head. You will be singing them from day one (CD Baby) Niet te verwarren met een groepje (Randy Browning and Brett Kinney) met dezelfde naam (zonder The). Heel weinig info over Bruce Romanoff en zijn maatje Kevin Kearney die samen The Late Bloomers vormen en blijkbaar een excellent gitaarduo zijn. Bovendien beschikken zij over een hoop vrienden en vriendinnen die niet te beroerd zijn om de vocals voor hun rekening te nemen. Alzo kom je tot een heel gevarieerd album met de toepasselijke titel "About Freakin'Time". It can be dirty muddy, 70's Stones, Classic instrumental Ventures, Haunting swamp blues with a ghost slide guitars, u roept maar en de Late Bloomers spelen het. Bruce Romanoff is al sinds de jaren '70 aktief en liep het meest in het oog toen hij in de band zat van George en Gwen McGrae. Kevin Kearney was aktief in het baseball, werkte aan het spoor maar altijd met de gitaar in zijn omgeving. Hard rock, great slide and very funky bass, het heeft voor hem geen geheimen meer. Beiden leerden mekaar kennen in het locale clubcircuit en meteen werden er plannen gesmeed om een album op te nemen. Negen originals en de opener "Crumblin'Down" ruikt inderdaad naar the Rolling Stones maar dan wel met slide gitaar (Kevin Kearney) en sax (Johnny Bamont). "Nothing Ventured" is hoe kan het anders met zulke titel, een lekker surf instrumentaaltje. En het blijft een mengelmoes van stijlen, "In Your Own Special Way" met vocals van Sandy Griffith en weer die sax van J.Bamont is een Rhythm & Blues pareltje. Meer instrumentale blues met "If you Knew (What I know)" en een duidelijke indicatie van de gitaarkunsten van beide heren. Liever iets meer Ramones rock? The Late Bloomers zorgen ervoor met "I'm Angry", vocals : Jeff Bowron, of hoor je liever een countrydeuntje dat dertig jaren geleden geschreven werd door Bruce... "the Married Musician Man" zorgt ervoor dat je aan je trekken komt. Hou je meer van slide gitaar dan zijn de roots songs "Every Man For Himself" en "Red State Hate" spek voor je bek. "These boy's ain't retro, they have been listening and loving rock n' roll from the beginning, if you've ever missed your spouse, been frustrated by life, or learned the hard way this album is for you." Maar ook voor wie niet in die categorie thuishoort of zich zo voelt is dit een prima album!


 

JEFF O' KELLEY
JUST PASSING THROUGH
website : www.jeffokelley.com
jeffok@jeffokelley.com
label : Buddy Dog Records
info : sonny@jeffokelley.com
websitemail@jeffokelley.com
www.cdbaby.com/cd/jeffokelley



"Eleven gems of real americana ...Really great stuff. " kregen wij te horen van Blue Hearts Recordings artist Ronny Elliot en aangezien deze singer / songwriter sinds zijn optreden in Maarheze (Nl) bij ons in de bovenste schijf ligt, twijfelen wij niet aan zijn woorden. Met als resultaat dat het album "Just Passing Through" van Jeff O' Kelley momenteel ten huize Rootstime aan nader onderzoek wordt onderworpen. Nog een referentie om het album te beluisteren is de medewerking van multi-instrumentalisten en co-producers Don Dixon/Jamie Hoover. Een overwegend rustig album dat wat vergelijkingen oproept met James Taylor, een John Hiatt in slow motion en in de iets vlottere songs ("Too Late", "Lost Again", "Talk To Me") wat southern rock/Texas style swing prikjes meekrijgt. Liefhebbers van the Jayhawks, Counting Crows, Duane Jarvis, moeten zich thuisvoelen met dit album. Met meer dan 150 optredens per jaar is Jeff O' Kelley een bezige bij die nog twee albums op zijn aktief heeft maar met "Just Passing Trough" wat meer in de belangstelling dreigt te komen. Americana / folk / country / akoestische rock zijn de hoofdingrediënten van dit licht verteerbaar maaltijdje. Juist niet genoeg en daarom blijf ik toch een beetje op mijn honger zitten.

Playlist
1. Lost Again
2. Highwayman
3. Somewhere
4. Never Gonna Live it Down
5. Save Me
6. Just Like Lightening
7. Where Do We Go From Here
8. Talk to Me
9. Too Late
10. Big Mistake
11. Crucified


 

WES CHARLTON
AMERICAN BITTER SWEET
website : www.wescharlton.com
wescharlton@earthlink.net
label : End of the Road Records
info : Oak Lea Productions
oaklea@earthlink.net
www.cdbaby.com/cd/wescharlton

Amerika heeft er blijkbaar weer een Golden Boy bij. 21 jaren jong, goed uitziend en met zijn heartfelt debuutalbum hoog genoteerd in de Miles of Music Charts, de toekomst ziet er stralend uit voor de uit Lancaster Virginia afkomstige Wes Charlton. Een jong gastje die zijn oortjes liet flapperen bij de muziek van Bob Dylan, John Lennon, Townes Van Zandt en met het album "American Bitter Sweet" in het vaarwater komt van Ryan Adams, Chuck Prophet, Vic Chesnutt, Wilco, the Jayhawks. Zelf omschrijft hij zijn muziek als volgt :" I see my music like painting. It's dense and multi-layered. Colors and visions bleed into and out of themselves." Zoveel wijsheid en uitdrukkingsvermogen voor een jonge "snotbel", als dat maar goed komt. Wait and see, maar ondertussen geniet de halve wereld met volle teugen van dit alt. country / roots album dat pareltjes in huis heeft die behoren tot de beste Americana songs die wij dit jaar al hebben mogen aanhoren, nl :"To Be Found" (met Charles Arthur ; lap steel en Macon Gurley vocals), het aan Steve Earle denkend "Worry" (met Wes on elect & acoust. gt., piano, harmonica, Hammond B3), het "Promised (Bluegrass?) Land". Prima singer / songwriter die ondanks zijn nog jonge leeftijd ook zijn beroemde voorgangers niet vergeet, zo kan je op zijn site, naast eigen songs, coverversies van "Good Rockin' Mama" (John Lee Hooker), "Lonesome Cabin" (Sonny Boy Williamson) downloaden. Onder de goedkeurende blikken van Fred Kevorkian (bekend van zijn werk met Rosanne Cash, Lenny Kravitz, Lou Reed) werd alles mooi op band gezet en met dat fraai resultaat staat Wes Charlton aan de singer / songerswriter deur te kloppen. Laat hem binnen en geniet ! (SWA) Met dank aan Leah Streetman. (Manager for Wes Charlton)


 

RICH DEANS
BLUE CITY
website : www.richdeans.com
label : Eigen Beheer
info : rich@richdeans.com
www.cdbaby.com/cd/richdeans

"For saking electrical excitement for the soothing strains of country", en ik denk dat het Rich Deans geen windeieren gaat leggen. Nieuwe naam en blijkbaar heeft deze Rich Deans wat in zijn mars, want Kim Carnes nam de song " Blue Eyes and White Lies" op, "Tiger on the Lawn" kan je terugvinden op de solo cd van Paul Cotton (Poco) en de song "Don't Dig My Grave Too Deep" zat in de finale van the Bilboard Magazine Songwriter competitie. Drie songs van de hand van singer / songwriter Rich Deans (New Jersey) die met dit debuutalbum een erg verzekerde indruk laat. Een album dat zweeft tussen country met wat swing ("A Dozen Roses and a Diamond Ring"), honky tonk ("Fall Like A Star") en storytelling met hier en daar een scheutje Americana. ("House of Stone", "Don't Dig My Grave Too Deep"). Een gevarieerd album dat gelukkig ver wegblijft van het platte mainstream country dat wij soms op ons bord geschoteld krijgen. Met een song als "Outlaw's Son" zou je Waylon Jennings uit de doden kunnen doen verrijzen, "You Can't Count On Me" doet je terug denken aan de kampvuursongs van Woody Guthrie (met backingvocals vanJean & Anne Rohe"), "Blue City" met dat schitterend pedal steel / keyboards geluidje is een beauty, net als het duetje met Shelly Rann (" If My Heart Was a Train"). Veel schoon volk in de studio en een album dat de pedal steel hoog in het vaandel draagt heeft bij deze jongen altijd een streepje voor. Fraaie kennismaking, prima album met slechts acht songs maar zij zijn het beluisteren waard.


 

A BOY NAMED SUE
A BOY NAMED SUE EP
website : www.aboynamedsue.com
label : Eigen Beheer
www.sonicbids.com/aboynamedsue
sue@aboynamedsue.com
tonje@tonjekaada.no
www.cdbaby.com/cd/aboynamedsue




Life ain't easy for a boy named Sue ...dat kan je wel schrijven, zingen en ondervinden. Stig Sandbakk heeft er blijkbaar geen moeite mee. Deze uit Noorwegen afkomstige singer / songwriter, en voormalig lid van de rockband Woo, koos de titel van een van de grootste country klassiekers (Shel Silverstein/J.Cash) als naam van zijn nieuw project. Erg origineel en hij brengt uiteraard ook heel andere muziek. Al zit er hier en daar een streepje country/rock, Americana bij, wat folk en jaren zeventig gedoe, het is een akoestisch/gevoelig werkje dat niet bepaald uitnodigt tot dansen. Luisteren is de boodschap. Het roept een ietwat intiem sfeertje op met wat pianogetokkel en gitaargepingel op "Heard This Laughter", een wat aan Nick Drake rakend "The Way It Should", het "Sad Songs" gevoel is nooit ver weg, wat atmosferische achtergrondgeluiden, Leonard Cohen zou zo om de hoek kunnen komen kijken. Begonnen als een soloproject kreeg Stig (vocals, gitaar, syntheziser) in de studio gezelschap van Roald Kaldestad (gitaar, mandolin, backingvocals) en hoopt met dit Ep-tje voldoende aandacht te krijgen om aan een full cd te beginnen. Wait and see .

Songs : Heard This Laughter / The Way It Should / Come Home / Sad Songs / Turn Stay Strong / All That I'm Waiting For.


 

JILL NEWMAN
FRAGILE WALLS
website : www.jillnewman.net
Email :jilltnewman@yahoo.com
label : Eigen Beheer
www.cdbaby.com/cd/jillnewman

Alt-country, female lead guitarist-songwriter (CD Baby ) en natuurlijk gaan wij dan op onderzoek uit. Regelmatig hoor je muziekliefhebbers, programmamakers op radio en tv klagen dat de vrouwelijke singer / songwriters dun gezaaid zijn. Bullshit, want wie Rootstime doorneemt zal zien dat wij regelmatig erg sterke nieuwe namen ontdekken en op onze site aan u voorstellen. En wij hebben er weer eentje gevonden ,nl : Jill Newman uit Vancouver Canada. Het mooie kind kreeg de muziek met de paplepel ingegoten. Vader fan van Hank Williams en Dolly Parton, moeder die thuis op de piano tokkelt, de appel valt hier niet ver van de boom. Op haar zeventiende kreeg zij haar eerste namaak Stratocaster en dit was het startsein om zich in het muziekwereldje te storten. In 1996 maakte Jill deel uit van Jessee Jane , Vancouver's hottest all woman roots band, om nadien over te stappen naar de roots / alt.country band The Swinging Doors. Maar Lucinda Williams album "Essence" en Tom Waits "Mule Variatons" deden haar besluiten om haar Telecaster onder de arm te nemen en met hulp van allrounder Stephen Nikleva (producer, akoest. & elect.gitaren) bracht zij haar debuutalbum "Fragile Walls" op de markt. Tien eigen songs die varieren van prachtige Americana songs als het titelnummer en prijsbeest "Fragile Walls", "Those Things You Do" (Charlie Hayes;steel guitar), naar meer roots als "A Thousand Lies", "Can't Walk Away", blues van prima kwaliteit met "Baby JustLeft Me Blues" en "Plenty Fish in the Sea" met Jill op slide gitaar en een uitstapje naar een streepje surf ("Dead End Road). Met "You can Get There From Here', "It's All right" (Peggy Lee op cello) en "Big Old House" (prachtige rhythme sectie) komt zij erg dicht in de buurt van Neko Case, Libbi Bosworth, Rosie Flores, Carolyn Mark. Voor diegene die met de volgende problemen zit heeft niet tante Kaat maar Jill Newman een gouden raad "For any of you who are contemplating writing your own songs and creating your own CD, my advice is don't think about it too much, just write and write and write. You'll get there! Het resultaat liegt er niet om ... "Fragile Walls" is een uitstekend album !


 

JOHNNY MAX BAND
RIDE AND ROLL
website : www.johnnymaxband.com
johnnymaxband@rogers.com
label : Pour Soul Records
www.iridescentmusic.ca
btosoff@shaw.ca (Bryon Tosoff)
www.cdbaby.com/cd/johnnymaxband3

From slow heartfelt ballads to driving tunes...
Playing The Music That Radio Forgot”

 

Ride and Roll is a smokin' mixture of hard edged Blues, Stax/Volt-saturated Soul and classic Rhythm & Blues (CD Baby). Real chicago blues from Toronto Canada, er zijn geen grenzen meer. Na "Long Gone Train" (02) en "In The Doghouse Again" (03) bewijzen zij met het album "Ride and Roll" dat de Johnny Max Band behoren tot de beteren in het blues wereldje. Dertien tracks waaronder covers van Sonny Terry & Brownie Mc Gee (titelnr. "Ride & Roll), "Angel Of Mercy" van Albert King, "Shake'Em on Down" van Bukka White, de traditional "Walking in Jerusalem" en de New Orleans klassieker "Junko Partner" (maar dan in een "slow" versie waarin je het origineel bijna niet meer herkent). Maar ook een aantal eigen blues songs die hier en daar een ferme scheut rock & roll meekrijgen. Met de opener "Baby Please Don't Go" geven Johnny Max (vocals), Kevin Higgins (Fender gt.) en Martin Aucoin (Hammond B3) hun roadhouse rock visitekaartje af. Blijkbaar zijn er enkele wijzigingen doorgevoerd bij the band want met Uli Bohnet (bas) en Duncan Mc Bain (drums) is de rhythm sectie volledig vernieuwd. Maar dat belet hen niet om van het rockabilly "Ride and Roll" over te schakelen naar de Albert Kings bluesy "Angel Of Mercy", of van het Stax soulvolle "Watcha Gonna Do" naar het met lekker van slide voorziene gospelsoundje van "Walking in Jerusalem". Maar ook de Rhythme & Blues wordt niet vergeten met songs als "My Babe is Mad At Me" en "Long Gone Train", titels waar je de 'blues' van krijgt. Dan liever het orgeltje/piano en de gitaren op de traditionele blues van "Shake'em on Down". Met klasse muzikanten als Kevin Higgins en Martin Aucoin kan het niet anders of Johnny Max moet zich in zijn nopjes voelen. Dat hij ten volle illustreert met "I Like Women" dat nog een onverwacht extraatje krijgt met een a capella Hallelujah. Het kan niet anders of Johnny Max en zijn band moeten de oversteek eens naar de lage landen doen. "What do you get when you mix R N’ B, Blues and Rock? You get the new CD from the Johnny Max Band – Ride & Roll. Featuring the unique vocals of Johnny Max, each song has a life of its own. There is nothing monotonous or repetitive here. Just good, down home, soulful music." (Sarah French) en


 

HEAVY TRASH
www.heavytrash.net
Label : Yep Roc Records
www.yeproc.com
info@yeproc.com
Distr: Sonic Rendezvous
info : www.sonic.nl

Wie de sex en de sleaze miste op het laatste album van The Blues Explosion kan zich nu verlustigen aan "Heavy Trash", waarop Jon Spencer (zonder Blues Explosion), Matt Verta-Ray (zonder Speedball Baby) en hun maten de ranzigheid terugstoppen in de rock 'n roll. Expliciete teksten, rammelende gitaren, zoete achtergrondkoortjes en het gehijg van Spencer is wat de plaat te bieden heeft. Vuige rockabilly, zoals het hoort. Heavy Trash is dus een duo, Jon Spencer kennen we natuurlijk allemaal van zijn Blues Explosion. Matt Verta-Ray zal een enkeling nog kennen van de zwaar ondergewaardeerde band Madder Rose (met zangeres Mary Lorson) of zeker wel van de reeds aangehaalde Speedball Baby. Wanneer twee van deze zwaargewichten hun krachten bundelen verwacht je natuurlijk de meest rauwe en ruige rockplaat ooit. Deze cd pakt echter anders uit. Iedereen die na Spencer's andere hobbybandjes wederom een kopie van Spencer's Blues Explosion verwacht komt bedrogen uit, want John Spencer heeft de blues dit keer thuis gelaten. Heavy Trash haalt zijn invloed vooral uit stokoude rockabilly en net zo oude rock 'n roll en klinkt af en toe alsof het rechtstreeks uit de jaren 50 is getransporteerd, terug in de tijd en maar ... dit is een prachtige ouderwetse rock ’n roll-plaat. Dertien nummers die stuk voor stuk heerlijk om te luisteren zijn en je tientallen jaren terugwerpen in tijd. Hiernaast heeft ook Verta-Ray's voorliefde voor Johnny Cash flink wat invloed gehad op de muziek van Heavy Trash. Carl Perkins, Elvis Presley, Eddie Cochran… het zijn slechts enkele van de vele namen waarvan je de invloeden voorbij hoort komen. Zoals in de openingstrack "Dark Hair’d Rider" doet denken aan Carl Perkins en in de tweede track, "Lover Street", hoor je duidelijk Johnny Cash doorklinken. De meeste tracks zijn uptempo en swingen de pan uit, maar Matt en Jon bewijzen ook dat zij uit een dik moeras kunnen klimmen en een beklemmende swampsound neer kunnen zetten met "Under The Waves". Alle songs werden door Spencer en Verta Ray zelf geschreven en de meeste instrumenten werden door de heren zelf bespeeld. De enige aanwijzing waardoor je zou kunnen concluderen dat deze plaat niet eind jaren vijftig is opgenomen zijn de teksten. Hierin hoor je af en toe woorden waar je tot dertig jaar terug voor gestenigd was. Maar elk nummer van deze plaat is echt prachtig. Lekker rauw opgenomen in de kelderstudio van Verta-Ray in de Lower East Side in New York. Verta-Ray laat zich trouwens volledig gelden met zijn vlijmscherp gitaarwerk. Heavy Trash klinkt zeer oorspronkelijk. Een lekkere hompty dom bas, een twing twang reverb gitaargeluid en wat cymbals. Rockabilly, swampblues en pure trash, maar dan gestript tot op het bot zodat de ware ziel van de muziek wordt blootgelegd. Kortweg : Heavy Trash laat de muziek van de zelfkant van onze samenleving horen; muziek die je de goot zo ongeveer laat ruiken en rauw en smerig is. Gewoon, "Heavy Trash" klinkt heerlijk authentiek.


 

TIM GRIMM
(Singer/Songwriter,actor, hay-farmer)
NAMES
website : www.timgrimm.com
label : Wind River Records
info : www.folkera.com/windriver
farmsongs@hotmail.com
www.cdbaby.com/cd/timgrimm4

 

….Blending Folk, bluegrass and acoustic blues, every song is a NAME : Tim interprets songs here by : Robert Earl Keen / Mickey Newbury / John Mellencamp / Woody Guthrie / Gillian Welch / John Prine / The Carter Family / Bruce Springsteen / Tom Waits.....en doet dat op een schitterende manier. Nu ben ik al een tijdje bezig met muziek en sinds ik deel uitmaak van de redaktie van Rootstime is dat erg gedreven en toch stoot ik regelmatig op namen van artiesten die aan mij voorbij gegaan zijn. Zo ééntje is Tim Grimm en ik moet eerlijk toegegeven : dit is een gat in mijn cultuur. Mensen lief wat is dit mooi, niet alleen omdat het op dit album covers zijn van NAMEN, maar ik ben eens op onderzoek uitgegaan wat Tim Grimm nog meer op zijn palmares heeft staan en dat is werkelijk indrukwekkend. In 2000 bracht hij samen met Jason Wilber (gitarist John Prine band) het album "Amber Waves" uit, (smooth blend of country-folk, songs and instumentals) en die Jason Wilber komen wij ook tegen op de volgende albums van Tim Grimm nl : "Heartland " (Named 2000's "Best Discovery" in roots/Americana music by the Chicago Sun-Times, "his rich, expressive vocals put him among the best in the genre." true country-folk) en "Coyote Dream" (03). Een schitterend album waarbij ondermeer Stacey Earle, Ramblin' Jack Elliott en Greg Cahil van Special Concensus een handje kwamen toesteken en van de collega's volgende vermelding meekreeg : "One of the best folk-Americana records we’ve EVER heard.” (Ctrl. Alt. Country ") En ook op dit in 2004 verschenen album "Names" krijgt Grimm gezelschap in de studio van Wilber (high - string gt, mandolin, vocals, banjitar, acoustic & electric gt.), maar ook van Carrie Newcomer (vocals), Grey Larsen (wooden flute), Dan Logge Rigal (banjo, gt,Wurlitzer, field organ). Het is een album geworden van outstanding storytelling en wie zich durft wagen aan songs van boven vermelde artiesten moet van goede huize zijn. Misschien dat de oorzaak van Grimm's mindere populariteit terug te vinden is de volgende vaststelling van Nancy Griffith : "too country for the folk traditionalists and too folk-y for the country purists"! De man heeft met zijn eerder verschenen albums blijkbaar al bewezen dat hij een fantastisch singer / songwriter is, jammer genoeg leer ik hem nu pas kennen. Laten wij dit album vol covers beschouwen als een zeer aangenaam intermezzo. Een stem die doet luisteren en alzo kan je bijna 50 minuten genieten van prachtige songs in de beste Woody Guthrie, Springsteen, John Prine traditie. kortom .. Americana at its best


 

ROBBIE FULKS
GEORGIA HARD
Website : www.robbiefulks.com
Label : Yep Roc Records
www.yeproc.com
info@yeproc.com
Distr: Sonic Rendezvous
info : www.sonic.nl


Robbie Fulks komt uit Chicago, is singer / songwriter / gitarist, en maakt clevere country-muziek en is al enige tijd het enfant terrible van de nieuwe beweging in de countrymuziek. Zo slecht als hij in Nashville gewaardeerd wordt, zo slecht bevalt de stad en de scene daaromheen hem. Fulks’ thuisbasis is derhalve Chicago alwaar hij gitaarleraar op het conservatorium was. Denk nu niet dat je bij hem flitsende solo’s of ander gitaargepriegel kan verwachten. Op zijn voorgaande cd’s bracht hij ons gewoon een recht door zee benadering van de country. Het is onderhand gewoonte dat iedere cd van Fulks weer een andere kant van zijn veelzijdige persoonlijkheid belicht. Zo laat "13 Hillbilly Giants" (2000) ons even zoveel covers horen van countryartiesten uit de jaren vijftig. Het leuke van deze cd is dat het hier gaat om songs en artiesten die obscuur zijn, dus geen voor de hand liggende covers van Hank Williams, Merle Travis of andere grootheden. Op zijn voorgaande cd "Couples In Trouble" (2001) behandelen zijn songs allemaal relatieproblemen. Vervolgens hield hij zich bezig met de productie van de twee jaar geleden overleden, Donald Lytle, beter bekend als het prachtige Johnny Paycheck tribute CD “Touch My Heart”. Wat nu te zeggen van "Georgia Hard"? Vooreerst heeft Fulks het Bloodshot- label verruild voor het spraakmakende Yep Roc Records. Maar muzikaal verandert er gelukkig niet veel. "Georgia Hard" staat weer vol met de uitstekende alt. country zoals we dat van Fulks gewend zijn maar nu belicht hij meer het countrygebeuren van de jaren '70. De cd heeft lekkere up- tempo nummers te bieden als het met tal van akoestische instrumenten opgeluisterde openingsnummer "Where There’s a Road", "All You Can Cheat" en het strijdvaardige "Countrier Than Thou", maar ook de Nashville- sound van de jaren ’60 in "Leave it to a Loser" en het prachtig humeurige "Coldwater, Tennessee". En dan is er ook nog plaats voor het het hilarische "I’m Gonna Take You Home", een duet met mevrouw Fulks. Muzikaal zit het wel snor met dat typische gitaargeluid van Redd Volkaert, die volop de ruimte krijgt in "Right on Redd", de mandoline van Sam Bush en Lloyd Green achter de pedal- steel. "Georgia Hard" is Americana van de bovenste plank. Fulks is back !


 

PETER STONE BROWN
UP AGAINST IT
website : www.peterstonebrown.com
Email: psb@peterstonebrown.com
label :Tangible Music

"If (Bob) Dylan came out with Brown's batch of songs as his own, we'd all be hailing that Dylan's back. (Larry Jaffee)


Why hasn't anybody heard of this guy? If you like real American music, real human music, give Peter Stone Brown's album a listen, you won't be disappointed. (Brandon Zwagerman). Recensies die er niet om liegen en inmiddels zijn wij in 2005 beland en nog steeds blijft die vraag mij achtervolgen. Al doet Peter Stone Brown weinig moeite om een beetje mee te werken, want zeg nu zelf, dit album verscheen in 1996 en daarna niets meer. Niet dat de man van honger zal omkomen want hij doet nogal wat nevenactiviteiten die zeker geld in het laatje zullen brengen. Peter Stone Brown is a freelance writer, singer-songwriter and recording artist living in Philadelphia. "Once a d.j. for WXPN, he was also music editor of Philadelphia's largest weekly newspaper. A contributor to several music websites, his writings on Bob Dylan have been published in England and Germany. He is, however, happiest when playing music and has performed in seedy bars and major venues from Nashville to Boston, as well as in England". En die adoratie voor Bob Dylan is wel erg duidelijk op dit schitterend album dat terug mijn aandacht trok door ondermeer de recensie van Dan Montgomery's album "Man from Out Of State" (rec.sept.04) en de medewerking van ondermeer Rick "Casper" Rawls (Leroi Broth.), Frank Campbell (producer) Cindy Cashdollar (lap steel,dobro), Paul Mc Laughlin (gitaar), Tim Alexander (orgel, piano, accordion), Jim Loesberg (pedal steel). Peter Stone Brown is al meer dan dertig jaren actief als singer / songwriter / gitarist en maakte hij deel uit van verscheidene Philadelphia bands (the Others, the Fumblers, the Crackers). Optredens met artiesten als Delbert Mc Clinton, Lucinda Williams, G Love & Special Sauce, Sonny Landreth, Roger Mc Guinn, Jimmie Dale Gilmore in clubs als the Blue Bird Cafe (Nashville TN), Fast folk Cafe (NYC) zijn blijkbaar geen referentie meer om in aanmerking te komen voor een major deal. Jammer want met "Up Against It" laat Peter Stone Brown duidelijk horen dat hij veel in zijn mars heeft. Zo lijkt "Rockabilly Guy" op het lijf geschreven van wijlen J.Cash, "Mystery Mountain" voor John Prine of ook al wijlenTownes Van Zandt, "Waitin' For You " voor de Dire Straits. Maar de man zal zijn ganse leven achtervolgd worden door de gelijkenissen die zijn songs, stem oproepen met Mr. Zimmerman. Het blijft een prachtig album met ijzersterke roots / Americana songs in de traditie van Woody Guthrie en Pete Seeger. Bovendien leeft de man voor zijn muziek : "When you're up there (on stage) and it's really happening, when everything is right, there's nothing like it." Wij zitten te hunkeren dat de "Dream Believer" (I have no illusions : if you wish to be a star , your wish may never come true) nog eens de studio induikelt ... SAY YES!


 

DANNY DJANGO
COSMIC WHEEL
SOUL TRACES
www.dannydjango.com
dannydjango@hotmail.com
Label : DT Productions
www.cdbaby.com/cd/dannyd
www.cdbaby.com/cd/dannyd2


Mij volslagen onbekend, Danny Django. Bij DT Productions is zijn tweede schijf "Cosmic Wheel" verschenen en deze sympathieke gast is zo vriendelijk geweest om naast "Cosmic Wheel" ook zijn eersteling ter lering en de vermaeck ter beschikking te stellen. Danny Django is een Indie artiest uit Colorado Springs en begon reeds op jonge leeftijd muziek maken. Als inspiratiebron wordt dan ook nog eens mensen als een Woody Guthrie aangehaald. Hij zelf zegt over zichzelf dat hij klinkt als "Woody Guthrie with digital capabilities". Op "Cosmic Wheel" is van deze invloeden zeker iets terug te vinden. Maar ook klinkt hij als Tom Petty, qua zang doch ook qua sfeer. Maar het is uiteindelijk Danny Django eigen signatuur die deze cd een aangename invulling geeft, niet in de laatste plaats door zijn prachtig stemgeluid. "Cosmic Wheel" werd geproduceerd door Django zelf en tekent ook voor alle songs op deze plaat. Met "Cosmic Wheel" bevestigt Danny Django wat hij achteraf bezien in 2003 met "Soul Traces" al heeft laten horen te zijn: een singer-songwriter met de nodige folk, folk rock tot alternative rock, met een vleugje Americana invloeden. Een performer die daarnaast over het vermogen beschikt zijn open kijk op alledaagse zaken, zoals eerlijkheid, arbeid, liefde en geluk, met een juist gevoel te brengen. De tracks "Sand and Water", "Freedom" en "The Border" op "Cosmic Wheel" maar ook de songs "New York City", "A better Way" en "Easy With Our Love" op "Soul Traces" zijn daar een overduidelijk bewijs van. Er zijn niet veel cd's die je zo stevig bij de strot grijpen als deze twee van Danny Django. Zijn nieuwste plaat "Cosmic Wheel" is zo indringend dat we er bijna bang van worden. Of moeten we maar gewoon meegaan in de eindeloze bewondering die deze cd afdwingt?


 

STATELINER
website : www.stateliner.com
info : info@stateliner.com
label : Eigen Beheer
booking@stateliner.com
www.cdbaby.com/cd/stateliner

Eindelijk nog eens een albumpje dat je kan grijsdraaien, een schijfje dat je kan koesteren, de toekomst lijkt er mooi uit te zien voor de singer / songwriters van dienst Brandon Epps en Donny Davidson. Samen met Chris Wood en Jeff Weems vormen zij het groepje Stateliner. Oorspronkelijk uit West Tennesee maar heden ten dagen meestal in Nashville terug te vinden laten zij een EPtje met slecht zes songs op ons los. Maar een songs als "Untied" telt voor zeven, hemels mooi en moet samen met "Free" een radio hit kunnen worden, "Anyway" en "Again zijn dan de gedoodverfde opvolgers in de charts en doen samen met "Easy" en "Nowhere Bound" wat denken aan de prille aanvangsjaren van REM, Black Crowes, Uncle Tupelo. Geen poppy sing along bulshit maar ijzersterke verhalen die in combinatie met de "how you would categorize the music van de Stateliner's" baden in een vijvertje van lap/ pedal steel, Wurlitzer, cello, harmonica, Hammond B3, akoestische en elektrische gitaren. Inderdaad , zelf weten de jongens hun muziek niet te plaatsen en hopelijk hoeven ze dat ook nooit te doen ... "We just figured if we could get the "guts" into the songs we recorded, we would be happy enough. I think we did that." En het is hun gelukt ! Plak er een naam op die je zelf verkiest ... dit is hemels mooi! (SWA)


 

Over het ontstaan van de mondharmonica gaan verschillende verhalen. Het fenomeen mondharmonica werd ruim 3000 jaar geleden al omschreven in China. Hoewel de vorm van de harmonica vandaag wezenlijk anders in dan in de oudheid werken deze instrumenten op een zelfde manier: Allen zijn instrumenten met zogenaamde vrijslaande rietbladen. Het riet vibreert door te blazen in een van de speelpijpen. Dat zorgt voor het geluid van de mondharmonica. De mondharmonica zoals we die heden ten dage kennen is ontwikkeld aan het begin van de 19de eeuw. Acht jaren in deze vorige eeuw (1930-1937) vormden de vruchtbaarste periode voor ontwikkeling en voortbestaan van de harmonicablues in Chicago. In die periode namelijk ziet een groot aantal harmonicaspelers het levenslicht. Daartoe behoren enkele muzikanten die vanuit Chicago per plaat de harmonicablues op kaart zetten, zoals Little Walter ('30), Junior Well's ('34), James Cotton ('35), Billy Boy Arnold ('35) en Carey Bell ('36). Anno 2005 zijn de muzikanten van deze generatie bejaard of overleden. Het grote verschil met de oudere oosterse mondharmonica is dat op de nieuwe generatie ook geluid gemaakt kan worden door adem in te halen. In deze periode ontstond de diatonische mondharmonica (tegenwoordig ook Bluesharp genoemd). Experimenten met de zogenaamde belharmonica en met de trompetharmonica zijn mislukt, maar de ontwikkeling van de chromatische mondharmonica, ongeveer halverwege de 20ste eeuw voegde een nieuwe dimensie toe aan het mondharmonicaspelen. Naast alle hele noten kon men nu ook alle halve noten spelen. Hierdoor werd het instrument uitermate geschikt als solo instrument. De eerste bekende chromatische mondharmonicaspeler was Larry Adler, direct gevolgd door onze Toots Thielemans die de chromatische mondharmonica haar plaats gaf in de jazzmuziek. Van diverse bekende artiesten is hun naam onlosmakelijk verbonden met de mondharmonica. Ik heb gemerkt dat veel muzikanten wars zijn van een precieze verklaring van hun bewegingen. Het gaat daar immers niet om, het gaat om wat je over wilt brengen: een gevoel of een 'drive'. Dat in de blues de harmonica nog lang niet uit het straatbeeld is verdwenen, bewijzen wel de volgende vijf vrijwel gelijktijdig verschenen cd's :

 

DAVE NEVLING


FELIX CABRERA


HARMONICA MIKE & THE DELTA HEAT

DAVE HANNON & BAND

IAN BRIGGS & THE SUPERVAMPERS

 

Deze vijf hebben, behalve hun leeftijd en de harmonica , nog enkele zaken gemeen. Zij opereren min of meer dezelfde zang- en harmonicastijl, terwijl ook hun talenten op ongeveer hetzelfde niveau liggen. En ten slotte wil Rootstime de aandacht trekken aan deze nieuwe releases, die door de critici, platenmaatschappijen en als gevolg daarvan het publiek over het hoofd werden gezien.

 

DAVE NEVLING
HEADY BREW
Website : www.davenevling.com
Email : davebk@pdq.net
Label : Katastic Records
www.cdbaby.com/cd/nevling

All original harmonica and guitar blues album with a raw, razor edge.

FELIX CABRERA
FOR GREEN
Website : www.felixcabrera.com
Email : Cabreracuba@aol.com
Label : Si Records
www.cdbaby.com/cd/cabrera04

Blues based with rock, r and b, Cuban influences.

HARMONICA MIKE
& THE DELTA HEAT
BLUES...FROM BATON ROUGE www.harmonicamike.com
Email : harmonicamike@hotmail.com
Label : Eigen beheer

Harmonica Mike describes it as a collection of "songs I have had kicking around in my head for many years ... blues based, with twists that set it apart from traditional blues but all along keeping true to blues roots."

DAVE HANNON & BAND
BlUES CANON
Email : dmhannon@mindspring.com
Label : Damasaca Records
www.cdbaby.com/cd/hannon

Contemporary, laid back, all original East Coast blues with a jazz aesthetic, incorporating elements of Chicago, New Orleans, and Texas blues.

IAN BRIGGS & THE SUPERVAMPERS
BLUES AVENUE
website: www.ianbriggs.co.uk
email: ianb@btowers.freeserve.co.uk
Label : Cobalt Music

 

Harmonicablues, with a jazzy influence.


 

THE RAGTIME WRANGLERS
GROOVE A TUNE
website: www.theragtimewranglers.nl
Distr: Sonic Rendezvous
info : www.sonic.nl



The Ragtime Wranglers are : Joe Sixpack (guitar, steel-guitar), Sietse Heslinga (drums, cowbells, temple blocks, ) and Huey Moor (upright bass) en dan zou je denken dit bandje komt uit Amerika. Maar insiders weten wel beter, Rotterdam is the place to be voor de begeleidingsband van de Ranch Girls en Miss Mary Ann. Met een repertoire dat meestal gebaseerd is op rockabilly en rock & roll. Bovendien worden de Ragtime Wranglers regelmatig gevraagd om artiesten als the Collin Kids, Curtis Gordon, Marvin Rainwater te begeleiden op hun Europese toernees. Met het album "Groove A Tune" dat ook verschenen is op lp (180 grams vinyl) hebben zij gekozen voor een veertiental instrumentale nummers. Een mix van akoestisch en electrisch opgenomen bluegrass, calypso, rockabilly? rock & roll songs die duidelijk de stempel van Jelle van Atten (Joe Sixpack) dragen terwijl de overige nummers meer overhellen naar de gearrangeerde nummers van gitaristen als Merle Travis (Blue Smoke), Joe Maphis (Town Hall Shuffle), Santo & Johnny ( Hop Scotch), Jimmy Bryant ( Low Man on a Totempole), Rex Allen (Bronco Boogie). Op dit album kregen zij deskundige hulp van Donné la Fontaine (T 99); ukelele, Jeroen Jongsma (Vals Plat); mandoline, Pieter M. Dorrenboom op orgel en Jeremy "JW" Wakefield (Lucky stars); steel guitar (met assistentie van Mr. Deke Dickerson). Prima album dat verplichte aanschaf is voor de vetkuiven en gitaristen onder ons.


 

STEVE WYNN
WHAT I DID AFTER MY BAND BROKE UP
Best Of 1990-2004
VISITATION RIGHTS
Website : www.stevewynn.net
Label : Blue Rose Records
www.bluerose-records.com
Distr: Sonic Rendezvous
www.sonic.nl

Het was even iets rustiger rond Steve Wynn, maar dat blijkt nu een stilte voor de storm geweest te zijn. "What I Did After My Band Broke Up" & "Visitation Rights" heet zijn nieuwste cd, een dubbele nog wel, op de eerste cd vindt u een selectie van zijn solowerk, vanaf 1999 met zeventien nummers, songs waar hij waarschijnlijk niet veel moeite mee had om die voor deze verzamelaar te vinden. De tweede schijf gebruikt hij voor veertien herinpretaties, waarbij hij zich slechts laat begeleiden door Chris Cacavas op piano. Sommige grote artiesten lijken gedoemd om altijd een beetje in de marge te blijven. Steve Wynn is zo iemand: een gedreven artiest, een rasperformer op het podium, de man achter tal van schitterende solo-platen maar ook werk met de legendarische Dream Syndicate en Gutterball. Met The Dream Syndicate liet Wynn in de jaren tachtig voor het eerst van zich horen. De groep werd een van de voortrekkers van de Amerikaanse gitaarrock uit die periode. Wynn werd een legende bij collega's en de Dream Syndicate-langspeler "Days of wine and Roses" werd een klassieker. In die tijd leek het er op dat Wynn zou oversteken naar het massale publiek dat hij verdiende, maar dat gebeurde niet. Hij begon onder eigen naam platen te maken, die met radiohitjes als "Carolyn" onder de aandacht kwamen maar niet plots massaal gingen verkopen. Desondanks bleef hij gloedvolle, gitaargeoriënteerde songs met licht cynische teksten produceren. Hij bleef daarbij aanvankelijk nog te veel hangen in het verleden want de provocerende gitaarnoise van een aantal nummers van zijn eerst soloplaten, klinkt nu helemaal nergens meer naar. Acht albums heeft hij op zijn naam staan en echt de mist in gaat hij op niet één ervan. De laatste twee, "Here come the Miracles" (2001) en Static Transmission (2003), zijn zelfs meesterwerken. Als bonus is een cd genaamd "Visitation Rights" toegevoegd en dit is ook een interessante plaat geworden met nummers uit de solo-carrière van Wynn, maar dan bewerkt voor piano en zang. Er wordt met liefde gemusiceerd en Chris Cacavas doet zijn best om iets toe te voegen aan de muziek van Steve Wynn, wat in de meeste gevallen nog lukt ook, nu eens melancholisch, dan weer swingend. Natuurlijk zijn niet alle nummers even sterk, maar het niveau ligt over het algemeen zo hoog, en er is zo veel variatie tussen de veertien nummers dat "Visitation Rights" weet te blijven boeien. Voorwaar geen geringe prestatie! Dat betekent dat Steve Wynn een muzikant voor fijnproevers blijft, maar laat dat je niet tegenhouden. Wie één keer in het universum van Steve Wynn is ondergedompeld, mag zich vanzelf ook een fijnproever noemen.


 

THE SEATSNIFFERS
Re-issuedTHE SEATSNIFFERS
THE SEATSNIFFERS // ALL OF THIS
website : www.twinstreet-bookings.com
label : Sonic Rendezvous Records
info : www.sonicrendezvous.com


Afgelopen vrijdag hielden The Seatsniffers een verjaardagsparty voor hun tienjarig bestaan in zaal "Petrol " te Antwerpen (zie extra support) en volgens Ivan Jacobs van Hookrock (Diepenbeek zie extra support) was het een te gekke bedoening. Al tien jaren lang schuimen Walter Broes, Roel Jacobs, Bop De Houwer en Piet De Houwer binnen en buitenlandse podia af met hun Rockabilly / blues / country / surf / punk / roots sound. Ondertussen zijn zij uitgegroeid tot een van Belgie's beste exportproducten en dat mag dan ook wel gevierd worden. Sonic Rendezvous heeft dan ook een prachtig cadeau voor de fans die de eerste albums van The Seatsniffers misliepen. Origineel verschenen op het Rowyna label zijn "The Seatsniffers" ('97) en "All Of This" ('98) opnieuw en digitaal opgepoetst uitgebracht door hun huidig label. Twee albums op één cd in een fraai digi - packje gestoken aan een zeer democratische prijs.... de tweedehandszaken zullen sjamfoeteren. Bij het overlopen van de songs viel het mij op dat The Seatsniffers die zowiezo live het best tot hun recht komen, nog steeds teruggrijpen bij hun optredens naar songs als "Assembly Line", "Since My Baby Left Me", "Linda Lu", "Castin' My Spell", "She's a Fox", "Shake It", "Are you Gonna Be The One", "Get It", "Loudmouth". Pareltjes die je kan terugvinden op dit twofertje en duidelijk maakt dat een optreden van de jongens uit Antwerpen eigenlijk een "Greatest Hits " festijn is. Songs die hun roots hebben in de sound van J. Burnette, J. Otis, Bo Diddley, Ray Sharpe, the Cramps. Het is een leuk initiatief van Sonic Rendezvous om de fans van een fantastische band (optredens op de grootste festivals, toernees met Jason Ringenberg/Red Rivers), te verwennen met dit geschenkje.

Walter Broes - guitar, vocals, sixstring bass
Roel Jacobs - saxes, percussion, backing vocals
Bob De Houwer- fender- en contrabas, backing vocals
Piet De Houwer - drums, backing vocals

Songs :Loudmouth / Everybody's Talkin' / Castin' My Spell / UFO / Assembly Line / Think of Me / Linda Lu / 3 Times Lucky / Yes I Do / 5 More Minutes / She's a Fox / Million $ Baby / Stop Teasin' / My Baby Wears Black. /Shake It /All Of This/Are You gonne Be The One/ Kathy Ann /Since My Baby Left Me/Get It/It's About You/I ain't Gonna Mind/Sleep/Help Me/A Cheat/-Be There Alone/-Don't Gimme That /Free Beer

 


 

DUSTY REAVIS
WHAT THE HELL IS THIS ?
website : www.dustyreavis.com
info : dustyreavis@dustyreavis.com
label : Eigen Beheer
www.cdbaby.com/cd/reavis



Zelden een cd ontvangen die met een titel perfect weergeeft welke vraag een album kan oproepen. Dusty Reavis .... blijkbaar is hij nog wat op zoek, want zijn album evolueert van Southern rock naar Mavericks toestanden en Outlaw Country. Misschien speelt zijn muzikaal verleden hem nog wat parten. Zelf speelde Dusty in wat hardrock/heavy metal bandjes maar zijn country roots die wij nu terugvinden op dit album heeft hij zeker van zijn vader en zes nonkels, die meer dan twintig jaren aktief waren onder de al even toepassselijke naam "The Reavis Brothers Band". Met negen eigen songs, vocals, gitaar, bas, drumprograming, alle knopjes in de studio in zijn eigen handjes brengt hij een album op de markt dat eigenaardig in mekaar steekt. Het old school hard rockertje "All She Wants" met scheurende gitaartjes krijgt met het instrumentaaltje "Ridge Runner" (met loeiende sirenes) een roadhouse sfeertje. Maar dan verrast ons de man met een country walsje dat ons uitnodigt in een maandje Mexico. Met een erg leuk gitaartje wordt het geluid van The Mavericks, The Wakefields (zie recensie Jan05), Dwight Yoakam bijna gecopieerd, weet je niet meer hoe dat klinkt? Met "Refreshing My (or your) Memory" moet dat lukken. Dan maar terug naar de redneck rock & roll van "Ain' Gonna Me Down" en "Took Too Long". Om nog meer verwarring te zaaien krijgen wij met "Angel Guitar" een instrumentaaltje dat de Telecasterkunsten van Dusty Reavis in de belangstelling moet zetten. "I' ll be Allright" zal vroeger wel op de playlist van zijn nonkels hebben gestaan want dit smaakt naar erg oude belegen country kaas. Afsluitertje "Cool As A Snake" laat de Southern/hardrock gitaarriffs van de jaren stillekes weer opborrelen. "What The Hell Is This ?", vlees noch vis maar Dusty trekt er toch het juiste besluit uit :"its not about being the greatest singer or musician but its about doing what you love and whatever brings you the most happiness in your life.....". Houden zo!

Tracks : All She Wants/Ridge Runner/A Month in Mexico/Refresh my Memory/Aint Gonna get me Down/Took too Long/Angel Guitar/I'll be Alright/Cool as a Snake
info : dustyreavis@dustyreavis.com and I swear on my telecaster that I'll write back !


 

KAREN MULCAHEY
FIND YOUR WAY
Website : www.karenmulcahey.com
info@karenmulcahey.com
Label : Eigen beheer
www.cdbaby.com/cd/mulcahey

 

The poetry of folk with the guts and passion of rock and roll, essential music for riding down side streets, under sewers and over mountains. A unique powerhouse of a voice, versatile and inspiring with depth of content, lyrics that fascinate.

 

Een paar maanden geleden kwam deze cd al in Engeland uit, en leek het interessant voor Rootstime om aan het debuut van deze singer-songwriter Karen Mulcahey aandacht te schenken, hetgeen niet meer dan terecht is want deze plaat "Find Your Way" is gewoon prachtig, een cd die een breed publiek kan aanspreken. Karen Mulcahey is de afgelopen maanden door gitarist Luke Pepper op sleeptouw genomen en staat in Engeland daarom op het punt van doorbreken. "Find Your Way" is een cd die zijn naam eer aan doet. Mulcahey laat zich op haar debuut enerzijds beïnvloeden door meer traditionele singer-songwriters, maar ook door bluesartiesten als Lead Belly, maar heeft anderzijds ook goed geluisterd naar meer eigentijdse rock artiesten als The White Stripes en the Strokes. Meestal is het puur akoestisch, dan weer opgetuigd met elektrisch gitaarwerk. Karen Mulcahey haalt overal iets vandaan, maar weet deze invloeden vervolgens wel knap te integreren in mooi opgebouwde en zeer aangename folkliedjes. Het maakt van "Find Your Way", een cd die tijd nodig heeft om te groeien, maar deze tijd ook zeker verdient. Folk - blues - rock; het wordt samen gesmeed tot een buitengewoon aangenaam geluid en verpakt in prima liedjes. Songs die fraai worden neergezet door haar inmiddels uitstekend ingespeelde gitarist Luke Pepper, die trouwens dit album ook mooi geproduceerd heeft. Maar uiteindelijk draait natuurlijk alles om Karen Mulcahey. Wanneer we haar horen zingen, weten we precies wat we het afgelopen jaar zo gemist hebben. Aan vrouwelijke singer-songwriters geen gebrek, maar er zijn er niet al teveel met de warmte en het talent van deze Engelse (Sheffield). "Find Your Way" is zeer aangenaam, maar tegelijkertijd spannend; een bijzondere combinatie.


 

PETER QUENTIN
LONG LONELY JOURNEY
website :www.songmania.com
info : paqmania@aol.com
label : Eigen Beheer
www.cdbaby.com/cd/quentin2


Yea folks! It's finally here. LONG in the making, LONELY for a while in production, but in the end a JOURNEY well worth taking. (CD Baby).

Volledig mee akkoord, de man die prat op gaat dat Buddy Holly er voor verantwoordelijk is dat hij gitaar leerde spelen bracht in 2000 het album "Songmania" uit en ondertussen was Peter Quentin uit ons gezichtsveld verdwenen. Blijkbaar had die andere passie hem weer te grazen want de brave man heeft ondertussen de halve wereld afgereisd.Voldoende om op die wijze inspiratie te verzamelen om opnieuw een tiental eigen songs op het album "Long Lonely Journey" te plaatsen. Onder de goedkeurende blikken van Mark Howard die wij ons nog herinneren van zijn werk met Lucinda Williams, Willie Nelson, Tom Waits en Bob Dylan. Een prachtig album dat fraai opent met de song "Take My Breath Away", een fraai stukje pedal steel (Marty Rifkin), dobro (David Kalish) en de klasse backing vocals van Priscilia Hartranft als surplus. Met "Blowin' In and Out of the Dust" lijkt het wel of Hugh Moffatt de gitaar terug heeft omgehangen en dan kan je er niet meer onderuit ... er hangt een Bob Dylan waas over dit schijfje. Het blijft niet bij "Whispering Your Name (Elvis is dead)" alleen, "Into the Dawn" en "God Said" (Hammond B3, Brian Sadler) leunen wel erg dicht bij het nasale geluid van Mr. Robert Allen Zimmerman aan. Bovendien is de inbreng van Steve Goodie niet te onderschatten op dit album. Prima muzikant die ondermeer verantwoordelijk is voor slide, bas, drums, lead gt., piano, keyboards. Maar het is vooral de sound, de verhaaltjes (folk/rock songs about love, oceans, war, mystery and journeys), de sfeer die wordt opgeroepen, dat jaren zestig/zeventig gevoel, die een erg prettig déjà vu gevoel geven. Misschien niks nieuws onder de zon, maar het is een album dat met pareltjes als "The Road To Idaho" (mondharmonica!), het up tempo nummertje "It's Just That you're In Love" dat opgedragen wordt aan Buddy Holly (de song weeft 23 titels van Holly 's liedjes tot een geheel), het in pedal steel gitaar verzuipende "Long Lonely Journey" je aandacht blijft trekken. "That's What I Get For Lovin' you" is een klein meesterwerkje en verdient een Radio 1 hitje te worden. Folk, rock, Americana, country liefhebbers .... verplichte aanschaf !


 

LITTLE CHARLIE AND THE NIGHTCATS
NINE LIVES
www.littlecharlie.com
Label: Alligator Records
www.alligator.com
info@allig.com
distr. : Munich Records
www.munichrecords.com

 

Eén van de leukste festivals is ongetwijfeld het (Ge)Varenwinkel Blues & Roots Festival. Hun achtste editie gaat door op 26 en 27 augustus en dit uiteraard in de festivaltent in Varenwinkel/Herselt. De voorlopige, nu reeds indrukwekkende line-up ziet er geweldig uit. Met als hoofdacts vinden we hier The Holmes Brothers en Little Charlie & The Nightcats reeds aan. (Meer informatie kan u bekomen via: www.gevarenwinkelfestival.be). Voor wie er niet bij was op het Moulin Blues festival in 2003 kan ik zeker de verplaatsing naar Herselt aanbevelen want Little Charlie & The Nightcats is een band die je zeker niet mag missen. Deze maand worden de 26ste W.C. Handy Awards uitgereikt. Dit trofee is voor de blues wat de Oscars zijn voor de film. Voor de Blues Band van het jaar zijn er zes genomineerden, waaronder Anson Funderburgh & The Rockets, Magic Slim & The Teardrops, Rod Piazza & The Mighty Flyers, Smokin' Joe Kubek Band, The Holmes Brothers en .... Little Charlie & The Nightcats. Moet er nog zand zijn ! De in Sacramento-based blues, swing en jump masters Little Charlie & The Nightcats trekken op hun negende album "Nine Lives" de lijn van de jaren '40/'50 swing, rockabilly en R&B door zoals in al hun vorige albums die ze bij Alligator erop hebben zitten. Nog altijd is het vooral frontman en harmonicavirtuoos Rick Estrin die de show steelt. Hij kan snel en zelfbewust spelen en weet ons in sommige nummers werkelijk te overrompelen. De nieuwe plaat omvat dertien songs, waaronder drie gedreven instrumentals, allen neergepend door Rick Estrin. Het is meer dan dertig jaar geleden dat gitarist Little Charlie Baty en deze Estrin een band vormden om samen de Chicago blues, jump, Texas swing en jazz te spelen, maar door de jaren wisten ze deze muziek te mixen met rockabilly, proto-rock’n’roll, jumping jive, bebop en Estrin’s vernieuwende teksten. Maar ook de band tilt het niveau moeiteloos de hoogte in. Naast Rick Estrin en Little Charlie Baty bestaat de proep uit Lorenzo Farrell (bas) en J. Hansen (drums). Maar ook een reeks gasten waaronder Rusty Zinn, Ronnie James Weber, George Zinn, R. H. Hairless (vocals), John Firmin (tenor saxophone), Scott Peterson (baritone saxophone) en Chris Sherbert (piano) geven hun medewerking op dit voortreffelijke album. Het is het afgelopen decennium een komen en gaan geweest van bands die hun blues, gebaseerd op de Chicago school, transformeerden tot een speelse mix van jump, jive en rock. Little Charlie & The Nightcats, die met hun blues wereldwijd weten te imponeren staan beslist aan de top hetgeen ze bewijzen met "Nine Lives", een album dat Chicago blues, West Coast swing, jumping jazz en R&B-fans kippevel zal bezorgen. En nu nog die begeerde 26ste W.C. Handy Awards winnen, wens ik deze band van harte toe. Beslist aanbevolen!


 

VIRGIL CANE
STEREO FIELDS
Website : www.virgilcane.com
Email: bboswellny@yahoo.com
Label : Eigen beheer
www.cdbaby.com/cd/virgilcane

Zanger-gitarist Butch Boswell en kompanen zijn niet bij de pakken neer gaan zitten, maar maakten deze nieuwe plaat onder de bandsnaam, Virgil Cane. Deze countryrockband uit de Central Coast of Californië vernoemde zich naar de protagonist uit "The Night They Drove Old Dixie Down" en ontstond zo'n twee jaar geleden, naast frontman Boswell uit Adam Farber (bas, gitaar, piano, zang). Beiden kenden elkaar uit de alternatieve countryband, the Muses. Aan de drums treffen we Brian Monzel aan en het fantastische gitaarspel is van David Radmacher (Aberdine). Tevens werd Radmacher gestrikt als producer, en onder zijn bezielende leiding ontstond "Stereo Fields". De enige pretentie was een verdomd goed rockalbum maken, en daar zijn de heren zeker in geslaagd. In de vele stevige en ronkende nummers vliegen invloeden van de klassieke countryrock uit de begin jaren zeventig, denkende aan the Faces en the Rolling Stones, maar ook referenties als Wilco, the Black Crows, of zelfs Coldplay zijn hier niet weg te denken. Maar ook voor rustpuntjes is gezorgd middels de slepende opener "Trouble" en het afsluitende "Your World". De uitschieters gaan wel meer de rockende richting in denkende aan de country getinte "She’s A 49er" en "Jalma". Leider en songwriter Butch Boswell levert zijn beste materiaal hier af en de juist aangehaalde hoogtepunten zijn werkelijk toppers in het genre. Baanbrekend is het zeker niet, wonderschoon zeker wel. En dat is een stuk belangrijker. Boswell kan de groep uiterst direct laten klinken, waardoor zang, gitaar en ritmesectie heel goed uit de verf komen en geeft ze zoveel vertrouwen dat de breekbaarheid van zijn elf zelfgepende songs zeer overtuigend naar voren komt. U begrijpt het al:dit is gewoon een van de betere (roots)rockalbums van de afgelopen maanden. Virgil Cane beheerst het fenomeen Americana tot in de kleinste details. "Stereo Fields" is warm aanbevolen.


 

GUITAR RAY & THE RHYTHM DUKES
LIVE AT THE NIX
website : www.guitarray.com
label : Firesweep Records
info : guitarray@home.nl
www.cdbaby.com/cd/guitarray

 



Rockin', stompin' and swingin' guitar oriented Roots & Blues (CD Baby). Blijkbaar waren de mensen van het BRBF Peer ook op de hoogte van het bestaan van deze" Red Hot Roots & Blues Band" uit Nederland want zij staan 15/7 op de affiche van datzelfde festival. Met ondermeer het uitbrengen van een schitterend live album, lofbetuigingen van Duke Robillard, optredens met Sax Gordon, Mason Casey, Charlie Mc Coy, te gast op North Sea Jazz, is het niet verwonderlijk dat Raymond Nijenhuis (alias Guitar Ray) tesamen met zijn Rhythm Dukes (Hans Molenaar, drums en Jaap van der Sluijs, bas, vocals) deze uitnodiging in hun brievenbus zagen vallen. Nu zal je denken het "zoveelste" bluesgroepje uit Holland maar wat Guitar Ray op dit album laten horen is toch wel van een heel ander niveau. Omschakelen van Rhythm & Blues naar surfrock, swing, swamp en niet te vergeten country guitar pickin'. Het zal niet moeilijk zijn om met "Rock Billy Rock", "Rock On" de massa in Peer naar het podium te krijgen, frieten, hotdogs en pinten aan de kant want het is party time geblazen. Bovendien leunt Guitar Ray met zijn covers van Jerry's Reed "Breakdown" , Link Wray's "The Ramble", "Lonesome Train " (Singleton), zijn eigen songs "Well D-Surfed", "Taco Taco", "Brent New" heel erg dicht bij het american roots gebeuren dat ondergetekende hoog in het vaandel draagt. Maar natuurlijk wordt de echte blues niet vergeten, of wat dacht je van de sleper "Reap What you Sow", het meer dan zeven minuten durend "Chitlins Con Carne" en de jump blues met "Gee I Whish". Het is een staaltje geworden van rockin', stompin' and swinging guitar music that sets his audience on its heels." Peer ..... Wait and See .... GUITAR RAY HAS GOT THE GOODS (Duke Robillard)


Voor de gitaarliefhebbers ....Gitaren: "Een Japanse'57 Fender Strat met Seymour Duncun Antiquity pick-ups. Een Fender Tele van rond circa 1970 met de originele elementen. Fantastische gitaar die ongelofelijk zingt, komt ongetwijfeld door de elzen body. Gebruik ik altijd voor slow Blues ('Reap what you sow') en natuurlijk de fingerpicking en Danny Gatton achtige nummers. Die Surf dingen speel ik op een Gretsch Nashville, met Filtertrons (verder zul je me niet vaak op gitaren met humbuckers zien spelen). De beste Bluesy Swing sound krijg ik met single-coil elementen, vind ik. Ik heb dan ook een DeArmond model 41 element op mijn Gibson ES-175 gezet. Die gitaar gebruik ik op de cd voor 'Gee I Wish'. De amps die ik op 'Live at the Nix' heb gebruikt zijn een Silverface Super Reverb en een Kendrick 212 tweed Bassman met 2 x12. Geweldige versterker die je hier nauwlijks tegenkomt. Voor extra clean boost gebruik ik een Centaur Klon pedaal". (Met dank aan www.gitaarnet.nl )


 

ANA POPOVIC
ANA! Live in Amsterdam
Website : www.anapopovic.com
info@anapopovic.com
Label : Ruf Records
Website : www.rufrecords.de
distr.:Munich Records
www.munichrecords.com

Het aloude gezegde "wat goed is, komt snel" lijkt bij uitstek van toepassing op Ana Popovic. De nog maar 29-jarige zangeres/gitariste deed in 2001 voor het eerst serieus van zich spreken met het album "Hush!", eerste album voor Ruf Records, en geldt nu als een van de belangrijkste nieuwkomers in de blues. Ze houdt zich ferm staande in dit stoere, veelal door trotse mannen gedomineerde genre. Ana Popovic, die haar wortels in de blues heeft liggen maar ook moderne invloeden en uitstapjes naar rock en funk niet schuwt, werd geboren in Belgrado, Joegoslavië. Tegenwoordig is Nederland de thuisbasis van deze elegante, onafhankelijke muzikante, die door velen als een nieuwe bluesdiva wordt getypeerd. Haar liefde voor de blues ontstond al in haar jeugd. Net 20 jaar oud startte ze in Joegoslavie de band Hush, later Ana Popovic & Hush. In haar thuisland en Griekenland was de groep immens populair. De cd "Hometown"(1998) geeft een goede impressie van Ana's kwaliteiten en talent als zangeres en vooral als gitariste. In 1999 is Ana begonnen aan een muziekstudie (eerst jazz gitaar en daarna world music en pop aan het conservatorium) in Nederland. Vanaf het festivalseizoen 2000 was ze al weer te zien op de grote Europese bluesfestivals, zoals Peer (Belgie), Luzern (Zwitserland) en Bishopstock (Engeland). In Nederland speelde ze op Bospop en in de VS werd ze uitgenodigd voor twee dagen Memphis. Ana Popovic is een verrassing in zeer aantrekkelijke verpakking en doet qua stijl in eerste instantie denken aan Bonnie Raitt en Joanna Connor. Haar tweede cd "Comfort to the Soul" (2004) kenmerkt zich door flinke flirt met de blues. Luister maar eens naar het sterke openingsnummer "Don't Bear Down On Me". Dit nummer is ook de opener op haar nieuwe cd "ANA!" Live in Amsterdam, waarvan het refrein van dat nummer me alles zegt: "I’m here to steal the show"… en dat doet ze! Dit voorjaar tourde ze door Europa met Sue Foley en Candye Kane. Waarvan in De Melkweg op 30 januari een CD/DVD werd opgenomen van dit gezamenlijke optreden. Ana brengt op dit live album zeven zelf geschreven nummers en frisse bewerkingen van bekende en minder bekende bluesstandaards van o.a. Chester Burnett, Susan Marshall en Walter Becker. Onder begeleiding van Fabrice Ach op bas en Denis Palatin op drums heeft Ana weer een diversiteit aan blues, rock, soul en jazz geleverd. Zeker mogen we ook het gastoptreden van Dominique Vertomme op piano niet vergeten te vernoemen. Reeds vanaf de snelle, reeds aangehaalde opener, "Don't Bear Down on Me" wat ze samen heeft geschreven met Tod Sharpeville, lijkt Ana te zingen over haar problemen in de mannenwereld van de bluesmuziek. Het volgende nummer "Sitting on Top of the World" is één van de songs die herinnert aan de sessies in haar vaders huis. Het bewerkte nummer van Steely Dan's "Night by Night" zegt genoeg over haar brede keuze van de blues. Het instrumentale nummer "Navajo Moon" was geïnspireerd door een bezoek aan een Navajo reservaat in Californië en de zonsondergang bij de Grand Canyon. Ana heeft het nummer "Jaco" geschreven nadat ze het boek van Jaco Pastorius had gelezen, maar draagt het op aan, wat zij noemt "extreme talenten die geboren waren voor kunst". Popovic laat met haar eigen nummers en frisse interpretaties horen dat zij een expressieve gitariste en vocaliste is. Haar groovy muziek is niet voor de blues purist-maar meer voor de moderne ‘cross-border’ blues luisteraar die houd van rock, soul en jazz elementen. Maar het is duidelijk dat Ana Popovic haar muziek serieus neemt. In juli 2004 won ze nog de prestigieuze Franse bluesprijs, Jazz A Juan Revelation 2004 in Juan les Pins. Zij staat hiermee tussen het rijtje van prijswinnaars als Ella Fitzgerald, Duke Ellington en vele andere groten der aarde. De jonge zangeres is gezegend met een prachtig uiterlijk, een 24 karaat bluesy stem en gitaartechniek waar haar mannelijke collega's het benauwd van krijgen. Warm zingend en scherp solerend, meandert ze tussen rock en blues. Kort gezegd : Ana heeft het helemaal: De techniek, het gevoel, the looks en de jeugd. Het is te hopen dat Ana na deze tournee definitief doorbreekt in de lage landen, ze is een welkome aanvulling.


 

HIGHWAY DAVE and THE VARMINTS
INDEPENDENCE DAY
website : www.highwaydave.com
label : Eigen beheer
info : highwaydave@thevarmints.com
www.cdbaby.com/cd/highwaydave

From the wild Black Country of the English Midlands en jongens die niet te beroerd zijn om een boodschap/gedachte aan hun country/bluegrass/roots muziek toe te voegen. Of wat dacht je van dit ... "I'm just a poor Vietnamee, you used to call me enemy , now i'm working in your factory, just to keep the customer happy.In this global economy, there's no such thing as society, there's only you and there's only me ... just to keep the customer happy"! Gelukkig kan het ook wat lichtvoetiger op dit niet meer zo recent album van Highway Dave en zijn Varmints. De opener "Tangy Honey Thang", en "Keep the Customer Happy" die wat Two Ton Of Steel/Domino Kings invloeden ondergaan hebben, het bluegrass tintje op "The Ballad ot Trina and the Zombie", de swingende country deuntjes met de veelzeggende titel "Dancin' Feet", "When The boys", " What'Cha Gonna do" geven al een eerst indicatie dat "het" niet allemaal uit Nashville moet komen. Want komt Mark Knopfler ook niet van over de plas en het is precies dat gitaarsoundje dat wij terugvinden op "Crisis of Faith"en "This Road". Niet alleen vond ik "Independence day" een aardige film maar ook de gelijknamige titelsong van dit album mag er zijn. Met toevoeging van Jeff Homer op mondharmonica en Buzby bywater op bull fiddle en ondanks de iets mindere backing/harmony vocals van Lucy Collinge - Hill die ook de fiddle hanteert op "Castles In The Air" blijken dit prima roots songs te zijn. Bovendien stonden zij niet zo lang geleden in het voorprogramma van onze goede vriend Albert Lee en dit lijkt mij wel een referentie die kan tellen.Prima bandje dat tegen de zomer met nieuw materiaal op de proppen komt. Wij kijken er benieuwd naar uit.


 

MARCIA BALL
LIVE! DOWN THE ROAD
www.marciaball.com
Label: Alligator Records
www.alligator.com
info@allig.com
distr. : Munich Records
www.munichrecords.com

"There's a roadhouse on the musical map where Texas blues meets Louisiana R&B, a place where Gulf Coast balladry mixes with rollicking New Orleans boogie-woogie, a place where people only stop dancing long enough to soak in the intensity of a slow-burning torch song. This is the place singer/ pianist/songwriter Marcia Ball calls home."

Zangeres/pianiste Marcia Ball, (geboren in Orange, Texas, in 1949, groeide op in een klein plaatsje Vinton, Louisiana, dicht tegen de grens van Texas), doet op daar nieuwe album "Live! Down the Road" hele mooie dingen in de vorm van dampende boogies, groovende blues en gevoelige ballads. Haar stem beweegt zich ergens tussen die van Bonnie Raitt en Janis Joplin, wat dus prima past bij haar swampy repertoire. Ball heeft een tiental cd's op haar naam staan, waarvan "Presumed Innocent", de eerste voor Alligator Records is. Sindsdien heeft Ball wel degelijk een nieuwe start gemaakt. Een overtuigende start met dit debuut voor Alligator, zonder echter vernieuwend bezig te zijn, maar fris omdat dit soort energieke muziek nog maar zelden wordt gemaakt, zeker op dit niveau. Sinds ze in 2001 bij het label van Bruce Iglauer belandde kwam haar carrière dus wel degelijk in een stroomversnelling terecht. "Presumed Innocent" kreeg wat later een W.C. Handy Award voor beste blues-album van 2002. Maar ook met het volgende album “So Many Rivers” tekent Ball, met haar flamboyante pianospel, voor 2004 W.C. Handy Blues Award voor "Contemporary Blues Album of the Year", maar ze won ook de W.C. Handy Blues Award voor de beste vrouwelijke moderne bluesartiest van het jaar in 2004. Op dit album weet ze zich muzikaal voortdurend heen en weer pendelend tussen haar muzikale voedingsbodem New Orleans en haar thuishaven Austin, en aan het handje van producer Stephen Bruton telkens weer in om sprankelend uit de hoek te komen. Op haar nieuwe, feitelijk eerste live cd "Live! Down the Road" stelt ze niet teleur, integendeel. Vanaf de eerste tonen pakte ze de tent, de Big Room in the Sierra Nevada Brewing Company in Chico, CA, in met haar "Louisiana"-sound die vooral bestond uit zeer degelijke songs. De cd omvat zowat een tracklijst voor de echte fan, allemaal originals uit haar meer dan dertigjarige carrière. Songs als "La Ti Da", "Louella", maar ook haar versie van klassiekers als "It Hurts to be in Love" en "Louisiana 1927". Hoogtepunten zat hier! Van de gloedvolle opener “Big Shot" over de al even fraaie eigen compositie “Down the Road” tot Balls prima vertolking van de Whitaker-klassieker "Let Me Play With Your Poodle", het staat eigenlijk gewoon allemaal als een huis. Met een warme zomer in het vooruitzicht is dit voor bluesfanaten de ideale plaat om de volgende maanden mee door te komen. Uit haar piano haalde ze meest opwindende boogies en stak daarmee haar eigen "The Right Tool for the Job", tot nu toe mijn favoriete, naar de kroon. Bovendien liet ze heel wat ruimte voor de twee klasbakken die ze in haar band heeft : gitarist Pat Boyack en saxofonist Brad Andrew. Verder bestaat deze roadband uit Don Bennett (bas), Corey Keller (drums), Red Young (B-3), gastzangeres Angela Strehli en de blazers Mark Kazanoff (baritone saxophone) en Al Gomez (trompet). Ball is een vakvrouw en het is altijd plezierig om haar bezig te zien (Belgium Rhythm 'n' Blues Festival, Peer 2002). Hoewel ze is geïnspireerd door Professor Longhair, Fats Domino en Allen Toussaint, kiest ze met haar muziek geen speciale richting. Maar wat zij ook speelt, het klinkt altijd even prachtig. Vooral de blazersinstrumenten geven aan de rauwe zangstijl van Ball een funky omlijsting. Tevens geeft de bas van Don Bennett, haar trouwe co-muzikant, aan de Rhythm-Bayoustijl van Ball een extra impuls.Voor Marcia Ball en haar band was dit optreden een plezierige onderneming 'from start to finish'. Voor de ontspannen luisteraar een prettige 'goedfeeling' cd, een cd voor de luisteraars die verder staren dan hun bluesnaveltje.


MIKE CHAPPELEAR
WHEN PUSH COMES TO SHOVE
Website : www.mikechappelear.com
Label : eigen beheer
www.cdbaby.com/cd/chappelear


"When Push Comes To Shove" is het debuut van de uit Allover, Kentucky komende singer-songwriter, Mike Chappelear. Een debuut en wat voor één! Want wat is dit een geweldige cd. Een cd met muziek die het predikaat "perfecte popmuziek" van de eerste tot de laatste noot verdient. Perfecte popmuziek die niet zomaar in een hokje is te stoppen, want pure alt-country wordt moeiteloos afgewisseld met indie-rock, kauwgomballenpop en blue-eyed soul, om maar een paar uitstapjes te noemen. Meest in het oorspringende elementen van de muziek van Mike Chappelear zijn het geweldige gitaarwerk en vooral zijn heerlijke zang. Recensenten die het hoorden vergeleken hem direct met Rufus Wainwright, Ryan Adams, Dave Matthews, Jason Mraz, Tom Acousti. Dit soort vergelijkingen zijn misschien wat overdreven, maar dat zijn debuut "When Push Comes To Shove" vol staat met hele mooie bitterzoete liedjes is zeker, waarin we invloeden terugvinden van o.a. The Pixies, Indigo Girls, Jeff Buckley, Radiohead, Whiskeytown. Bijgestaan door een aantal muzikale vrienden heeft Mike Chappelear een cd gemaakt waar het plezier en de passie van afdruipen. Mike Chappelear weet avontuurlijkheid te koppelen aan toegankelijkheid en levert een cd af die niet alleen uitstekend in het gehoor ligt, maar ook nog iets bijzonders biedt. Muziek waar je het warm van krijgt dus. Liefhebbers van singer-songwriters en liefhebbers van de bovengenoemde grootheden mogen dit prachtplaatje echt niet missen. Een echte droomplaat!


 

AUDREY AULD MEZERA
TEXAS
website : www.recklessrecords.com
label : Reckless Records
info : mail@recklessrecords.com
www.sonicbids.com/audreyauldmezera
www.cdbaby.com/cd/aamezera

Misschien zijn er nog een aantal mensen die hun wenkbrauwen zullen fronsen ... Audrey Auld Mezera is dat dezelfde dame die eerder als Audrey Auld door het leven ging ? Geen paniek want het mooie kind uit Australie stapte in het huwelijksbootje, vertrok naar Amerika (Bolinas, North Carolina) en voegde de naam van haar echtgenoot aan de hare toe ... en leefde nog lang en gelukkig. Ook haar nieuwe album "Texas" heeft iets met personen en namen, het lijkt wel een tribute album met songs die opgedragen zijn aan Woody Guthrie, Harlan Howard, Billy Joe Shaver, Karla Faye Tucker (song die wij ook kennen van Mary Gauthier), Missin Mez (alias Menneer Auld), her father, en haar vorige band The Dead Ringer Band. Maar daar houd het niet mee op want wat dacht je van de namen van deskundige hulp die Audrey kreeg van de familie Rhodes (Kimmie; harmony vocals en zoon Gabe; gt, orgel, piano en tevens producer van dit album), Carrie Rodriguez (fiddle, vocals), Bill Chambers (lap steel, electric gt, dobro, vocals), Darcie Deaville en de Jimmy Lafave bandleden : Will Landin, bass, Wally Doggett ; percussie. Verhaaltjes met heel veel lieve woordjes en complimentjes, songs die hun plaatsje verdienen in het singer/songwriters wereldje, afgewisseld met meer rootsy songs. Zelfs een tikkeltje swing met "Ball & Chain", hoe kan het anders ,"folk" als je Woody Guthrie bezingt, de traditionele country op "One Eye". Schitterend album met muziek die Audrey zelf omschrijft als :"Music with the dirt left on, closer to being organic, than something that's been manufactured." With a healthy balance of respect and irreverence for the traditions. Je kan er niet omheen, Audrey Auld voelt zich goed in haar vel en de ganse wereld mag het weten. Het is ondertussen reeds het derde solo album van Audrey Auld die in '98 besloot om met Bill Chambers (vader van Kasey ) haar eigen recordlabel Reckless Records op te richten. Het zal haar geen windeieren leggen want inmiddels is het album "Texas" al verschenen in de Euro Americana charts. (plaats 25 in de april editie) en zijn er plannen voor een European Tour met ondermeer een optreden op het vermaarde Festival Dam Country Normandie 4/9/05. Iemand die ons dolblij zou maken met haar naar de lage landen te halen kan contact opnemen met Luciano en Sandra van Lucky Dice (info@luckydice.nl). Klasse album !

TRACKS :
1. Love You Like The Earth
2. Woody
3. Karla Faye
4. Missin Mez
5. My Father
6. Billy Joe
7. Song For Harlan Shine
8. Ball And Chain
9. One Eye
10. Hole In My Life


 

SAM FRAZIER
HALF A MILLION YEARS
website : www.rockduster.com
label : Rockduster Records
nfo@rockduster.com
www.cdbaby.com/cd/samfrazier

Niet zo heel veel info over singer/songwriter Sam Frazier (Greensboro, North Carolina) die blijkbaar in een ander leventje verschillende cd's uitbracht met de groep Tornado en de Mary Lyon band. Diezelfde Mary vinden wij wel terug op het "Half A Million Years" album, want zij staat samen met Rebekah Raker in voor de backingvocals. Het album is ondermeer te koop op onze geliefde www.cdbaby.com en daar wordt Sam Frazier als volgt omschreven : "Singer/Songwriter/Guitarist (acoustic & electric) Intelligent lyrics,strong vocals & musicianship in the tradition of Bob Dylan, Ry Cooder, Steve Earle, Bob Marley, Van Morrison, Randy Newman, and a host of others." Qua songwriting zal dat wel kloppen , akoestische ballads, songs about love and understanding, de brave man kan een stukje gitaar en piano spelen maar zijn stem lijkt verdraaid veel op die van "schuurpapier" Rod Stewart. Het soulvolle openertje "Shadow" en het bluesy "Ghost Town" scheppen hoge verwachtingen, net als de love song "Fall In Love With You" waarbij Sam alle instrumenten voor zijn rekening neemt, maar dan zakt het album een beetje in mekaar. Erg dynamisch kan je Sam Frazier niet bepaald noemen, songs als "Toss the Bouquet", "Do - Si - Do", "Too Tight to Tangle" kabbelen rustig verder en doen je inderdaad wat denken aan Randy Newman. Gelukkig krijgt Sam de trein terug op de rails met "She Don't Pick up the Phone" (met Jack Wilkins op tenor sax, vandaar de link naar brombeer Van Morrison ?) en het iets vlottere "Covered Dish". Je kan er niet onderuit, Sam Frazier is een prima muzikant maar volgens mij gaat hij bij iedere song vergeleken worden met wel iemand anders. Zo kon het titelnummer "Half A Million Years" van Ry Cooder zijn of zouden wij Sam moeten beschouwen als een "Genius" die blijkbaar van verschillende muzikale walletjes eet.


 

JAY RUFFIN
SKELETON KEY
website : www.ringorecords.net
info@ringorecords.net
label : R*I*N*G*O Records Memphis
info : nancyapple@aol.com
www.cdbaby.com/cd/ruffin

Blijkbaar vier handen op één buik en als het dan het buikje van roots queen Nancy Apple is, is dat mooi meegenomen, want Jay Ruffin Harrington is al jaren sideman en gitarist bij de band en te horen op de albums "Shoulda Lied About It" en "Outside the Lines" van Nancy. Maar nu is Jay Ruffin (heeft zijn naam wat aangepast) met behulp van, hoe kan het anders, Nancy (backingvocals en co - producer) de studio ingeduikeld en brengt hij met "Skeleton Key" een bijzonder fraai album uit op het , hoe is het mogelijk, Ringo Record Label van ... juist "Cadillac Cowgirl" Nancy Apple. Ik weet natuurlijk niet wat de afspraken zijn maar de opener "No Big Deal" belooft misschien zakelijks niet veel goed maar is wel een dijk van een song die net als "Common Ground" op maat geschreven lijken van Tom Petty. "This ain't folk music, and it ain't country" liet Nancy ons weten, maar wat is het dan wel .... "Run Virginia Run" en "Don't Let Me Down Too Hard" horen thuis op de Pili Pili playlist , de cover van "Bigger Stones" is beter dan de versie van The Beatfarmers uit 1986. "The Lucky One" rockt als de pest, het schitterend mondharmonicaatje begin op prijsbeest "Dirty Little Town" met de background vocals van Nancy en blues star Reba Russel, de scheurende gitaren van Jay, het orgeltje van Jonathan Treeby (Neville Brothers) is klasse alt.country net als "Before All Hope Is Gone". "Never be the Same Again" daar gaat het op lijken want het lijkt precies of the Ramones uit het graf zijn opgestaan om hem van jetje te geven. Blijkbaar zijn wij niet alleen met de klassieke vraag waarom "That Good Girl" (much too good for a worthless guy like you) bij die etter blijft maar Jay maakt er wel een kanjer van een song van. Met het akoestische "Skeleton Grey " als kersje op deze lekkere taart bewijst Jay Ruffin uit het goede singer/songwriters hout gesneden te zijn en zou zijn album dat hier en daar een nostalgisch tintje heeft (jaren '80 & '90) best wel eens de vergelijking kunnen doorstaan met het "Guitar Town" album van Steve Earle. Voor het eerst echt in de schijnwerpers en het zou mij niet verwonderen dat Jay Ruffin met zijn Luv Muffins (Kristi Hancock, Kim Trammel, Laura Hughes, & Nancy Apple) hoge ogen gaat gooien met dit klasse album.



 

THE ROUES BROTHERS
UNDAUNTED
website : www.rouesnews.com
label : Up South Recordings.
info : rouesong@aol.com ( Billy)
sroues@cs.com ( Steven)
www.cdbaby.com/cd/rouesbros

"It's very bluesy though not necessarily a blues album. It's not Rock but it rocks! This CD is more like a real Rock'n'Roll record recorded in the 50's and 60's."


Via het album "Shark Therapy" van Finn & The Sharks ( zie review maart) dat verscheen op het Up South label van Billy en Steven Roues (leden van The Sharks) kwamen wij er achter dat de broertjes Roues (New York) zelf een schitterend album op de markt brachten. "Undaunted" is de titel van het schijfje en het is een verzameling van 15 original roots rock'n'roll, rockabilly and blues classics. Een erg gevarieerd album met een line up die ik wel eens live bezig wou zien : Billy Roues op gitaar, mandolin en vocals, Steven "Muddy" Roues op stand-up bas, harp, gitaar en vocals, Gary Solomon op keyboards, elektrische bas, accordion en gitaar en Joe Geary/Ed Steinberg op drums, en als Kenny Margolis ook nog een handje komt helpen .... inderdaad. Blues met klasse smoelschuiverij, een pompende piano en scheurende gitaren op de rockertjes "Bloodshot Boogie", "True True Trudy", rockabilly met "Adam's Rib" (toen al ?) , rauwe Texas boogie, roadhouse en juke joint fun, een CCR/Tony Joe White begin met het swampy "Ask Around",een streepje cajun/zydeco met het titelnummer "I don't care it all, Undaunted". The Everly Brothers zouden de broertjes Roues dankbaar geweest zijn voor de song "Daydreaming" en vele gitaar/surfgroepjes met de "Hawaiian Blue". Het lijkt wel of the good old days en de daar bijhorende klasse muziek uit de boxen schallen. Waar de broertjes de mosterd gehaald hebben kan je terugvinden op deze site :www.babswinn.com/RouesNews/RouesNewsDefault.htm , en dan zal je kunnen begrijpen dat zij terecht mogen beschouwd worden als vaandeldragers van de American roots music. Prima band en klasse album !


 

TRACY BONHAM
BLINK THE BRIGHTEST
Website : www.tracy-bonham.com
Label : Zoë Records / Rounder
Rounder Europe
www.rounder-europe.com
Distr.: Munich Records
www.munichrecords.com

 

"This record goes back to my core, to the music that I really love, incorporating classical influences, rock and pop, sometimes an r&b or soul flavor." (Tracy Bonham)

 

Tracy Bonham debuteerde in 1996 met "The Burdens Of Being Upright", een plaat waarop ze vooral zingt over het verwerken van de pijn van een verbroken relatie en andere zaken waarmee je op je twintigste zoal bezig bent. Het daarvan afkomstige "Mother Mother" was een behoorlijke hit. Vier jaar later verscheen de opvolger: "Down Here"(2000), songs bestaande uit spierballenrock met vioolversiering, waardoor ze laat horen dat ze wel degelijk geknipt is voor de allergrootste podia. Maar niet voor niets was het Bonham die in 1997, met roze pruik, een van de meest spraakmakende optredens van die betreffende pinkpop-editie verzorgde. Volgens Bonham zelf hebben de songs op "Down Here" haar geholpen zichzelf te accepteren zoals ze is en heeft ze daardoor meer zelfvertrouwen gekregen. Getraind in klassieke muziek en jazz stort de oorspronkelijk uit Oregon afkomstige Bonham zich pas begin jaren ’90 op de rockmuziek onder invloed van Nirvana en Pixies. Haar gave om korte, catchy popsongs te schrijven wordt al snel door verschillende platenlabels opgemerkt. Ook op het door Zoë/Rounder uitgebrachte "Blink The Brightest" (2005) bewijst Bonham opnieuw dat ze een prima singer/songwriter is. Die lange tussenpozen hebben er helaas voor gezorgd dat haar met de single "Mother Mother" voortvarend gestarte carrière nooit echt succesvol is geworden. En dat is jammer ! Op haar nieuw album dat deze maand uitkomt, speelt Tracy piano, viool, gitaar en vibes. Ze is klassiek geschoold op piano en viool, gitaar heeft ze zichzelf geleerd, wat resulteert in een eigen onnavolgbare stijl. De rockinvloeden van haar eerste album zijn flink teruggedrongen en ook haar karakteristieke vioolspel is minder prominent aanwezig dan op "Down Here". In plaats daarvan krijgen we twaalf sterke, meer ingetogen songs in een rootsy jasje voorgeschoteld, die soms behoorlijk aan de oude Sheryl Crow doen denken, maar toch vooral ook een zekere eigenheid bezitten. De plaat werd geproduceerd door Greg Collins (U2, No Doubt, Matchbox Twenty) en Joey Waronker (REM, Beck) en bevat een keuze van gastmuzikanten : Butch op drums (Eels), Sebastian Steinberg op bas (Soul Coughing, Neil Finn), Dave Levita op gitaar (Alanis Morisette, Jewel) en op keyboards niemand minder dan Mitchell Froom. Voor “Blink The Brightest” kreeg Tracy de vrije hand van het label en dat heeft geresulteerd in een album waar het plezier vanaf straalt. Kortweg : Recht-toe-recht-aan nummers worden afgewisseld met songs die hier en daar een verrassende en soms dromerige inslag hebben. Het nieuwe album mag dan tekstueel gezien een andere richting opgaan dan de vorige, muzikaal gezien is "Blink The Brightest" echter het meest logische vervolg op "Down Here", en bewijst Bonham dat ze wel degelijk in staat is om pakkende songs te schrijven.


 

DR. OXIDE
3 OF HEARTS
Website : www.droxide.com
Email: info@droxide.com
www.cdbaby.com/cd/droxide

Eclectic Country Folk, Scruff Rock - a refreshing, raw and edgy departure from contemporary fare containing social, political and environmental commentary with a hint of humor. Infectious melodies that will leave listeners "Crying in the Rain" for more.(Cdbaby)

Om maar meteen het manco te noemen van "3 of Hearts", de cd van singer-songwriter Dr. Oxide uit Edmonton, Alberta, Canada: de productie is soms erg braafjes. De liedjes van "3 of Hearts" zijn opgenomen in de legendarische Gene Breeden Studios, Nashville, Tennessee waar diverse opnames gebeurden voor o.a. Merle Haggard, Garth Brooks, George Jones, Roy Acuff en Waylon Jennings. Immer verankerd in sobere country wisselt hij ballads af met tempoliedjes, net zoals hij ook varieert in de onderwerpen waarover hij schrijft en zingt. Dr. Oxide is een rasverteller, die put uit dagelijkse gebeurtenissen en dromerijen; zingt net zo makkelijk over vervuiling ("Too much Shit in the Sea") als over het weer ("Crying in the Rain"). Al deze songs zijn geschreven door Larry Sieniuc, 'the Doctor' zelf, behalve "Locked In Pop" (Sieniuc/Kuchinsky) en "Dog Song" (Sieniuc/Kenyon). Deze brave productie van "3 of Hearts" lag in handen van Gary "Brotherman" Branchaud (Joyful Sound Co.), de opnames en mixing werden gedaan door David Signs in de Gene Breeden Studios. De digitale mastering lag in handen van Martin Anderson, die we kennen van zijn werkzaamheden bij o.a. Jerry Lee Lewis, Jo Dee Messina, George Jones, Vince Gill, Lee Ann Rhimes en zovele anderen. Voor de begeleiding kon hij rekenen op Nashville's bekende band, Monster Pocket, bestaande uit Gary "Brotherman" Branchaud (Willie Nelson, Kenny Rogers, the Jordonaires, Lenny Klinger's Galaxy Band) op bas. David Signs op keyboards, Butch "Styles Bitchly" Davis op gitaar en Fred Saterfied op drums. Dr. Oxide koppelt elektrische country folk aan sfeervolle popdeuntjes en gevoelige ballads. Maar vooral voorziet hij deze pakkende melodieën van rake poëzie.


 

MALCOLM HOLCOMBE
I NEVER HEARD YOU KNOCKIN'
website : www.malcolmholcombe.com
malcolm@malcolmholcombe.com
label : Eigen beheer
www.villagerecords.com
Info : Ben Musser
ben@noblemusic.net

 

"I Never Heard You Knockin'" luidt de titel van de nieuwe cd van singer-songwriter Malcolm Holcombe. Hij produceerde de plaat zelf en liet de boel mixen en remasteren door Ray Kennedy in Zen Masters te Nashville, TN. Holcombe nam deze nieuwe plaat volledig akoestisch en live in the studio op, waardoor het geheel behoorlijk dichtbij een live-performance komt. Maar goed, Holcombe moet zowat Amerika’s allerbest bewaarde singer-songwriter-geheim zijn. Sinds zijn debuut met “A Far Cry From Here” (’94) ging op professioneel vlak dan ook zowat alles voor ‘m fout wat maar fout kon gaan. Culminerend in het wrange lot dat zijn meesterwerkje “A Hundred Lies” ('96), beschoren was. Die plaat zou oorspronkelijk kort na zijn overgang naar het Geffen Records label ook daar hebben moeten verschijnen. Enkele dagen voor de geplande releasedatum werd Geffen echter ingelijfd door Universal Music en Holcombe’s plaat verdween volkomen ten onrechte in de vergeethoek. In 1999 kwam de plaat opnieuw uit, op Hip-O records, en werd bedolven onder lovende recensies. Vier jaar later is hij terug met "Another Wisdom" (Purple Girl Music), met opnieuw Don Tolle achter de knoppen. Wederom een werkelijk verbluffende schoonheid, een rijke Americanaplaat, die bij de fijnproevers beslist in de smaak viel. Tot dusver bleken zijn albums stuk voor stuk de moeite waard. Maar ook zijn nieuw album “I never heard you Knockin’” is werkelijk een juweeltje. Geboren (2/9/55) en getogen in de Blue Ridge Mountains van North Carolina is deze troubadour er verstandig aan gedaan zijn in blues, country en folk gewortelde donkere luisterliedjes te verfraaien met enkel zijn akoestische gitaar, met als resultaat elf uitstekende songs waarbij dynamiek wordt afgewisseld met subtiele ballads. Daardoor is “I never heard you Knockin’” zelfs een memorabele luisterplaat geworden. Holcombe is een singer-songwriter met een eigen stijl. Alleen zijn stem al; licht bluesy baritonstem met veel gruis. Daarmee doet hij meer dan de geijkte paden van de folk- en countryblues bewandelen. Holcombe, een storyteller pur sang, speelt met akkoorden en instrumenten waardoor ieder liedje weer anders klinkt. Niet alleen muzikaal pakt hij het breed aan, hetzelfde geldt voor zijn teksten. Holcombe kan donkere verhaaltjes vertellen, over allerlei onderwerpen, maar meestal over relaties en schildert deze teksten als het ware over pakkende melodieën. Het resultaat zijn muzikale portretten die gehoord mogen worden. Kortweg : Malcolm Holcombe hoort thuis in het rijtje Townes Van Zandt, Guy Clark, Bob Dylan... De man heeft een prachtige stem en het moet een lust voor oog en oor zijn om hem bezig te zien. Je doet jezelf ernstig tekort als je "I Never Heard You Knockin'" niet op zijn minst een luisterbeurt gunt, dat zou namelijk moeten volstaan om je van Holcombe’s enorme kwaliteiten te overtuigen!


TRACKLIST :
“Sittin’ Sad”
“For The Love Of A Good Woman”
“Doin’ His Job”
“Not Who You’re Thinkin’ Of”
“Gone By The Ol’ Sunrise”
“Mama Told Me So”
“Kiss Me When I’m Sleepin’”
“Cathy’s Creek”
“Early Mornin’”
“This Town Knows Me”
“I Never Heard You Knockin’


 

JOHN LEE HOOKER JR.
BLUES WITH A VENGEANCE
Wensite : www.johnleehookerjr.com
www.onthehookblues.com
Label : Kent Records
Promotie:Art Attack Promotions
Stephen Lopez
stephen@artattackprods.com

De Amerikaanse blues-zanger John Lee Hooker is op vrijdag 6 mei en zaterdag 7 mei een van de publiekstrekkers tijdens het Moulin Blues festival te Ospel en de Rhythm & Bluesnight in Groningen. Het meest recente album van de John Lee Hooker Jr. Band, "Blues with a Vengeance", werd genomineerd voor een Grammy Award voor 'best traditional blues album'. De “zoon van” heeft nooit geprobeerd om in de voetstappen van zijn vader te treden maar maakt zijn eigen mix van twee delen R&B, één deel jazz en “down home blues”. Artiesten die in de voetsporen van hun ouders blues willen spelen hebben het niet altijd gemakkelijk. Ze ontsnappen met geen mogelijkheid aan de voortdurende vergelijkingen van stijl en carrières. Vooral wie Hooker, Morgenfield of King heet, zal daarvan last ondervinden. Slechts weinig blues-artiesten slagen erin om uit de schaduw van hun vader te treden. Maar Shemekia Copeland, Gene Ammons en Mel Brown bewijzen dat het wel kan. Maar bij het beluisteren van "Blues with a Vengeance", valt het mij wel op dat John Lee Hooker Jr. met band er een volstrekt eigen geluid wil op nahouden. Deze plaat is binnen de context van de West Coast blues zelfs een uitstekende plaat. Het is soms verbazingswekkend hoezeer zijn stemgeluid soms op dat van zijn vader lijkt. John Lee Hooker was natuurlijk een ervaren gitarist, maar zijn zoon heeft weer iets meer vocale kwaliteiten. Toch herken je in zijn soulvolle stem duidelijk die typische Hooker dictie. In een recent interview met John Lee Hooker in het Living Blues Magazine vertelde hij : "It's extremely difficult to do what J.L.H. Jr. has done here: confront both the blessing and the burden of being heir to one of the music's most daunting legacies, while still retaining one's own identity." John Lee Hooker is misschien wel de meester van de minimalistische blues, met zijn repetitieve beat, zijn éénlijnige klaagzang en zijn uitgepuurde gitaarstijl, dewelke zijn uitgegroeid tot de grootste clichés uit het genre. John Lee Hooker Jr. schreef zelf acht van de twaalf tracks waarin zoals bij zijn vader sex, drugs, drank steeds aan de orde komen, en tussen de covers vinden we drie van zijn vaders originele klassiekers waaronder "Boom Boom", "Dimples" en "One Bourbon, One Scotch and One Beer". Bijgestaan door een uitstekende band met keyboardist Will "Roc" Griffin (Herbie Hancock), bassist Frank Thibeaux, drummer John Handy, lead gitarist John Garcia en de achttien jarige Jeff Horan op rhythm gitaar weet John Lee Hooker Jr. met een ijzersterke boreling, een meesterwerk, gewoon een hele krachtige plaat waarin R&B, jazz en traditionele blues nooit ver weg zijn ons te verrassen.


 

THE HOODOOGANG
GO AHEAD 'N' SCRATCH!
BUSTED SESSIONS
Website: www.thehoodoogang.com
E-mail: thehoodoogang@hotmail.com
Label : Eigen beheer

Dat de blues in onze contreien nog steeds springlevend is, bewijzen The Hoodoogang. Limburg heeft op het bluesvlak al goede artiesten gebracht. Het is ook een gezellige provincie met sympathieke inwoners, waaronder ikzelf, om er zo maar ééntje te noemen. Maar ook de frontman, El Grande, van dit viertal is ook een rasechte Limburger die samen met zijn Leuvense bandsleden, tijdens hun explosieve optredens, het publiek steeds een aangename avond weet te bezorgen. In iets meer dan twee jaar slaagden ze erin reeds twee eigen cd’s op de markt te brengen, die enkel en alleen eigen werk bevatten : "Busted Sessions" (2004) en "Go ahead ‘n’ Scratch!" (2005). The Hoodoogang speelt dus eigen werk, maar ook bewerkingen van hun voorbeelden, zoals o.a. BB King, Stevie Ray Vaughn, Albert King, Paul Lamb en Robert Cray, hetgeen u krijgt te horen tijdens hun energieke live concerten. Maar opvallend is het volstrekt eigen geluid dat de band daarbij weet te vinden, waarbij stevige bluesrock wordt afgewisseld met aanstekelijke bluesballads. The Hoodoogang is onstaan begin 2002 uit Blue Gang Quartet en ex-zanger van Bluesteasers. Fernando Neris (gitaar en lapsteel) speelde vroeger in Spanje bij the Hoochie Coochie Men. Met deze band gaf hij af en toe optredens in België waar hij mensen leerden kennen. Na z'n studies besloot hij te verhuizen naar België om hier werk te vinden en een band op te starten met die mensen. Geert Zonderman (5 string-bass) en Zen Fannoy (drums en percussie) waren destijds de ritmesectie van The Mark Marschall Band maar wilden eindelijk eens serieus muziek maken en dit samen met Fernando. Na een tijdje als bluesquartet met een saxofonist te hebben gespeeld kwam het idee een bluesband te starten met een zanger. Die zanger vonden ze in El Grande. Hij had daarvoor al in bands als Blue Buck en Bluesteasers gezongen. Vorige cd "Busted Sessions" kreeg vorig jaar zeer goede reacties op Bobtjes Blues Pages, een debuut dat door toevoeging van tenorsaxofonist Alex van de Meulebroeke de meer jazzy nummers als "Nerisatin''' en "Blue Thinking" tot uitschieters naar boven haalde. Op hun nieuwe album is er aan dynamiek en power geen gebrek. Westcoast blues over traditionals naar enkele mooie lapsteel songs is hun gezamelijke passie, maar dan wel van het vuige soort. En dat dampt maar door! "Go ahead ‘n’ Scratch!" is een spetterend, maar vooral een oprecht album. De boogie en swing wordt achteloos de speaker uitgeknald en de drumkit van Zen grijgt er genadeloos van langs, terwijl zanger El Grande, met zijn diepe en warme stem, de passie er uit weet te persen die het repertoire van hem eist. Gitarist Fernando Neris toont geen medelijden met de snaren en weet alle nummers de hoogte in te stuwen. Zijn stijl grenst aan ranzigheid. Toch gaat hij ook subtiliteit niet uit de weg, zoals blijkt in "You Hooded Me". Zeker in de nummers waar hij de lapsteel bovenhaalt straalt zijn vakmanschap. Laat niemand nu denken dat "Go ahead ‘n’ Scratch!" veel van hetzelfde herbergt. Integendeel, het album biedt een grote variatie aan stijlen en sferen, terwijl het, met de blues als basis, een zeldzame consistentie heeft. Al van bij het openingsnummer "One More Drink", wordt je bij de keel gegrepen, maar in het volgende nummer is al dadelijk spraak van variatie door deze meer jazzy titeltrack of de slowblues in "Never Meant To Hurt You", allemaal zelfgepende nummers, maar ook hebben de vier heren de productie in eigen handen. Kortweg : "Go ahead ‘n’ Scratch!" blijkt kortom een waar tijdsdocument, dat in de collectie van iedere bluesliefhebber niet mag ontbreken.


 

ROBERT BOBBY
F * U * B* A * R
website : www.robertbobby.com
mrbobby@robertbobby.com
label : I Like Mike Records
www.cdbaby.com/cd/robertbobby
www.folkweb.com/robertbobby



I am an acoustic guitar lover.
"Twelve (12) songs and not a stinker in the bunch."



Afgelopen maand viel ik van verbazing bijna van mijn stoel , oorzaak ... Robert Bobby die met zijn opnames daterend uit de jaren negentig een onvergetelijke indruk op mij gemaakt heeft. Met het album "Mister Joe" en vooral door die pracht van een song getiteld "Lucinda Williams" ging ik op meer informatie uit. "One of the best singer/songwriters you 've never heard of" was dan ook zo bereidwillig om zijn album F*U*B*A*R op de post te smijten en bovendien in de wolken dat hij zoveel belangstelling kreeg uit het verre Belgie. Belangstelling die de man ongetwijfeld verdiend, want ook met dit schijfje weet hij mij en inmiddels ook enkele "kenners" te overtuigen van zijn schitterende singer/songwriting. Een drietal songs ("Best of all Possible Words", "Lucinda Williams", Rain Ain't Falling") die ook op het album "Mister Joe" vermeld staan kan je ook terugvinden op F*U*B*A*R dat verscheen in 2001. Maar er staat nog meer fraais op dit voornamelijk akoestisch getint meesterwerkje. "Guns Across the USA" (Pete Kinsley op slide), "In My Own Selfish way " (met John Caldwell op cello!), de smeekbede "I Whish I had A Better World " (.... John Lennon zou nog leven), songs die van de hand van Steve Young konden zijn. (zie Extra support ), "9 Votes Counted" van Bob Dylan , "Oh Sweet Jesus" van Brendan Crocker, maar zij zijn allemaal van Mister Joe Milsom alias Robert Bobby. Prachige songs met heel wat volk in de studio en toch klinkt het erg persoonlijk, akoestisch en sfeervol. Het up-tempo nummertje "King Of Love " met een rock & roll pianootje springt uit de band, maar dan wel op een erg aangename manier, net als het iets stevigere "Bigger guns", alt. country/Americana van topklasse ! Robert Bobby (one of the best singer-songwriters you’ve never heard of) has received critical acclaim in publications such as Rolling Stone, The Village Voice and Sing Out! for his eclectic mix of humorous ("AC - DC Rag" en het verborgen trackje "Xmas Puppies"), irreverent, heartfelt songs of love & life, sung with energy and passion. (www.sonicbids.com). Neem eens een kijkje op de man zijn site en luister naar zijn "Spam Song", materiaal dat ons hunkerend doet uitkijken naar een nieuwe full cd. Klasse!


 

SLICK FITTY
WHERE THE CHROME SHINES BRIGHT
webssite : www.slickfitty.com
label :S.A.D. Music
info : slickfitty@earthlink.net

 

HEY GOOD LOOKING :
Who are Slick Fitty? Slick Fitty is a five piece band from Albany, New York who plays old - timey American Rock & Roll . Line up ; Crazy Joe Domingo, he bangs out the chords and he sings real pretty, he's got the smoothest voice from here to New York City ! On lead guitar ; take a little Duane Eddy and Chuck Berry on crack...shake it up real good, ya get Scotty Mac! A saxophone, a saxophone! A saxophone with nutty tone! That's what we've got we're proud to say: The people line up to hear The Jay Man play!, A bass guitar that goes boom boom boom .... Bri Bri Two Hammer ! On drums ; Hip,Hip Hurrah for Mickey King! En niet onbelangrijk, de jongens zijn momenteel in Duitsland op toernee en je kan Slick Fitty wat vergelijken met the Playboys uit Engeland (jarenlang het huisorkest van het Rock & Roll Weekend Hemsby) en met onze nationale trots The Seatsniffers (zie extra support). Al is de aftrap met "Gee Whiz" nog wat aarzelend en zijn de scherpe hoekjes in het titelnummer "Where the Chrome Shines Bright" er wat afgeschuurd in de studio, de hel breekt pas goed los met "die" sax op "Wild Cherry". 'Hair in a ponytail, a pink poodle skirt, baby blue eues and a really tight shirt' ..... ik moet er geen tekeningske bijmaken zeker ... "Not a dry pussy in the house". Iets meer country/rockabilly met "Here We Go Again" en surf à Dick Dale met "Judgement Day". Maar Evil J wordt niet veel tijd gegund om zijn sax eventjes aan de kant te zetten, blazen is de boodschap, de twangy gitaren op de Roy Orbison klassieker "Go Go Go, movin' down the line" en "Big Dog" maken van dit album EEN groot feest. "Set ' Em Up", smokin' and drinkin' at the corner of this bar, hey bartender set me up again ....Je zou er voor minder een "Bad Boy " van worden, de Larry Williams klassieker (ook bekend in de versie van Thorogood) moet er ook aan geloven. From rockin' and rollin' spinning in a hula hoop, junior behave yourself, this rock and roll has gotta stop ! Niks daarvan .... Wat moet Johnny Meow ("he's built for speed and how, he makes the girl scream and how, tells them he all loves 'em so but he won't be tied down") anders aanvangen met "The Lil' Devil Women"? Mensen lief, dit is genieten, en alles voor een heel klein prijsje naar Belgie te halen ... For a regular club gig, we got paid 500 euros, which is about $630. Plus each club provided us with free beer, two meals and put us up in a hotel every night. "We're not getting rich yet, but it's more than just a free vacation. We actually ended up with money at the end of the tour" ! ( Mickey King). Nog niet overtuigd ? Die Gretsch- Gitarre als Fundament, der Bass im Gleichschritt mit der Fußtrommel, vereint mit einem brüllenden Saxophon, hysterischen Gesängen im Chor oder Solo. Sämtliche „Blues und R&R- Schemen“ werden perfekt und mit relativ eigenständigen Ideen durchgenudelt, da wird der Album- Titel bei Slick Fitty zum Programm. Den Petticoat aus dem Schrank gefummelt, die Pomade ins Haar masiert und die Mädels durch die Luft geschmissen.
Ja, Rock & Roll hatte gute Zeiten. Wie durft ?


 

DUKE CITY SWAMPCOOLERS
IT AIN'T THE YEARS
www.thedukecityswampcoolers.com
theband@thedukecityswampcoolers.com
label : Eigen Beheer
info: coraleno@aol.com / Tony Smith
www.cdbaby.com/cd/swampcoolers


Bluegrass, newgrass, swing/jazz and country gospel (CD Baby). From Albuquerque, New Mexico afkomstig brengt dit vijftal een album op de markt met een titel die haaks staat op wat deze jongen altijd zingt (nou ja), blijkbaar tellen bij de Duke City Swampcoolers de jaren nog niet. Zou het aan de aanstekelijke dansmuziek liggen die de jongens op dit album en ongetwijfeld op de podia laten horen ? Line up : Official "Swampcoolers" include Jesse Rael (songwriter, vocal, bass, mandolin, guitar, dobro and sound man), Bill Dufault (vocal/songwriter, guitar, mandolin), John Bryan (vocal/songwriter, banjo, bass, and sound man), and Aaron Combs (vocal, fiddle, guitar) and Tony Smith (vocal/songwriter, guitar). Blijkbaar houden de jongens er nog een vaste job op na :a radiologist, an ex-fifth grade teacher, a pharmacist, a Papillon, a computer guy, and a urologist. Frustrated musicians all (you should hear Giz sing!). Wij gaan er dan maar van uit dat de Duke City Swampcoolers een gezellig hobbyclubje vormen. Maar dat belet hen niet om prima muziek en close harmony vocals te produceren. Liefst vijftien songs op dit album met ondermeer covers van "Lonesome Pine" (Wayne Taylor), "Wings of a Dove" (Bob Ferguson), "Angel Band" (Ralph Stanley), "I Am the Man" (Sparks/Ralph Stanley), "Friend of the Devil" (Hunter/Jerry Garcia/John Dawson), en misschien vreemd, een schitterende instrumentale versie van een Duke Ellington/Juan Tizol song (Caravan). Maar ook veel eigen werk dat bepaald niet moet onderdoen voor de songs van vemelde heren. Zo zijn hun "By the Rio Puerco" en "Two Cat Woman" voor mij nu al klassiekers in dit semi traditional en original bluegrass wereldje. "Please Come Home ", a song about wanting to go home and knowing you can never really go home is een juweeltje van een song met een licht gospel accentje. Het moet aardig zijn om "Growin 'Old in New Mexico", genieten van de bezienswaardigheden van the northern New Mexico steam train, the Cumbres and Toltec Scenic Railroad,The San Juan river valley is beautiful, and you're only about an hour from Pagosa Springs and Wolf Creek pass up in Colorado. ("Chama to Antonito"). Misschien kunnen the Duke City Swampcoolers ons eens uitnodigen voor een bezoekje, moet heerlijk vertoeven zijn daar. Zou ik de koffers al beginnen te pakken ?


 

LIGHTNING RED & Thunder Blues
TEXAS THUNDER BLUES
TORTURED MIND
Website : www.lightningred.com
Email :lightningred@earthlink.net
Label : Angelwing Records
shroom@trinicom.com

 

Smokin' Texas blues from a soul-searing, barn-burnin' band...combining Chicago and Texas styles into a "Texicago Jive" guaranteed to make you boogie your backbone.

Lightning Red is een Austin, Texas bluesmuzikant. Als zanger-gitarist was hij steeds onder de indruk van het gitaarspel van Luther Allison en Buddy Guy, de bluesgrootheden waarin hij degelijk zijn invloeden zocht. Zijn vorig album "Texas Thunder Blues" (1998) wist me dadelijk van de eerste track "Big Time" reeds te bekoren. Red's zijn voorliefde voor de slide gitaar komt dadelijk tot uiting in dit nummer, maar ook traditionele blues zoals de covers van Don Nix "Goin' Down" en E. Boyd's "Five LongYears" weet hij zo te spelen dat je zijn gitaarspel kan ervaren als puur vakmanschap. Bijgestaan door Steve Johnson (drums), Jay Stevenson (bas) en Rick Peerone op harmonica weet hij nummers als "Five Long Years", met prachtig harmonicaspel van Peerone, een nooit gehoorde versie van de Doors klassieker "Rider's On The Storm" met Tommy Narcisco op drums en Lightning Red zelfgepende "Endless Boogie" tot prijsbeesten van dit album om te toveren. Het album "Tortured Mind"(2002) bevat tien originele songs; allen van de hand van deze 'slideman' Lightning Red. Gray Gregson stond in voor een zeer degelijke productie. Lightning Red is een begenadigd gitarist en dat bewijst hij meteen op de opener "Dynamite" tot in de het afsluitende "Back to Texas". De track "Hard To Have The Blues," waar Red enkele solo's speelt met W.C. Clark en John Ussery, is wel een hele beleving. Na de titeltrack mogen we dit staaltje van pure Texaanse blues terug beleven in "Houston Blues". Twee andere uitschieters die ik zeker wil vermelden op "Tortured Mind" zijn "Bitta Man" waarin we een aardig potje slide geserveerd krijgen, en de aan Stevie Ray Vaughan denkende "South Austin Shuffle", met een uitstekende gitarist Jeff "El Jefe" Anderson als tegenpool. "Tortured Mind" kunnen we bezwaarlijk als een onversneden bluesplaat omschrijven. De meeste songs situeren zich immers op de crossover van Texas blues en rock. De stem van Lightning Red komt niet op alle nummers evengoed tot haar recht. De "slideman" is naast songsmid echter in de eerste plaats een uitstekend gitarist. Hij werd op deze cd bovendien bijgestaan door Thunder Blues zijnde bassist Terry Robbins, drummer Coy "Boy" Fuller en Gray Gregson op keyboards. Maar ook de gasten gitaristen op zes van de tien tracks, W.C. Clark, John Ussery en Jeff "El Jefe" Anderson, allemaal klassemuzikanten; maken dat "Tortured Mind" er best wel mag zijn.


 

CHEATIN' HEARTS
Website : www.cheatinghearts.se
Email : pickerpete@hotmail.com
Label : Dusty Records
www.dustyrecords.se
info@dustyrecords.se

Peter Andersson (pedal steel, dobro, gitaar) speelde ooit in het (mij volstrekt onbekende) bandje The Clayfeet Stompers. De band viel uit elkaar en Andersson zat dadelijk met andere plannen. Samen met een ander ex-Stompers en twee vrienden uit Jake & the Spitfires, wilde hij zangeres Marina Uppgren backing geven bij de opname van een cd. Maar tijdens de opnamen ontstond niet alleen een nieuwe (titelloze) plaat, maar ook een nieuwe band, met de aangename naam, Cheatin' Hearts. Op de elf liedjes komen honky tonk en country zoals in de 50's en de 60's samen. En dat betekent dat de liedjes vanzelf knisperend klinken. Er wordt met enthousiasme gespeeld, de reden wellicht dat we hier veel covers terugvinden van o.a. Jean Shepard, Johnny Cash, Johnny Paycheck, JD Miller en Willie Nelson. Maar ook hun eigen geschreven nummers "Queen Of Denial" en "Show Me" overtuigen evenzeer. Gewoon frisse deuntjes, stevig neergezet, melodieus en daarom aangenaam. En zo opereert deze Zweedse Cheatin' Hearts overtuigend op hun debuut.


 

ROY LONEY
AND THE LONGSHOTS
DRUNKARD IN THE THINK TANK
www.careerrecords.com
label : Career Records
career@careerrecords.com
Ronald Sanchez/Directorof A&R
www.cdbaby.com/cd/royloney



Het bloed kruipt waar het niet kan gaan ... Roy Loney (geboren 13 April 1946, San Francisco, California), leek wel van de aardbodem verdwenen maar na een tiental jaren van volledige stilte besloot hij om met zijn begeleidingsband The Longshots (Seattle) de studios nog eens met een bezoekje te vereren. Loney was eind jaren '60 de frontman van de Flamin Groovies, later richtte hij the Phantom Movers op. De cultfiguur van de Amerikaanse rock & roll ging in 1993 scheep met de Longshots en onder die naam brachten zij de albums "Full Grown Head" ('94) en "Kick Out The Hammons, live in Madrid" ('95) uit. Maar na al die jaren brandde de vraag op ieders lippen : Can the boy still rock ? En wij kunnen bevestigend antwoorden want met negen brandnieuwe Roy Loney songs op het album "Drunkard in the Tink tank " en een succesvolle toernee door Spanje in het afgelopen jaar zijn Roy Loney & the Longshots back in town. Met een cover van de John Fogerty/Blue Ridge Rangers song "You Don't Owe Me" en hun versie van de Chartbusters hit "She's The One" krijgt dit album een extraatje. Met eigen punk/rock werk uit lang vervlogen tijd "House of Games", "One Track Mind", "Doggone Fine" wordt er stevig afgetrapt, gevolgd door het moment dat Roy met de song "He Talks To Himself" zijn bewondering voor Ray Davies niet onder stoelen of banken steekt. Misschien dat hij ervan uitgaat dat "Nobody Does It " maar met dit rockertje à Nick Lowe/Mickey Jupp en songs als "Grapey Wine", "Hang With Me" demonstreert hij weer een andere kant van zijn muzikale kunstjes. Maar er zit meer nostalgie in dit mannetje, want met "Five Times A Fool" lijkt het wel of Ricky Nelson of the Big O terug op het podium verschijnen en dan kan Buddy Holly natuurlijk ook niet ontbreken ("Jennifer Whenever"). Dit maar om aan te geven dat Roy Loney al die tijd die hij bezig is met muziek maken oren en ogen ver heeft open gehouden. Bovendien drie bonustracks op dit schijfje met het swingende "Move It Baby" (Simon Scott and the Le Roy's) en het aan Jason & the Scorchers/Long Riders linkend "Let Me Go". Conclusie :Loney may be a drunkard, but as the album title suggests, that doesn’t mean the lights have gone out upstairs. (Jaime Frederick) Such a Nice Boy !


 

MARY (CRYSTAL) WOOD
SIMPLE
website : www.marycrystalwood.com
label : Eigen Beheer
Yantastik Records
yantastikrecords@hotmail.com
www.cdbaby.com/cd/marywood

Lyrically driven, the songs are idealistic and inspiring.
Americana music at it's finest!

Wat mij eerder met Robert Bobby overkwam heeft zich herhaald met het prima album "AT YOUR DOOR " van Mary Crystal Wood. Het schijfje liet een overweldigende indruk op deze jongen (review maart 05) en daarom besloot ik om op jacht te gaan om het eerder verschenen album "Simple" (02) vast te krijgen. Geen enkel probleem want Mary Crystal was zo vriendelijk om nog een overgebleven copie (weliswaar zonder inlay) te bezorgen. Als extraatje was zij bereid om wat info over haar eigen tien gepende songs bij te sluiten. Hartelijk dank Mary. Het is een sterk autobiografisch album met ondermeer verhalen over hoe op een eenvoudige manier songs tot stand kunnen komen ("Nothing"), de verwerking van het onbeschrijflijk verdriet dat het verongelukken van kinderen teweeg brengt (" Invisible Eagles"), haar eerste eigen gecomponeerde song die zij opdroeg aan haar zus "Tricia", een ode aan haar ouders tergelegenheid van hun 41-ste verjaardag "Two People" (jammer genoeg zou haar moeder een jaartje later de ongelijke strijd tegen die vreselijke ziekte verliezen), haar eigen "Believe in Christmas Song", de eerste officiele opname in de studio "Leather Wing Bat", songs die zijn zoals het titelnummer aangeven "Keep It Simple". Mary verontschuldigt zich zelfs voor de amateuristische manier van opname maar de ontroerende, eenvoudige manier van storytelling maken net als het album "At Your Door " dat de voorganger "Simple" een erg aangenaam luisteralbum is. "Like warm apple pie, Wood's soothing voice and sweet melodies leave you feeling cozy on winter nights". (CD Baby). Sympathieke singer/songwriter met klasse, een stem en songs die je niet onberoerd laten. Mary Crystal Wood ......."STAY "



 

CINDY BULLENS
DREAM # 29
website : www.cindybullens.com
label : Blue Lobster Records
info : cb@cindybullens.com
www.cdbaby.com/cd/cindybullens3


Emmylou Harris calls her the "female Bruce Springsteen". Erg vriendelijk van ons Emmylouke, zelf beschouwdt Cindy zich als een echte rock & roll zangeres : "When people ask me what I do, I say I'm a rock and roller," Cindy notes. "I've said that from the beginning, and I still say it today. Many people consider me a singer-songwriter in the category of John Hiatt, Lucinda Williams and Steve Earle, and I'm very proud to be in their company. It is about the songs, but when you come to see me play live, playing the same Les Paul or Stratocaster I played 20 years ago, you will know I'm a rock-and-roller." En met het album "Dream # 29" bevestigt zij die uitspraak. Met haar nominaties voor een Grammy en het succes van "Somewhere Between Heaven and Earth " ('99), een album dat onafscheidelijk verbonden zal blijven met de verwerking van het verdriet bij het overlijden van haar dochtertje Jessy aan kanker in 1996, en de opvolger "Neverland" (02) steekt Cindy met dit album een tandje bij. Net als bij "Somewhere ... " , met ondermeer gasten Bonnie Raitt, Rodney Crowell, Lucinda Williams, Bryan Adams, en "Neverland", Emmylou, Steve Earle, John Hiatt, heeft Cindy Bullens met Delbert Mc Clinton, Elton John, Tim Wakefield, Garry W. Tallent, old buddies George Marinelli, Ginger Cote en Ray Kennedy (producer) weer klasse muzikanten in huis gehaald. En dat prima gezelschap zorgt voor een album dat wel eens kon uitgroeien tot het beste wat Cindy heeft uitgebracht. Met songs als "Jellico Highway", "Oriental Silk" krijg je klasse alt.country, met het Rolling Stones soundje van "Box Of Broken Hearts", scheurende gitaren en de honky tonk piano van Elton John op titelnummer "Dream #29", het mondharmonicaatje (à Springsteen) en vocals van Tim Wakefield op "7 Days", het sublieme "Love Letters From Las Vegas" rockt dit album als de pest. Wanneer Mister Delbert Mc Clinton dan zijn deel van de arbeid komt doen met "This Ain't Love" krijg je voorwaar sublieme blues op je bord. Maar net als op de vorige albums worden er schitterende rustpunten ingebouwd ; "Mockingbird Hill", "Too Close To The Sun", "Paper and Glass" (met backingvocals van dochter Reid, en mij doet denken aan Chrissie Hynde). Afsluiter " Hey Hey , my my January Sky" met klasse multiinstrumentalist George Marinelli op mandocello/mandola zorgt er mede voor dat dit album en de bijhorende concerten gaan uitgroeien tot een van de hoogtepunten van 2005. Klasse * * * * (SWA) Line up : George Marinelli on lead guitar (Bonnie Raitt's band), Dennis Burnside on keybords (you won't believe his resume!), Garry Tallent (from Bruce Springsteen's E Street Band), Ginger Cote, of course, on the drums, and Justin Maxwell (who designed the website and co-designed the CD package) plays bass on two songs.
Overige Albums : Desire Wire ('78), Steal the Night ('80), Cindy Bullens ('89).

For people who knew her, it wasn't hard to see. Jessie could change the world, in her too-brief eleven years, she did !
www.jessiefoundation.org


 

BRIAN KEANE
I AINT ' T EVEN LONELY
website : www.keanetunes.com
lonesomewhistle@austin.rr.com
label : Mixorama Records
info : www.mixoramarecords.com
www.cdbaby.com/cd/briankeane

" I Ain't Even Lonely ", "Hometown " ... John Fogerty , "Go So Wrong" ... Delbert Mc Clinton , "Mexico", "Piece Of Me ", ... Paul Simon, een ode aan Townes Van Zandt ("It's been a long day"), een cover van "Anywhere I Lay My Head" van Tom Waits (met Guy Forsyth, vocals, resonator guitar en een string quartet !!), een sleper waar je kippevel van krijgt "I Miss you", een country/George Jones/Dale Watson song die ik nu al beschouw als een traditional "Your Whining Will Be Gone", een meezingertje à Dwight Yoakam met "Angeline, my Beauty Queen" (zou de man ooit van Peter Koelewijn gehoord hebben), bluegrass tintje met "Odysseus",songs die duidelijk een eigen stempel dragen "Carry Me" met een heerlijke dobro, "You' ve Gone" .... over wie ik zo enthousiast ben ?.... BRIAN KEANE is de naam en de man levert met dit album een juweeltje af. Misschien wat misleidend de aanhef van deze review maar het zijn namen van artiesten die spontaan bij mij opkwamen bij de eerste beluistering van "I ain't even Lonely". Maar op de Tom Waits cover na zijn het allemaal songs van de uit South Carolina afkomstige singer/songwriter Brian Keane. Na wat omzwervingen doorheen Boston, New York, een opname met de Americana/rootsgroep Red Rooster (double album "Dose") als singer , songwriter, en aktief op piano, banjo, bas, ontmoetingen met mensen van de Asylum Street Spankers, Bob Schneider en drummer/producer Eldridge Goins brachten hem er toe om met eigen origineel materiaal de studio in te duikelen. En niet alleen in Austin lusten ze er pap van want met dit schijfje zal Brian Keane ongetwijfeld hoge ogen gooien. Schitterend album dat met toevoeging van lap steel, banjo, viool, cello, dobro, accordion, fiddle, en prachtige backingvocals (o.a.:Carolyn Wonderland, Susan Gibson, Wendy Colonna) een aangename kennismaking oplevert met deze multiinstrumentalist. Top tien notering Euro Americana charts (http://home.hetnet.nl) en jaarlijstje 2005.



 

EMILE MILLAR
STAY HERE
Website :www.emilemillar.com
Email : emilemillar@earthlink.net
Label : Soundfile Productions
www.cdbaby.com/cd/emilemillar


"This brand new release will prove to be one of the hottest independent records of 2005"


Over de toekomst van de melancholische songs hoeven we ons geen zorgen te maken, zo lijkt het. Klopten eerder dit jaar al vele debutanten op de poort, nu is er "Stay Here" het debuut van Emile Millar (Postfontaine, The Lapdancers). En wat voor een debuut. Deze singer-songwriter heeft zijn thuisbasis in Los Angelos, maar is geboren en opgetogen in Santa Barbara, CA. Zijn lichthese stem klinkt soms ook triestig in zijn overwegend ingetogen songs waarin een belangrijke rol is weggelegd voor de pedal steel, waardoor zijn debuut album "Stay Here" een plaat geworden is waarvan melancholie zo afdruipt. Tevens laat hij zich begeleiden door bevriende muzikanten zijnde Michael Lockwood (Aimee Mann, Fionna Apple), Jebin Bruni (Aimee Mann, Michael Penn), Milo Decruz (Ryan Adams, Duncan Sheik), en Joshua Grange (Victoria Williams, Eleni Mandell). "Stay Here" telt tien songs, negen eigen en één cover van Howard Jones’ "No One Is to Blame", door Mike Baiardi strak geproduceerde liedjes. Met die o zo markante stem van ‘m smeert hij op hoogst eigenzinnige wijze zijn - vaak aan zijn eigen ervaringen ontsproten – verhaaltjes over doordachte arrangementen uit waarin de geest van Wilco, Nick Drake of Dave Mathews soms rond waart. De muziek is teruggebracht tot haar essentie: de songs zijn smaakvol en zorgvuldig ingevuld met voornamelijk akoestische gitaar, pedal steel, wurlitzer, viool en mandolin. De plaat opent prachtig met een korte intro (Stay Here), een rustig nummer met Jebin Bruni op organ & wurlitzer. Met de roadsong "I Bet" is meteen de start gemaakt aan een reeks melancholische melodieën. Voor de sfeer op dit nummer staan wel Joshua Grange op pedal steel en Cisco Deluna op banjo & mandolin garant. Een andere roadsong is het door Millar solo gebrachte "America Waves", misschien wel het knapste nummer op dit album. Maar zeker vermeldingswaard is het afsluitende "Sunday News", melancholie troef in deze track, inclusief een heerlijk gestopt trompetje van Sarah Kramer en Jebin Bruni op mellotron die er voor zorgen dat dit indrukwekkend debuut een prachtig slotakkoord krijgt. Een opvolger zal uit moeten wijzen of de 'California Soul' van Emile Millar definitief door de rootspoort mag. De potentie lijkt in ieder geval aanwezig. Kortweg : We kunnen dus eigenlijk maar één advies meegeven en dat mag je gerust als bindend beschouwen: “Koop deze plaat!” Je zal het je beslist niet beklagen…



BRIAN HOUSER
SIMPLE LIVES
website:www.brianhouser.com
label : Yippee Records
info : joy@yippeerecods.com
www.cdbaby.com/cd/houser3

 

"A diverse collection of Texas music that intertwines the heart of country with bluegrass, rock and blues." Het blijft een verademing tussen het alt.country/Americana/roots/rock gebeuren dat wij dagelijks op ons bord geschoteld krijgen. Met zijn derde album en met de toepasselijke titel "Simple Lives" brengt Brian Houser (30/3/58) een degelijk album op de markt. Reeds drie albums op zijn aktief en toch nog steeds niet de echte grote doorbraak verwezenlijkt. Misschien dat het nu gaat veranderen want als je leest en hoort wie er allemaal meespeelt op dit schijfje kan het niet anders of Brian Houser gaat de status krijgen die hij verdient. De prachtige presskit zal daar ook zeker een handje bij toesteken. Na "Never Look Back" ('98) en "Son of a Common Man" (01), album dat ook als producer Lloyd Maines meekreeg, zet Brian de deuren van de studio wagenwijd open voor diezelfde Lloyd Maines (gitaren, dobro, mandolin, pedal steel, banjo en producer), de créme van het Texas muziekgebeuren : Glenn Fukanaga (bas), Paul Pearcy (drums), Riley Osbourn (keyboards, orgel), Noah Jeffries (akoestische gitaar), Dennis Ludiker (fiddle in South Austin Jug band, zie recensie maart), Adam Odor (accordion) en last but no least Terry Hendrix (harmony vocals). Houser die zijn bewondering voor Willie Nelson, J.Cash en Kris Kristofferson niet onder stoelen of banken steekt, probeert met zijn mix van bluegrass "Born and Bound to the Road", Western style swing "I'LL Take Texas", honky tonks "One More One Last Beer" de klasse van "Jody Why", prijsbeest "Joy's Valentine", met pedal steel die hemels klinkt, een country/rock Texas versie van de Thin Lizzy original "Cowboy Song", rootsy "Sally Bowman", bluesy "A Little Ahead" de koers lichtjes te wijzigen in het traditionele Texas country gebeuren dat Brian Houser normaliter aflevert met de songs "Simple Tragedies", "Tex and Dymple", "Lonesome Old Freight Train". En het is de singer/songwriter Brian Hauser, alias Beerman, afkomsig van St. Louis Missouri met onderscheiding gelukt, mede door de fantastische sound van het Lloyd Maines gezelschap. Prima cd'tje !



 

THOMAS DYBDAHL
STRAY DOGS
Website:
www.thomasdybdahl.com
Label : Glitterhouse Records
www.glitterhouse.com
Distr.: Munich Records
www.munichrecords.com

De troubadour Thomas Dybdahl had in zijn thuisland Noorwegen met zijn debuut "...That Great October Sound" drie jaar geleden al veel succes. Hij is inmiddels twee albums verder, maar in Belgie en Nederland krijgen we het album "Stray Dogs" dat vooreerst in 2003 verscheen bij Dime Recordings, maar nu heruitgebracht is bij Glitterhouse Records pas te horen. Dat zijn potentiële publiek verder reikt dan Noorwegen alleen is op deze plaat al dadelijk hoorbaar. Het is een toegankelijk album waarop gecompliceerde composities en diepe gevoelens elkaar in evenwicht houden. En wat voor een singer-songwriter. Thomas Dybdahl heeft veel gevoel voor Americana, maar het is wel duidelijk dat hij niet opgroeide op de prairie maar in de buurt van de Noorse fjorden. Niettemin werd het grootste deel van zijn albums "…That Great October Sound" en "Stray Dogs" in elkaar gezet te New York. Ook andere plekken op de aardbol leverden inspiratie, want voor een 21ste eeuwse singer-songwriter is heel de wereld zijn honk en in plaats van prairies of fjorden is het eerder de bovenkant van een wolkendek of het blauw van cyberspace waar hij op uitkijkt. En dan toch de tradities van het muzikantenschap in ere houden, dat is knap. Het leverde hem al gouden platen en felbegeerde onderscheidingen op. Zo won deze 25 jarige muzikant diverse Grammy awards in eigen land en verkocht naar zegge maar liefst 50.000 exemplaren van "...That Great October Sound". Op deze cd klinkt Dybdahl een beetje als een Noorse versie van Jeff Buckley. Inmiddels ligt dus ook "Stray Dogs" in de winkel, zijn tweede album dat wat minder lichtvoetig uitvalt dan zijn debuut. De invloeden van Buckley zijn minder prominent en er is ook minder afwisseling, waardoor het vrij lang duurt voordat het centje valt. Maar dat de melancholicus indringende liedjes kan schrijven, bewijst hij opnieuw. Zijn zachte, onnadrukkelijke liedjes roepen vaak een loom zondagochtendgevoel op. Ze zijn stuk voor stuk romatisch, gracieus en smaakvol gearrangeerd. De traditionele Noorse fluit en viool hangen bijna in de wilgen en maken plaats voor een nieuwe Noorse stroming, het best te omschrijven als rootspop. Hoewel het nog te vroeg is om te spreken van een complete invasie, klinkt deze nieuwe lichting van singer-songwriters overtuigend. Thomas Dybdahl is één van die trekpaarden van deze stroming die dit tenvolle bewijst met zijn tweede album "Stray Dogs". Een album dat 11 songs omvat en dat praktisch helemaal geschreven, geproduceerd, gespeeld en opgenomen is door de Noor zelf. Hij verzorgt de zang, speelt gitaar, bas, orgel en harmonica. Kortweg : Thomas Dybdahl is een volbloed romanticus, een gepassioneerd crooner met een timbre dat het midden houdt tussen dat van Tim Buckley en het expressieve gemompel van John Martyn. Zijn stem is een soepel instrument waarmee hij zich recht in het hart van de luisteraar boort. In Noorwegen is het al een grote, Belgie en Nederland zullen uiteindelijk ook wel voor hem smelten, want de goeie liedjes zijn zeker aanwezig bij deze Noor.


 

DON WHITNEY
HOMELESS ANIMALS
website :
www.donwhitneymusic.com
homelessanimal@yahoo.com
label : Eigen Beheer
www.cdbaby.com/cd/donwhitney



Al een tijdje in mijn bezit het debuutalbum van Don Whitney , weinig info omdat de brave man er blijkbaar niet in slaagt om zijn website in orde te krijgen, dan toch maar besloten om eraan te beginnen. Met dit album "Homeless Animals" ziet Don Whitney een jeugddroom verwezenlijkt en al beschikt de man misschien niet over een wereldstem, als muzikant (gitaar,12 string, banjo, mondharmonica) lijkt hij mij aardig zijn plan te kunnen trekken. Op de bijgesloten foto doet hij mij meer denken aan een dominee of specialist/geneesheer in het een of ander ziekenhuis dan aan een man die vertoeft in het wereldje van sex, drugs en alcohol, zoals mijn grootje altijd sprak over de showbussines. En blijkbaar speelt dan toch de kerk (L D S) een hoofdrol in de opvoeding van deze uit South Dakota afkomstige singer/songwriter. Met de songs "Feed My Sheep" en "Home on Grace" (een medley van "Home on the Range" en "Amazing Grace") zitten wij ergens in het gospelwereldje van zijn ouders. Samen met broer lief Mike Whitney (upright bas, vocals), Marty Mahowald (bones) en Rory Hoffman, '2004 CCMA Musician of the Year' (laptop gitaar, dobro, piano brengt Don een country/bluegrass/folk/storytelling album: 'Don’s songs are quirky. Not one is quite what it seems at the outset, but by the last line it is clear that each song does exactly what it intended to do...songs about love, loss, & mortality without missing a beat'. (from Steve Thorpe Review January '05). Niets wereldschokkends dit album, aardige songs, prettige muziek, vriendelijke man , ach de wereld is nog zo slecht niet.


 

OVE STOYLEN
IT ' S ABOUT TIME
website: www.ovestoylen.com
mail@ovestoylen.com
label : Kultur & Spetakkel
info www.kulturogspetakkel.no
www.cdbaby.com/cd/ovestoylen2


In Oktober 2004 (zie recensie) maakten wij voor het eerst kennis met Ove Stoylen. Country uit Noorwegen en met het album "Dusty Boots" liet de man een erg puike indruk op ons. Traditionele country maar van een niveau waarvan velen in Nashville maar kunnen dromen. En ook de opvolger "It's About Time" lost de verwachtingen in. Was het album "Dusty Boots" een beetje Alan Jackson gericht dan slaat Ove met zijn twaalf eigen songs op dit album zelfverzekerd zijn eigen weg in. Opener "Countryfied" heeft een duidelijk cajun stempelje, "Pork On The run" laat de bluegrass liefhebbers niet onberoerd, en natuurlijk zullen de country line dancers hun hartje kunnen ophalen met songs als "Pickup Jasmine", "Alittle Bit Of Happiness" en "From Duke to Alan" (een ironische kijk op jazz muzikanten die overschakelen op de Alan Jackson country). Maar prijsbeesten van dit album zijn de ballads "Your Roses", "Tell Her", "Just an Old Couple" (met prima harmony vocals), songs die ondersteund worden door prima steelguitar, dobro en fiddle. Net als op "Dusty Boots" heeft Ove zich weer omringd met de beste muzikanten en wij herhalen het nog maar eens, wat Dag Wolf en Johnny Juul Jorgensen uit hun steel guitar toveren, Knut Hem op dobro en Oystein Fosshagen op fiddle, Stian Carstensen, accordion, banjo, mandolin, flute ("The Hitchhiker") laten horen, kan de heren in Nashville een poepje doen ruiken. Enkel de song "Two Broken Cigarettes" komt vervaarlijk dicht in de buurt van het platte mainstream country gedoe maar wij zullen het oogluikend toelaten. Want dit is country van hoogstaande kwaliteit en "Hey you all ...." verplichte aanschaf voor de radio 2 country fans van het donderdagavond programma "Countryclub" (Herman De Geyter en Eric Bayens). Prima album !


 

JUDE JOHNSTONE
ON A GOOD DAY
website : www.bojakrecords.com
label : Bojak Records
Distr.: Sonic/Rendezvous
info : bojak@mind.net
www.cdbaby.com/cd/johnstone2

Aardig wat bekend volk aanwezig op dit tweede album van singer/songwriter en uitmuntend pianiste Jude Johnstone. Met Rodney Crowell, Bonnie Raitt, Jackson Browne, Julie Miller zit deze dame in erg goed gezelschap en die verdienste heeft zij bereikt met het succes van haar eerste cd "Coming Of Age" (2002) en het feit dat meerdere van haar songs op plaat/cd werden gezet door ondermeer Johnny Cash (" Unchained"), Trisha Yearwood (een drietal songs), Bette Midler, Stevie Nicks, Jennifer Warnes en Bonnie Raitt (Wounded Heart). Bovendien schreef zij enkel songs samen met Bob Dylan. Mooie referenties voor deze in California verblijvende lady die buiten het boven vermeld gezelschap nog een steuntje in de rug kreeg van haar echtgenoot Charles Duncan (gitaar, orgel, slide, pennywhistle, backingvocals) en die tevens tekende voor de co-produktie van dit album. Ook violiste Mary Ramsey laat zich in gunstige zin opmerken in enkele songs van de vrouwelijke Jackson Browne, want met hem kan je Jude het best vergelijken. Rustige songs die bol staan van emoties, puttend uit eigen levenservaringen, en die doen denken aan het eerdere werk van Carole King, Joni Mitchell. "20 Years" van songwriting resulteren in dit album dat een aanvang kreeg met het luisteren naar Tom Waits, een ander boegbeeld van singer/songwriting . Het is een album geworden dat uitnodigd tot luisteren en met "Hard Lessons" (met Bonnie Raitt), "Hold On" (met Jackson Browne), Evelyn (met Rodney Crowell), "Old & Gray" (met Julie Miller) over potentieële kaskrakers beschikt. Met haar eerste album stond zij hoog genoteerd in de Amazon verkooplijsten, iets wat zij met "On A Good Day" rustig gaat overdoen.


 

THE GEEZINSLAWS
THE ECLECTIC HORSEMEN
website : www.geezinslaws.com
info :geezinslaws@msn.com
label : Eigen Beheer

"The Electic Horsemen" featuring :
Willie Nelson, Kelly Willis, Kinky Friedman

De jongens van the Geezinslaws zijn met dit album blijkbaar niet aan hun proefstuk toe. Van dit gezelschap dat de humor (sic) hoog in het vaandel draagt, verschenen eerder al een rits albums maar met de vermelding van die special guests trokken zij de aandacht van Rootstime. Nu is het wel zo dat Willie Nelson met Jan en klein Pierke zingt , maar om dan aan een klassieker als "Stairway To Heaven" te beginnen ... Neen , geef mij dan de versie van Dolly Parton maar. Nog een grotere miskleun is de versie van Willie & the Geezinslaws van het nummer "Doo Wacka Doo" (Roger Miller). Huilen met de pet op ! Iets beter gaat het met sommige traditionals die the Geezinslaws op dit album coveren : "Put Another Log On the Fire" (Shell Silverstein), "Big Harlan Taylor" (Roger Miller). Maar mijn maag draait zich om bij hun versies van "My Way " (Paul Anka), "I Gave Her My Ring" (Steven Fromholz) met backingvocals die doen denken aan Canzonissima en De Tijd Van Toen. De covers van enkele Kris Kristofferson songs en de medewerking van Kelly Willis op de song "Thank you Miss Audrey" (Bruce Robison/Monte Warden) kunnen de bittere pil van het beluisteren van dit album verlichten. Zelfs cultfiguur Kinky Friedman valt hier door de mand dat het niet meer net is. Bovendien achten zij het nodig om enkele grapjes op ons los te laten waar je zelfs geen paard mee kan doen lachen. Lone Star Music betitelt hun als volgt ... the Geezinslaws were a musical comedy outfit who based their recording career on barroom-friendly parodies of popular country songs. Jezus, Benedictus XVI, George Bush ..... laat deze beker aan mij voorbij gaan .

The Eclectic Horsemen
Guest Stars include Willie Nelson, Kelly Willis and Kinky Friedman! Produced by Sammy Allred and Larry Telford. Featuring Dale Jacobs, Kevin Fitzpatrick, Larry Telford, Son Geezinslaw, Sammy Allred and Bill Wise.

TRACK LISTING: 1. Ralph and Sammy - Shut Up / 2. Put Another Log On the Fire / 3. Big Harlan Taylor / 4. Stairway To Heaven / 5. Elephant Joke / 6. I Gave Her My Ring / 7. Doo Wacka Doo / 8. Better To Us Joke / 9. My Way / 10. It's In the Freezer / 11. Poodie's Bird Joke / 12. Thank You Miss Audrey / 13.Copenhagen / 14. Kris's Song For the Slaws Comment / 15. Jesus Was a Capricorn / 16. Marilyn & Joe / 17. Willie's Joke Goldfish / 18. Twirl / 19. Chicken & Egg / 20. Here Comes That Rainbow Again / 21 If No News Is Good News / 22. Bird Joke / 23. Band Intro & Pledge